RB
DOSSIERS
Alle dossiers
Gepubliceerd op woensdag 21 juni 2023
RB 3769
CvdM ||
6 jun 2023
CvdM 6 jun 2023, RB 3769; 2023/00100/C - CVB (Gendertwijfel.nl/Commissie), https://reclameboek.nl/artikelen/gendertwijfel-nl-wordt-aangeraden-te-veranderen

Gendertwijfel.nl wordt aangeraden te veranderen

CvB 6 juni 2023, RB 3769; Dossiernr: 2023/00100/C-CVB (Gendertwijfel.nl/Commissie) Het College van Beroep buigt zich in deze zaak over een radiocommercial die de Commissie eerder als nodeloos grievend bestempelde. Het betrof een commercial waarin een vrouw tegen een (vermoed) kind zegt dat geslacht geen keuze is en een oproep aan de politiek doet om de zogenaamde 'Transgenderwet' tegen te houden. Hoewel deze uiting niet misleidend werd geacht, was zij wel nodeloos kwetsend, gelet op de combinatie van gesproken tekst en de toonzetting. 

In hoger beroep gaat het College van Beroep de grieven stapsgewijs af. Ten eerste is ten onrechte niet naar de drie verschillende spotjes van Gendertwijfel gekeken, die samen een algemeen vormen. Ten tweede zou de Commissie de haar toekomende beoordelingsruimte overschreden hebben, omdat de spotjes slaan op de 'Transgenderwet', die nu bij de tweede kamer ligt en waar soms op felle toon maatschappelijk debat wordt gevoerd. Gendertwijfel stelt dat de uiting - 'die in een sterk gepolariseerd debat past' -  niet marginaal getoetst is. Als laatste grief wordt gesteld dat niet duidelijk is waarom de commercial nodeloos kwetsend is. 

Het College stelt ten aanzien van de eerste grief dat de Commissie juist heeft gehandeld door zich te beperken tot de specifieke commercial waar de initiële klacht tegen op is gericht. Ten aanzien van de tweede grief stelt het College dat moet worden beoordeeld of de Commissie terecht heeft geoordeeld dat de commercial nodeloos kwetsend is. Daarbij stelt het College voorop dat zij zich terughoudend moet opstellen, omdat het over een politieke uiting gaat en het recht op vrijheid van meningsuiting niet zomaar aan banden mag worden gelegd. Daar moet een goede reden voor zijn. Dat met de uiting onvermijdelijk de belangen van transgender personen worden geraakt en bij hen sterke emoties oproept is, naar de huidige rechtspraak onvoldoende grond om een inbreuk op de vrijheid van meningsuiting te rechtvaardigen. De beslissing van de Commissie wordt vernietigd. Deze vernietiging brengt wel mee dat de klacht herbeoordeeld wordt door de Commissie. Deze stelt vast dat de uitingen van Gendertwijfel feitelijk onjuist waren. Dit leidt het College tot het advies aan Gendertwijfel.nl om in het vervolg niet meer dit soort reclame te maken.

7.5 Op grond van de uitleg die Gendertwijfel ter zitting heeft gegeven acht het College het verder aannemelijk dat de toonzetting van de uiting niet is bedoeld om transgender personen te bespotten, maar om de inhoud van de boodschap die Gendertwijfel wil overbrengen kracht bij te zetten. Die boodschap betreft oppositie tegen het wetsvoorstel, en de toonzetting is kennelijk bedoeld om die boodschap kracht bij te zetten en om de politiek met nadruk op te roepen dit standpunt te volgen. Op die manier draagt de uiting bij tot het maatschappelijk debat over dit onderwerp. Dat de uiting daarmee onvermijdelijk de belangen van transgender personen raakt en, zoals ter zitting is gebleken, bij hen en hun naasten sterke emoties oproept, is op grond van de (Europeesrechtelijke) rechtspraak onvoldoende om te oordelen dat de uiting nodeloos kwetsend is in de zin van artikel 4 NRC en daarmee een inbreuk op de vrijheid van meningsuiting van Gendertwijfel rechtvaardigt.  

7.8 In de uiting wordt geponeerd dat personen jonger dan 16 jaar de registratie van hun geslacht kunnen wijzigen. Door de stellige wijze waarop deze mededeling zonder enige nuancering wordt gedaan, zal degene die de uiting hoort zeer wel kunnen menen dat het bezwaar van Gendertwijfel zit in de mogelijkheid van jonge minderjarigen om zelf de registratie van het geslacht te wijzigen. Deze mogelijkheid bestaat echter in het wetsvoorstel alleen onder voorwaarden die een wezenlijke beperking van dit recht inhouden De wijziging van registratie kan namelijk alleen op verzoek van de wettelijke vertegenwoordiger van de minderjarige worden gelast door de rechter. Deze nuancering ontbreekt in de uiting, waardoor het publiek op het verkeerde been kan worden gezet. Daarnaast stellen geïntimeerden terecht dat de uiting door de uitdrukkelijke mededeling “Geslacht is toch geen keuze?” een directe koppeling legt tussen seksekarakteristieken bij de geboorte en genderidentiteit. Door deze directe koppeling wordt de indruk gewekt dat het wetsvoorstel mede ziet op de fysieke geslachtswijziging . De verontwaardiging die Gendertwijfel via de radiocommercial over het wetsvoorstel uitspreekt, kan in het geheel van de uiting zo worden begrepen dat Gendertwijfel zich verzet tegen de beweerdelijke mogelijkheid in nieuwe wetgeving dat minderjarigen hun fysieke geslachtskenmerken naar eigen inzicht kunnen wijzigen en dit ook aldus kunnen laten registreren. Het wetsvoorstel betreft echter alleen de vermelding van het geslacht in de akte van geboorte. Daarmee is de uiting onvoldoende accuraat en feitelijk onjuist.