Bier drinken kan ook reclame zijn
RCC 21 december 2012, dossiernr. 2012/00758-I (Holland Heineken House)
Getipt in de nieuwsbrief RCC april 2013. In artikel 1 van de Nederlandse Reclame Code staat toegelicht wat onder het begrip "reclame" valt. In enkele bijzondere reclamecodes wordt dit begrip aangevuld, bijvoorbeeld in de Reclamecode voor Alcoholhoudende dranken. Sponsoring is ook een vorm van reclame. Tijdens de Olympische Zomerspelen in 2012 sponsorde een biermerk het televisieprogramma "De Zomer van 4: De Spelen – Zomerse Talkshow over de Olympische Spelen, live vanuit het Holland Heineken House". Tegen deze vorm van reclame werd een klacht ingediend.
De klacht werd uiteindelijk door het College van Beroep behandeld. Het College maakte duidelijk dat sprake is van reclame, als in de bewuste afleveringen de naam en/of het logo van Heineken voldoende herkenbaar in beeld komen. Bijvoorbeeld door het zichtbaar zijn van het logo op het scherm achter een bar en op glazen/plastic bekers. Maar ook het in beeld brengen van bierconsumptie tijdens het televisieprogramma houdt volgens het College verband met de sponsoring en dient eveneens als reclame ten behoeve van Heineken te worden beschouwd. Er is sprake van reclame voor zover het bier (drinken) goed zichtbaar is.
De klacht ten aanzien van Heineken wordt echter, in navolging van de Reclame Code Commissie, afgewezen, omdat de reclame aan alle eisen van de Nederlandse Reclame Code voldoet.
9. Het College oordeelt op grond van het voorgaande dat Heineken zich in dit geval niet aan haar verantwoordelijkheid als adverteerder kan onttrekken door een beroep te doen op redactionele vrijheid die RTL zou hebben. Met betrekking tot de stelling van Heineken dat een tailor-made toetsing per individueel beeld dient plaats te vinden aan de hand van de definitie van reclame, merkt het College op dat deze stelling juist is voor zover in de inleidende klacht voldoende is beschreven op welke beelden de klacht betrekking heeft, met dien verstande dat, anders dan Heineken stelt, niet per afzonderlijk beeld hoeft te worden beoordeeld of Heineken daarop invloed heeft gehad. De elementen die ingevolge het voorgaande als een directe reclame-uiting voor Heineken dienen te worden aangemerkt, zijn onder 7.6 specifiek omschreven. Met betrekking tot de beelden van het bier (drinken), wordt volstaan met op te merken dat deze als reclame voor Heineken worden beschouwd voor zover het bier (drinken) goed zichtbaar is. Een nadere precisering is, gelet op hetgeen hierna aan de orde komt, niet noodzakelijk. Tot slot merkt het College op dat het voorgaande dient te worden bezien in verband met het feit dat het om een gesponsord televisieprogramma gaat. Dit brengt mee dat deze beslissing geen betrekking heeft op de situatie buiten het kader van dergelijke sponsoring. De grieven van Heineken treffen op grond van het voorgaande geen doel.