Geen misleidende mededelingen
Hof Amsterdam, 4 november 2008, LJN: BG2719: Het Gerechtshof Amsterdam heeft op 4 november 2008 uitspraak gedaan in een procedure die 69 aandeelhouders hebben aangespannen tegen (onder meer) de GolfOne vennootschappen en de betrokken bestuurder.
Bij grief 6 in principaal appel vermeerderen [appellanten 1 tot en met 69] hun eis in die zin dat zij [geïntimeerde 1], CPC, TMF c.s., GolfOne Host en Caribbean Comfort verwijten dat zij misleidende mededelingen openbaar hebben gemaakt als bedoeld in de artikelen 6:194 en 6:195 BW.
Het Hof oordeelde dat er geen sprake was van misleidende mededelingen. Het door de aandeelhouders gestelde misleidende karakter (van het ontbreken) van een aantal mededelingen in genoemde prospectussen valt niet onder artikel 6:194 BW. De klachten over de onvolledigheid van de informatie die de aandeelhouders over (de financiële positie van) DR Marketing hebben ontvangen zijn terug te voeren op het ontbreken van een prospectus in de zin van artikel 3 Wte.
4.15.1 [Appellanten 1 tot en met 69] hebben hun stelling dat het, bij het tekenen van het inschrijfformulier, aan hen verstrekte Macao Beach prospectus/het Columbus Beach & Golf Resort prospectus openbaar is gemaakt in de zin van artikel 6:194 BW onvoldoende toegelicht, zodat dat niet is komen vast te staan. Het door [appellanten 1 tot en met 69] gestelde misleidende karakter (van het ontbreken) van een aantal mededelingen in genoemde prospectussen, zo dat zou komen vast te staan, valt derhalve niet onder artikel 6:194 BW. Daarnaast zijn hun klachten over de onvolledigheid van de informatie die zij over (de financiële positie van) DR Marketing hebben ontvangen, terug te voeren op het ontbreken van een prospectus in de zin van artikel 3 Wte (zie hiervoor onder 4.8.4 e.v.). [Appellanten 1 tot en met 69] hebben eveneens onvoldoende toegelicht dat de nieuwsbrief Merengue van januari 2001, die degenen hebben ontvangen die in 2001 aandelen DR Marketing hebben gekocht, openbaar is gemaakt in de zin van artikel 6:194 BW. Overigens valt anders dan [appellanten 1 tot en met 69] betogen in die nieuwsbrief niet te lezen dat het Project eind 2001/2002 van start gaat. Onder het kopje ‘Stand van zaken’ staat dat momenteel het aantal van 1.500 inschrijvingen ruim is gepas¬seerd en dat “de verwachting (cursivering door het hof) is dat het gewenste aantal eind 2001/begin 2002 wordt bereikt”. Uit het voorgaande volgt dat niet is komen vast te staan dat [geïntimeerde 1] c.s. en TMF c.s. in strijd hebben gehandeld met artikel 6:194 BW.
Lees hele vonnis hier.