Voor telemarketingboete is een verbinding tot stand brengen noodzakelijk
CBb 14 juli 2015, RB 2444; ECLI:NL:CBB:2015:197 (Loterijen tegen ACM) Boete  i.v.m. telemarketing voor het overbrengen van communicatie via de  telefoon, ook als deze ongevraagd is (inschrijving in  bel-me-niet-register), is in ieder geval noodzakelijk dat een verbinding  tot stand wordt gebracht. Naar het oordeel van het College betekent  dit, dat ACM, bij gebreke van het directe bewijs van de communicatie  zelf, tenminste dient aan te tonen dat het gebruik van de  contactgegevens er toe heeft geleid dat een verbinding tot stand is  gebracht. Ook ten aanzien van de boete op grond van artikel 11.7,  twaalfde lid van de Tw (oud), geldt dat ACM (onder meer) dient aan te  tonen dat het gebruik van de contactgegevens ertoe heeft geleid dat er  een verbinding tot stand is gebracht.
Boete  i.v.m. telemarketing voor het overbrengen van communicatie via de  telefoon, ook als deze ongevraagd is (inschrijving in  bel-me-niet-register), is in ieder geval noodzakelijk dat een verbinding  tot stand wordt gebracht. Naar het oordeel van het College betekent  dit, dat ACM, bij gebreke van het directe bewijs van de communicatie  zelf, tenminste dient aan te tonen dat het gebruik van de  contactgegevens er toe heeft geleid dat een verbinding tot stand is  gebracht. Ook ten aanzien van de boete op grond van artikel 11.7,  twaalfde lid van de Tw (oud), geldt dat ACM (onder meer) dient aan te  tonen dat het gebruik van de contactgegevens ertoe heeft geleid dat er  een verbinding tot stand is gebracht.
Zoals het College heeft  geoordeeld in haar uitspraak van 10 juli 2014 (ECLI:NL:CBB:2014:245),  hoeft het recht van verzet immers alleen te worden aangeboden indien het  gebruik van de contactgegevens ertoe leidt dat een verbinding met de  abonnee tot stand wordt gebracht en met deze wordt gecommuniceerd. Het  College kan uit de in de procedure overgelegde stukken en databestanden  niet het bewijs putten dat telkens een verbinding tot stand is gebracht.  Achter de telefoonnummers die in de databestanden zijn opgenomen zijn  soms data en tijdstippen opgegeven. Echter, en anders dan ACM betoogt,  ontbreken resultaatscodes, resultaatformulieren of andere gegevens –  zoals de gespreksduur – waaruit kan worden geconcludeerd dat een  verbinding tot stand is gebracht. De enkele, algemene bevestiging door  de loterijen dat de telefoonnummers in de belbestanden zijn gebruikt, is  ontoereikend als bewijs dat met dat gebruik een verbinding tot stand is  gebracht. ACM heeft zodoende niet aangetoond dat de loterijen  communicatie hebben overgebracht.
Op andere blogs:
Dirkzwager
 
       
       
       
       
       
       
 
         
 
         
 
         
 
         
 
        