RB
DOSSIERS
Alle dossiers
Gepubliceerd op dinsdag 16 februari 2010
RB 461
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

Verfrissend krijgt een nieuwe wending

Uitspraak van de Reclame Code Commissie, 10 februari 2010, dossier 2009/00871 (Met dank aan Ebba Hoogenraad en Kim Braber, Hoogenraad & Haak Advocaten)

Wie de laatste tijd tv heeft gekeken zal de reclame van Strongbow Gold niet zijn ontgaan. Twee mannen bestellen Strongbow Gold Cider. Na een slok genomen te hebben uiten zijn een lang aanhoudende ‘aaaaahhhhhhhhhhhhhh’. De kreet van de naast hen staande bierdrinker is beduidend korter. De scene wordt opgevolgd door de volgende voice-over:  

‘Probeer nu Strongbow Gold, een sterk verfrissende cideraaaaaaahhhhhhhhhh.’

STAP, het Nederlands Instituut voor Alcoholbeleid, had na het zien van de reclame even het ‘van Dalen’ woordenboek erbij gepakt. Volgens de ‘van Dalen’ impliceert verfrissen dat het drankje een verfrissend of verkwikkend effect op de drinker heeft. Volgens STAP is dit in strijd met art. 6 van de Reclamecode voor Alcoholhoudende dranken (RVA) welke voorschrijft dat in een reclame niet de indruk gewekt mag worden dat alcoholhoudende dranken de geestelijke of lichamelijke prestatie verbeteren. Verfrissend zou die indruk  wel wekken. Daarvoor verwijzen zij in hun stelling naar een uitspraak van het College van Beroep voor het Bedrijfsleven waarin de slagzin ‘ontdek cider, ’t verfrist.’ ontoelaatbaar werd geacht.

De Reclame Code Commissie (RCC) volgt STAP niet maar neemt zich het verweer van Heineken ter harte. De eerdere klacht bij het College is niet gelijk aan de onderhavige klacht nu het destijds ging om een geprinte advertentie en het hier gaat om een tv-reclame. Bij tv-commercials moet rekening worden gehouden met inhoud en de context van de film. In dit geval werd door de ‘aaaaaahhhhh’ kreet weliswaar duidelijk gemaakt dat de heren het drankje als verfrissend ervaren toch gedroegen zij zich achteraf geestelijk en lichamelijk niet beter dan voor het nemen van een slokje.  Daarmee is niet voldaan aan de eis van Art. 6 RVA.

Voorts stelde klager dat de verplichte slogan ‘Alcohol onder 16, natuurlijk niet..’ onvoldoende herkenbaar in beeld werd gebracht. De slogan was met witte letters zichtbaar gemaakt op de houten rand van de bar waar de mannen het drankje bestelden. Anders dan de STAP oordeelde de RCC dat dit wel voldoende duidelijk is geweest.

Lees hier de hele uitspraak.