RB
DOSSIERS
Alle dossiers
Gepubliceerd op donderdag 19 mei 2016
RB 2717
Zelfregulering (RCC, KOAG/KAG) ||
15 mrt 2016
Zelfregulering (RCC, KOAG/KAG) 15 mrt 2016, RB 2717; (Suitsupply bikinibroekje, vrouw speelobject, goede smaak/fatsoen), https://reclameboek.nl/artikelen/klacht-tegen-suitsupply-mannetje-hangend-aan-bikinibroekje-afgewezen

Beslissingen mede ingezonden door Daniël Haije en Sarah Arayess, Hoogenraad & Haak advocaten.

Klacht tegen Suitsupply mannetje hangend aan bikinibroekje afgewezen

Commissie 15 maart 2016, Dossiernr: 2016/00193/F (Suitsupply bikinibroekje, vrouw speelobject)
Mannetje hangend aan bikinibroekje vrouw, waardoor een deel van de billen zichtbaar wordt, betekent niet dat een grens is overschreven. Klacht afgewezen. Goede smaak en fatsoen. Afwijzing II (goede smaak/fatsoen) - dossiernr. 2016/00193/D

7. In de onderhavige uiting is een deel van een vrouwenlichaam, van rug tot knieholtes, afgebeeld. De vrouw is gekleed in een bikinibroekje, dat iets naar beneden wordt getrokken door een klein afgebeelde, in pak geklede man die zich hangend met één hand aan het broekje vasthoudt. De man lijkt meer op een poppetje dan op een mens. Omdat de kleine man/het poppetje aan het bikinibroekje van de vrouw hangt, worden de billen van de vrouw deels zichtbaar. Het feit dat een klein deel van de billen van de vrouw bloot is, betekent op zich niet dat daardoor de grens is overschreden van hetgeen volgens huidige maatschappelijke opvattingen toelaatbaar is. Ook voor het overige geeft de uiting geen aanleiding tot het oordeel dat de uiting de grens van hetgeen maatschappelijk aanvaardbaar is te buiten gaat. Niet het lichaam van de vrouw, maar een kledingstuk van haar wordt gebruikt door de klein afgebeelde man/het poppetje dat met één hand aan het bikinibroekje van de vrouw is gehaakt. Er wordt geen ontoelaatbaar beeld opgeroepen van ongelijkheid of machtsverschil tussen de man en de vrouw. Hoewel de Commissie er begrip voor heeft dat niet iedereen de uiting kan waarderen, leidt dit niet tot het oordeel dat de uiting in strijd is met de goede smaak en/of het fatsoen. Het feit dat de uiting zich ook in de openbare ruimte bevindt, leidt de Commissie in dit geval niet tot een ander oordeel