RB
Gepubliceerd op donderdag 20 juni 2013
RB 1790
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

'Koop een steentje van mij' is niet immoreel

RCC 4 juni 2013, dossiernr. 2013/00296 (Kikabouw app) - dossier 2013/00296A
Subjectieve normen. Kinderen. Social media. Afwijzing. Het betreft een radiocommercial bestaande uit een hoofdcommercial en een tag-on. In de hoofdcommercial zingt Frans Bauer: “Koop een steentje van mij”, waarna hij, al sprekend over de actie met een meisje, luisteraars aanspoort om voor € 5,- per stuk een steentje te kopen om te helpen met de bouw van het Prinses Maxima centrum en de strijd tegen kinderkanker te steunen. In de tag-on zegt het meisje: “He Frans, je moet nog even zeggen van die app (..) Die kun je downloaden (..) Daarmee kunnen ze steentjes kopen en in de gaten houden hoeveel steentjes hun vrienden kopen (..) zeg het dan even”. Vervolgens zegt Frans: “Download nu de speciale KiKabouw app in de App Store of op Google Play. Daarmee kun je steentjes kopen en steun je dus de strijd tegen kinderkanker”.

De klacht 2013/00296 - Klager maakt bezwaar tegen de tag-on. Daarin vertelt Frans Bauer dat je ook een app kunt downloaden waarin je kunt zien hoeveel bouwstenen “jij en je vriendjes” hebben gekocht. Door deze tag-on wordt ingespeeld op het tegen elkaar uitspelen van de kinderen die meer of minder bouwstenen hebben gekocht. Naar de mening van klager is dit een gemene manier om een competitie te creëren. Bovendien gaat de reclame voorbij aan de vraag of men wel of niet wenst deel te nemen aan de KiKa-actie. In dit verband wijst klager op gezinnen met een Bijstandsuitkering. Een actie als deze kan het pesten van kinderen aanwakkeren, een onderwerp waar op dit moment juist veel aandacht naar uitgaat. Klager spreekt van “een immorele reclame actie”.

De klacht 2013/00296A - In de reclame worden kinderen aangespoord een app te downloaden, waardoor ze “het geef gedrag van hun vriendjes kunnen volgen”. Volgens klager betreft het hier een privacy gevoelig onderwerp. Hoewel het om een goed doel gaat, lijkt een en ander klager niet acceptabel. Desgevraagd heeft klager aan het secretariaat van de Stichting Reclame Code meegedeeld dat zijn klacht kan worden opgevat in die zin dat de uiting in strijd is met de goede smaak en het fatsoen en met artikel 12 lid 3 van de Kinder- en Jeugdreclamecode (KJC).

Het oordeel van de Commissie in 2013/00296

De Commissie stelt voorop dat de klacht duidelijk is gericht tegen de hierboven onder “de bestreden reclame-uiting” omschreven radiocommercial, meer in het bijzonder tegen de daarvan deel uitmakende tag-on. Voor zover de klacht moet worden opgevat in die zin dat de uiting gericht is op kinderen en dat de Kinder- en Jeugdreclamecode (KJC) van toepassing is, wijst de Commissie op het toepassingsgebied van de KJC: “Code voor reclame-uitingen die kennelijk geheel of gedeeltelijk tot kinderen en minderjarigen/jeugdigen zijn gericht”. Naar het oordeel van de Commissie is de bestreden uiting niet “kennelijk” geheel of gedeeltelijk tot kinderen gericht. In dit verband overweegt de Commissie dat, anders dan klager stelt, in de uiting niet wordt gesproken over “vriendjes”, maar over “vrienden”. Dat Frans Bauer in de uiting een gesprek voert met een kind, betekent evenmin dat de uiting, die betrekking heeft op fondsenwerving ter bestrijding van kinderkanker, “kennelijk geheel of gedeeltelijk tot kinderen en minderjarigen/jeugdigen is gericht”.
In de bestreden tag-on wordt de aandacht gevestigd op een app die de mogelijkheid biedt om “steentjes” te kopen ten behoeve van de bouw van het Prinses Maxima centrum en de strijd tegen kinderkanker en waarmee bovendien kan worden gevolgd hoeveel steentjes zijn gekocht door “vrienden”, waarmee wordt gedoeld op vrienden in het kader van social media als Facebook en Twitter. Noch het feit dat de luisteraar op deze mogelijkheden wordt geattendeerd, noch de wijze waarop dat gebeurt, leidt tot het oordeel dat de uiting in strijd is met de Nederlandse Reclame Code. Het staat een ieder vrij om al dan niet aan de KiKa-actie deel te nemen en de Commissie acht het niet aannemelijk dat de uiting zal leiden tot het pesten van kinderen.

De beslissing
De Commissie wijst de klacht af.


Het oordeel van de Commissie in 2013/00296A
De Commissie stelt voorop dat de klacht duidelijk is gericht tegen de hierboven onder “de bestreden reclame-uiting” omschreven radiocommercial, meer in het bijzonder tegen de daarvan deel uitmakende tag-on. Voor zover de klacht luidt dat de uiting gericht is op kinderen en dat artikel 12 lid 3 KJC van toepassing is, wijst de Commissie op het toepassingsgebied van de KJC: “Code voor reclame-uitingen die kennelijk geheel of gedeeltelijk tot kinderen en minderjarigen/jeugdigen zijn gericht”. Naar het oordeel van de Commissie is de bestreden uiting niet “kennelijk” geheel of gedeeltelijk tot kinderen gericht. In dit verband overweegt de Commissie dat, anders dan uit de klacht zou kunnen worden opgemaakt,  in de uiting niet wordt gesproken over “vriendjes”, maar over “vrienden”. Dat Frans Bauer in de uiting een gesprek voert met een kind, betekent evenmin dat de uiting, die betrekking heeft op fondsenwerving ter bestrijding van kinderkanker, “kennelijk geheel of gedeeltelijk tot kinderen en minderjarigen/jeugdigen is gericht”. Nu de uiting naar het oordeel van de Commissie niet kennelijk geheel of gedeeltelijk tot kinderen en minderjarigen/jeugdigen zijn gericht, is de KJC, daaronder begrepen artikel 12 lid 3 KJC in dit geval niet van toepassing.
In de bestreden tag-on wordt de aandacht gevestigd op een app die de mogelijkheid biedt om “steentjes” te kopen ten behoeve van de bouw van het Prinses Maxima centrum en de strijd tegen kinderkanker en waarmee bovendien kan worden gevolgd hoeveel steentjes zijn gekocht door “vrienden”, waarmee wordt gedoeld op vrienden in het kader van social media als Facebook en Twitter. Noch het feit dat de luisteraar op deze mogelijkheden wordt geattendeerd, noch de wijze waarop dat gebeurt, leidt tot het oordeel dat de uiting in strijd is met de Nederlandse Reclame Code.

De beslissing
De Commissie wijst de klacht af.