RB
DOSSIERS
Alle dossiers

Berichten Reclamerecht  

RB 1267

Overzicht november 2011

Faits divers. Het afgelopen jaar is er veel gepubliceerd, een aantal uitspraken hebben geen individuele vermelding op deze website gekregen en worden in een overzicht weergegeven: vandaag november 2011:

RCC 30 november 2011, 2011/00962 (Nuon aanvraagkosten EPA)

Adverteerder heeft gemotiveerd aangevoerd dat voorwaarde voor de toekenning van de bedoelde subsidie een Energie Prestatie Advies (EPA) is, waaruit volgt dat de Energie Indexering van de woning door het aanbrengen van de isolatie met minimaal 0,5 is verbeterd. Voorts heeft adverteerder meegedeeld dat de kosten die aan dit EPA zijn verbonden
€ 275,- bedragen.
 
Zonder dit EPA, waarvoor men normaal gesproken € 275,- dient te betalen, kan men derhalve niet de bedoelde subsidie verkrijgen. Om die reden is het naar het oordeel van de Commissie niet onjuist om de besparing van € 275,-, inhoudende een besparing van de kosten van dit EPA, een besparing op de aanvraagkosten voor de subsidie te noemen.

RCC 30 november 2011, dossiernr. 2011/00963 (YourHosting dommeinnaam verplicht extra services afnemen)

Gebleken is dat men, wanneer men een domeinnaam registreert bij adverteerder, daarnaast minimaal een ‘parkeer/doorlinkservice’ dient af te nemen. De service kost € 1,- per maand en is het eerste jaar gratis. Na het eerste jaar mag de domeinnaam en de parkeer-/doorlinkservice worden opgezegd.
 
Aldus is het mogelijk om voor de in de banner genoemde prijzen gedurende een jaar te beschikken over een domeinnaam (inclusief de bewuste service). Gelet hierop acht Commissie het niet ontoelaatbaar om in een banner met deze prijzen te adverteren. Uit door adverteerder overgelegde stukken is de Commissie voorts gebleken dat de in dit verband essentiële informatie voldoende duidelijk op de website wordt vermeld.

RCC 30 november 2011, dossiernr.2011/00965 (Kia Motors 5-deurs 3-deurs afbeelding; niet leverbaar)


In de reclame-uiting, die in ieder geval op 3 oktober 2011 (datum overgelegde afdruk) werd  gepubliceerd, wordt niet vermeld dat de genoemde vanaf-prijs geldt voor een 3-deurs uitvoering van de betreffende auto, die in Nederland pas leverbaar is vanaf januari 2012. De Commissie acht de informatie over het moment van levering (pas drie maanden later) dermate essentieel voor het nemen van een besluit om al dan niet de bewuste auto aan te schaffen, dat deze in de uiting had moeten worden genoemd, althans dat hiernaar had moeten worden verwezen. Gelet hierop is sprake van een omissie dan wel een te laat verstrekken van informatie als bedoeld in artikel 8.3 sub c van de Nederlandse Reclame Code (NRC).
 
Nu in de reclame-uiting voorts een 5-deurs auto is afgebeeld, terwijl de genoemde prijs geldt voor een 3-deurs uitvoering, gaat de uiting tevens gepaard met onjuiste informatie ten aanzien van één van de voornaamste kenmerken van het product als bedoeld onder b van artikel 8.2 NRC, te weten de uitvoering. In dit kader wijst de Commissie ook op haar Algemene Aanbeveling zoals genoemd onder ‘Algemene Aanbevelingen’ onder i (afbeelding van het aangeboden product).

RCC 30 november 2011, dossiernr. 2011/00975 (Trekpleister videobanden 30 minuten)

Naar het oordeel van de Commissie blijkt voor de gemiddelde consument uit de reclame-uiting voldoende duidelijk dat de genoemde prijs uitsluitend geldt voor videobanden met een speelduur van 30 minuten. In de advertentietekst staat duidelijk dat ‘bij video’s langer dan 30 minuten’ een ‘meerprijs’ wordt gerekend. Boven de genoemde prijs staat voorts de tekst: ‘Bijvoorbeeld, Video op DVD, speelduur per 30 minuten’. De asterisk bij de prijs verwijst naar de verwerkingskosten.
Gelet op het voorgaande is naar het oordeel van de Commissie de reclame-uiting niet misleidend. Dat de meeste videobanden – naar klager stelt - een langere tijdsduur hebben, heeft, gelet op de duidelijke vermelding van de in dit verband essentiële informatie, niet tot gevolg dat de uiting misleidend is. Evenmin acht de Commissie de uiting ‘niet reëel’, nu het, naar door adverteerder gemotiveerd is gesteld en door de Commissie niet onaannemelijk wordt geacht, ook zal voorkomen dat men (oude) videobanden wenst om te zetten die minder dan dertig minuten duren.

RCC 29 november 2011, dossiernr. 2011/01032 (Ziggo WIFI modem niet voor klager/internetsnelheid)

Verweerder stelt dat er meer dan een miljoen modems omgeruild dienden te worden. Omdat hierdoor de klantenservice en technische helpdesk te zwaar werden belast, is ervoor geko­zen een deel van de omwisseling tot nader order uit te stellen. Klanten zoals klager, van wie het huidige modem voldoende is om de internetsnelheid die hoort bij het abonnement te garan­deren, worden later omgezet naar het nieuwe modem.

Op zichzelf genomen staat vast dat verweerder de toezegging om “tussen mei en augustus”
een nieuwe modem bij klager te bezorgen niet is nagekomen. De voorzitter acht dit gegeven onvoldoende om de uiting misleidend te achten. Niet kan worden aangenomen immers dat de mededeling over de vervanging van het modem de gemiddelde consument ertoe brengt of kan brengen een besluit over een transactie te nemen dat hij anders niet zou hebben ge­nomen. Daarnaast begrijpt de voorzitter uit de reactie van verweerder dat klager alsnog het beloofde modem, zij het met enige vertraging, zal ontvangen. Het had weliswaar op de weg van verweerder gelegen om klager hierover tijdig en volledig te informeren, maar het ont­breken van deze informatie brengt op grond van het voorgaande niet mee dat de uiting misleidend is.


CVB 29 november 2011, dossiernr. 2011/00690 (Extra inruilkorting euro 1.500, afwijzing bevestigd)

1. In de uiting staat: “Er is dan ook veel vraag naar gebruikte Qashqai’s”. “En dan stijgt uw auto vandaag ook nog eens flink in waarde! Wij doen u namelijk een uiterst aantrekkelijk inruilaanbod”.

Op grond van het voorgaande kan niet worden geoordeeld dat de mededelingen over de inruilpremie onjuist of misleidend zijn. Uitgaan­de hiervan en rekening hou­dend met enige, in reclame gebruikelijk te achten over­drijving, kan de me­dedeling dat sprake is van “een uiterst aantrek­kelijk inruilaanbod” evenmin onjuist of mislei­dend worden geacht. Hetzelfde geldt voor andere me­de­delingen waarin Nissan direct of indirect verwijst naar de inruilpremie, zoals “Qash met de Qashqai” en “geniet veel voor­deel” en “Uw Nissan Qashqai is vandaag in waarde ge­stegen” en “uw auto is geld waard”. De mededeling “Er is dan ook veel vraag naar gebruikte Qash­qai’s” kan evenmin tot het oordeel leiden dat sprake is van misleidende recla­me. Niet gebleken is dat deze mededeling onjuist is. Tot slot is het College van oor­deel dat niet valt in te zien waarom de mededeling “Ruil uw hui­dige Qashqai vóór 30 juni in voor een gloednieuw exem­plaar” kan meebrengen dat geen sprake is van “een uiterst aantrek­kelijk inruilaanbod”. De grieven tref­fen der­halve geen doel.

RCC 28 november 2011, dossiernr. 2011/00889 (Campina Grasboter / Sales promotion / 1x restitutie per klant)

Vast is komen te staan dat de actie “Nu € 1 retour” beperkt is tot terugbetaling van maximaal € 1 per adres. Naar het oordeel van de Commissie had deze beperking reeds op de actiesticker vermeld moeten worden, nu het essentiële informatie betreft waarover de consument had moeten worden geïnformeerd. Adverteerder kan er niet mee volstaan de consument die zich in een winkel bevindt voor deze informatie uitsluitend naar internet te verwijzen. Van de gemiddelde consument kan immers niet worden verwacht dat hij in een winkel via internet alle actievoorwaarden raadpleegt.

RCC 28 november 2011, dossiernr. 2011/00938 (V & D Canon SX210 €179,99, Airmiles inwisselen=50% korting)

Op pagina 3 van de folder staat: 50% korting op bijna alles!” en wordt naar het oordeel van de Commissie in voldoende leesbare letters verwezen naar “de voorwaarden en uitzonderingen” op “vd.nl/vipactie”.
Bij de klacht is een afdruk overgelegd van een overzicht van “uitzonderingen” op vd.nl. Hierin wordt genoemd: “elektronica”.
Nu in de folder uitdrukkelijk is vermeld dat de 50% korting niet op alle artikelen wordt gegeven en aangezien algemeen bekend mag worden verondersteld dat camera’s onder elektronica vallen, acht de Commissie de klacht ongegrond.  

RCC 24 november 2011, dossiernr. 2011/01018 (AD/drukwerk los in AD Nee/Ja-sticker;drukwerk in AD van abonnees)

Niet is weersproken dat het AD en de daarbij gevoegde reclamefolder uitsluitend bij betalende abonnees van het AD zijn bezorgd. Op grond hiervan dient de bedoelde reclame­bijla­ge te worden aangemerkt als onderdeel van het AD en derhalve niet als ongeadresseerd reclamedrukwerk. Nu de Code VOR niet van toe­passing is, kan de op die code gebaseerde klacht niet slagen.


VT RCC 22 november 2011, dossier 2011/00978 (KPN ongewenst geadresseerde reclame)

De voorzitter begrijpt dat uiteindelijk niet in geschil is dat klager in strijd met het bepaalde in artikel 5.2 Code Postfilter direct mail van afzender heeft ontvangen.
 
De voorzitter neemt nota van het feit dat afzender excuses heeft aangeboden en maatre­ge­len heeft genomen om herhaling te voorkomen. Nu klager evenwel de klacht heeft gehand­haafd, dient te worden beslist als volgt.

RCC 24 november 2011, dossiernr. 2011/00804 (Favoriete programma's tot 10 dagen terugkijken favoriete tv programma's tot 10 dagen terugkijken;Vz-aanbeveling bevestigd)

In de bestreden uiting wordt zonder voorbehoud ten aanzien van de omvang van het aanbod gezegd dat men met TV Gemist zijn favoriete programma’s tot 10 dagen kan terugkijken. Anders dan adverteerder stelt, wijst de aanduiding “favoriete programma’s” naar het oordeel van de Commissie niet op het bestaan van beperkingen in het aanbod, noch ter zake het aanbod van terug te kijken programma’s noch ten aanzien van de zenders waarvan programma’s kunnen worden teruggekeken. Daarbij komt dat allerlei programma’s tot de favoriete programma’s van een kijker kunnen behoren. Met de voorzitter acht de Commissie het gegeven dat het aanbod van andere aanbieders van uitzending-gemist-diensten ook niet alle programma’s omvat, onvoldoende om de gemiddelde consument bekend te veronderstellen met het bestaan van beperkingen in de door Ziggo aangeboden dienst, zeker niet nu de uiting zelf een andere indruk wekt. Dat een andere adverteerder mogelijk ook soortgelijke onduidelijkheid doet ontstaan, maakt dit oordeel niet anders. Ter zake de door adverteerder overgelegde uiting van een andere aanbieder kan nog worden opgemerkt dat – anders dan in de uiting van adverteerder - uitdrukkelijk wel de zenders zijn genoemd die onder de aangeboden dienst vallen.
 
Gelet op het vorenstaande is geen duidelijke informatie verstrekt over een van de voornaamste kenmerken van het aangeprezen product, te weten de van het gebruik van TV Gemist te verwachten resultaten, als bedoeld onder b van artikel 8.2 van de Nederlandse Reclame Code (NRC).

RCC 15 november 2011, dossiernr. 2011/00867 (Primera winkel Reclame tabak bij artikelen kind)

In artikel 5, lid 2 sub a van de Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 4 mei 2007, nr. VGP/ADT 2758655, houdende vaststelling van de Regeling tabaksreclame in of aan tabaksspeciaalzaken en tabaksverkooppunten, zijnde een ministeriële regeling, gebaseerd op artikel 5, lid 4 sub c, 3° van de Tabakswet en derhalve een wettelijk voorschrift, is bepaald dat tabaksreclame niet mag worden geplaatst in de directe omgeving van productgroepen die met name aantrekkelijk zijn voor jongeren onder de 16 jaar.
 
Nu, zoals is komen vast te staan, in de bewuste winkel tabaksreclame in de directe omgeving van een display met kinderboeken was geplaatst, heeft adverteerder gehandeld in strijd met het genoemde voorschrift.

RCC 15 november 2011, dossiernr. 2011/00738 (Gewichtloze olien bestaan niet, bevestiging VZ afwijzing)

Naar het oordeel van de Commissie kan de gemiddelde consument worden geacht te weten dat olie op zichzelf niet gewichtloos is. Gelet hierop is het niet aannemelijk dat deze consument de woorden “gewichtloze, voedende oliën” letterlijk zal opvatten. Mede nu in de uiting over “de nieuwe lijn van Dove Hair met gewichtloze, voedende oliën” wordt gezegd: “wordt direct opgenomen”, zal de gemiddelde consument begrijpen dat met de woorden “gewichtloze, (..) oliën” wordt bedoeld dat gebruik van het product er niet toe zal leiden dat het haar na gebruik zwaarder aanvoelt dan daarvoor. Aldus bezien is er geen sprake van een claim die niet wordt waargemaakt, zodat de klacht geen doel treft.

RCC 14 november 2011, dossiernr. 2011/00939 (www.bingocams.nl Hoe meer kaarten je koopt hoe vaker je wint aanzetten tot kopen van kaarten)

Adverteerder heeft de juistheid van de door klager gemotiveerd bestreden bewering “Hoe meer kaarten je koopt, hoe vaker je wint” niet aannemelijk gemaakt. Adverteerder erkent dat de tekst een onjuiste indruk kan geven en heeft deze inmiddels aangepast, in die zin dat men meer kans maakt om te winnen, naarmate men meer kaarten koopt.
 
Gelet op het bovenstaande acht de Commissie de uiting in strijd met de waarheid als bedoeld in artikel 2 van de Nederlandse Reclame Code (NRC).

RCC 14 november 2011, dossiernr. 2011/00873 (Online vergelijkende reclame bedragen Ziggo/UPC onjuist)

ad 1. Naar adverteerder heeft meegedeeld zijn de genoemde verschillen echter gebaseerd op een vergelijking met de bewuste providers van de vaste abonnementskosten ‘in totaal’ ‘over twee jaar’. Aldus is de mededeling in de uiting dat sprake is van een vergelijking ‘p/j’ (per jaar) met de genoemde providers onjuist.

ad2. Naar door klaagster onweersproken is gesteld, bevatten de pakketten van de providers waarmee wordt vergeleken minimaal 60 televisiezenders, terwijl Online slechts 24 zenders biedt.
 
De Commissie is van oordeel dat deze informatie voor de consument essentieel is om een goed geïnformeerd besluit te nemen over het al dan niet afsluiten van een abonnement bij adverteerder. Daarom had deze informatie in de uiting had moeten staan.

RCC 10 november 2011, 2011/00917 (algemeen dagblad Elektrische kindertandenborstel bij AD/ 10 weken AD kopen)

Gesuggereerd wordt dat men bij aankoop “morgen” van het AD een elektrische kindertandenborstel ontvangt. Dit blijkt niet het geval te zijn; men dient 10 weken lang de krant te kopen om stempels of zegels te verzamelen. De uiting is misleidend.

Uit de televisiereclame valt naar het oordeel van de Commissie voor de gemiddelde consument voldoende duidelijk op te maken dat men dient te sparen voor het ontvangen van een kindertandenborstel. Gezegd wordt “Spaar mee” en deze woorden verschijnen ook in beeld. In de uiting ligt niet de suggestie besloten dat men de tandenborstel zou ontvangen na enkele aankoop van één exemplaar van het AD. In de uiting wordt gezegd “Koop morgen het AD”, maar deze mededeling verwijst kennelijk naar nadere informatie in die krant over de onderhavige actie. Zo bevat de uiting ook beelden van een pagina in het AD waarop een artikel met de kop “Gratis tandenborstel” staat.

CVB 9 november 2011, dossiernr. 2011/00662 (Uw rentevaste periode loopt af)

2. Vooropgesteld wordt dat geen grief is gericht tegen het onderdeel van de bestre­den be­slis­sing waarin de Commissie heeft geoordeeld dat de bestreden uiting als recla­me in de zin van artikel 1 van de Nederlandse Reclame Code dient te worden aan­ge­merkt. Dit staat derhalve in beroep als onbestreden vast.
 
3. Het College begrijpt de klacht in eerste aanleg aldus, dat volgens geïntimeerde de uiting ten onrechte de suggestie wekt dat deze een za­ke­lijke kennisgeving met be­trekking tot het eindigen van de rentevaste periode van zijn hypotheek bevat. Vol­gens geïntimeerde is de uiting in werkelijkheid slechts bedoeld als reclame, te we­ten teneinde een seminar/ financieel product aan te prijzen. Volgens geïntimeerde is geen sprake van het verlopen van de rentevaste periode.
 
4. Naar het oordeel van het College blijkt uit het geheel van de uiting voldoende dui­delijk dat deze niet een zakelijke mededeling met betrekking tot het (moment van) verstrijken van de rentevaste periode bevat, maar is bedoeld om een “online semi­nar” van ING aan te prijzen dat verband houdt met het eindigen van de ren­te­vaste pe­riode. ING licht in de brief uit­voerig toe wat het doel van dit seminar is en op wel­ke vragen daarbij ant­woord zal worden gegeven. Aldus is de strekking van de uiting voldoende duidelijk. Van misleiding is daarbij geen sprake.

Vernietigt de beslissing van de Commissie voor zover in beroep en wijst de klacht alsnog af.

Vz afwijzing RCC 3 november 2011, dossiernr. 2011/00909 (postnl 1 1/2 uur i.p.v. 2 1/2 uur postbezorger)

Klacht over vacature advertentie als postbezorger. In de vacature van postbezorger in Den Haag is vermeld, dat het een baan betreft voor 15 uur per week; verdeeld over 6 dagen komt dat neer op 2,5 uur per dag. In werkelijkheid blijkt het te gaan om 1,5 uur per dag. Ook de mededeling dat na twee maanden pensioen wordt opgebouwd is niet juist. Het is klager gebleken dat in ieder geval de eerste drie maanden geen pensioen wordt opgebouwd.

De voorzitter acht voldoende aannemelijk geworden, dat klager in zijn klacht de arbeidsvoorwaarden die voor hem in de functie van tijdelijke hulpkracht bij PostNL gelden vergelijkt met de in de vacatures opgesomde arbeidsvoorwaarden ten aanzien van pensioenopbouw en werktijdenindeling die gelden voor de functie van postbezorger. Niet is gebleken dat de bestreden vacatureteksten onjuiste mededelingen bevatten over de werktijden en/of de pensioenopbouw van een postbezorger. Evenmin is gesteld of gebleken dat de arbeidsvoorwaarden van een tijdelijke hulpkracht op deze punten gelijk zijn aan die van een postbezorger.De klacht wordt daarom afgewezen.
 
RCC bevestigt Vz aanbeveling, 24 november 2011, dossiernr. 2011/00804 (Favoriete programma's tot 10 dagen terugkijken favoriete tv programma's tot 10 dagen terugkijken)

Klager stelt, kort samengevat, dat adverteerder in de uiting suggereert dat men favorie­te programma’s tot 10 dagen kan terugkijken via het nieuwe digitale TV-pakket van adver­teer­der. Er is echter slechts een zeer beperkt aanbod. Klager kan daardoor zijn favoriete pro­gram­ma’s niet terugzien.

In de bestreden uiting wordt zonder voorbehoud ten aanzien van de omvang van het aanbod gezegd dat men met TV Gemist zijn favoriete programma’s tot 10 dagen kan terugkijken. Anders dan adverteerder stelt, wijst de aanduiding “favoriete programma’s” naar het oordeel van de Commissie niet op het bestaan van beperkingen in het aanbod, noch ter zake het aanbod van terug te kijken programma’s noch ten aanzien van de zenders waarvan programma’s kunnen worden teruggekeken. Daarbij komt dat allerlei programma’s tot de favoriete programma’s van een kijker kunnen behoren. Met de voorzitter acht de Commissie het gegeven dat het aanbod van andere aanbieders van uitzending-gemist-diensten ook niet alle programma’s omvat, onvoldoende om de gemiddelde consument bekend te veronderstellen met het bestaan van beperkingen in de door Ziggo aangeboden dienst, zeker niet nu de uiting zelf een andere indruk wekt. Dat een andere adverteerder mogelijk ook soortgelijke onduidelijkheid doet ontstaan, maakt dit oordeel niet anders. Ter zake de door adverteerder overgelegde uiting van een andere aanbieder kan nog worden opgemerkt dat – anders dan in de uiting van adverteerder - uitdrukkelijk wel de zenders zijn genoemd die onder de aangeboden dienst vallen.
 
Gelet op het vorenstaande is geen duidelijke informatie verstrekt over een van de voornaamste kenmerken van het aangeprezen product, te weten de van het gebruik van TV Gemist te verwachten resultaten, als bedoeld onder b van artikel 8.2 van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Omdat de gemiddelde consument hierdoor ertoe gebracht kan worden een besluit over een transactie te nemen dat hij anders niet zou hebben genomen, acht de Commissie de uiting, overeenkomstig de beslissing van de voorzitter, misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.

RCC 8 november 2011, dossiernr. 2011/00911 (Club VIt, Den Haag Nat. onderzoek gezondheid / abonnement fitnessclub)

Naar het oordeel van de Commissie is de bestreden folder voldoende duidelijk herkenbaar als een reclame-uiting van Club Vit om deelname aan het Nationaal Onderzoek “Hoe gezond is Nederland?” via Club Vit aan te prijzen. In de uiting worden inhoud en doel van het onderzoek en het trainingsprogramma van Club Vit toegelicht en wordt meegedeeld dat de bijdrage voor deelname € 39,95 is. Niet wordt gesteld of gesuggereerd dat sprake is van een door de overheid geïnitieerd en uitgevoerd onderzoek.
De Commissie acht voorts voldoende aannemelijk gemaakt, dat klagers eindresultaten niet geschikt zijn om te worden opgenomen in het Nationaal Onderzoek, omdat klager niet heeft voldaan aan de voorwaarde van een trainingsprogramma in vier aaneengesloten weken. Niet is gebleken dat Club Vit de resultaten van deelnemers die wel aan alle voorwaarden hebben voldaan, niet verzamelt en/of doorgeeft ten behoeve van het Nationaal Onderzoek.
 
Gelet op het vorenstaande acht de Commissie de bestreden uiting niet misleidend in de door klager bedoelde zin, zodat de klacht wordt afgewezen.

RCC 8 november 2011, dossiernr. 2011/0085 (Honig vergelijkende voedingsclaim misleiding)

Ad 1.
Sprake is van een vergelijkende voedingsclaim in de zin van de Verordening (EG) Nr. 1924/2006 inzake voedings- en gezondheidsclaims voor levensmiddelen. Niet in geschil is dat, naar door adverteerder is gesteld, de claim in overeenstemming is met het hieromtrent bepaalde in de Verordening.
 
Met betrekking tot het onder Ad 1. genoemde bezwaar overweegt de Commissie als volgt.
Naar door adverteerder is erkend, bevat Honig Vezelrijk pasta niet 1,7, maar 1,5 keer meer vezels dan volkorenpasta. Aldus staat vast dat de reclame-uiting onjuiste informatie bevat ten aanzien van de één van de voornaamste kenmerken van het product als bedoeld onder b van arti­kel 8.2 van de Nederlandse Reclame Code (NRC), te weten de voordelen. De Commissie is van oordeel dat de gemiddelde con­sument door de reclame-uiting ertoe gebracht kan worden een besluit over een transactie te nemen, dat hij anders niet had genomen. Om die reden is de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.
 
Ad 2.
Met betrekking tot klagers stelling dat de vezels in het kookwater worden opgelost zodat de consument niet voldoende vezels meer zou binnen krijgen, heeft adverteerder aangevoerd dat deze stelling een misvatting is. Adverteerder heeft onweersproken gesteld dat tijdens het koken het gewicht van pasta toeneemt vanwege wateropname en dat hierdoor het vezelgehalte per 100 gram gekookt product afneemt, maar dat haar product ook na het koken 4,4 gram vezels per 100 gram bevat. Ook uit een door adverteerder overgelegde analyse blijkt dat ná bereiding de vezels nog altijd in het gekookte product aanwezig zijn.
Gelet op het voorgaande acht de Commissie het niet aannemelijk dat de vezels oplossen in water en dient de klacht op dit punt te worden afgewezen.
 
Ad 3.
Dat ‘voor meer gedetailleerde informatie’ naar de website van de MaagLeverDarmStichting wordt verwezen staat adverteerder in beginsel vrij. Niet weersproken is echter dat op deze website geen nadere informatie staat over het product van adverteerder, zoals in de uitging wordt gesuggereerd. Gelet op het voorgaande bevat de uiting ook op dit punt onjuiste informatie als bedoeld onder b van arti­kel 8.2 NRC en is deze ook op dit punt misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.

RCC 4 november 2011, dossiernr. 2011/00858 (Peter Langhout Reizen vanaf prijs vliegticket)

Toen klaagster een reis op de door haar gewenste vertrekdatum boekte, bleek dat voor de terugreis per persoon € 220,- extra moest worden betaald.

Naar door adverteerder is erkend, betreffen de in de uiting getoonde prijzen voor de 8-daagse reis naar Malta ‘vanaf-prijzen’, te weten de prijzen ‘op basis van de laagste vluchtklasse’. Deze informatie had naar het oordeel van de Commissie in de uiting bij de genoemde prijzen vermeld dienen te worden. Nu deze informatie ontbreekt, is de Commissie van oordeel dat sprake is van een omissie als bedoeld in artikel 8.3 onder c van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Voorts is de Commissie van oordeel dat hierdoor de gemiddelde consument ertoe gebracht kan worden om een besluit te nemen over een transactie, dat hij anders niet had genomen.
 
Gelet op het voorgaande is de reclame misleidend en daar­door oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.

RCC 4 november 2011, dossiernr. 2011/00903 (Award Notification Commission misleidende indruk grote prijs gewonnen)

Door deze zinsneden in het begin van de mailing wordt de stellige indruk gewekt dat klager winnaar is van een groot geldbedrag. Uit de mededelingen in het vervolg van de mailing “mits u het vooraf geselecteerde winnende nummer hebt” en “Stap 2: Geef Uw Keuze Voor Uitbetaling Van De Contante Prijs Indien U Wordt Bepaald Als Winnaar”, alsmede de laatste mededeling van de bijgevoegde, zeer klein afgedrukte Officiële Regels “U hebt nog niet gewonnen” kan worden afgeleid, dat van het winnen van een prijs door de geadresseerde van de mailing nog geen sprake is. Deze mededelingen nemen echter de sterk de aandacht trekkende indruk dat de ontvanger van de mailing reeds als prijswinnaar wordt beschouwd onvoldoende weg.
 
Gelet op het vorenstaande gaat de mailing gepaard met onjuiste informatie als bedoeld in de aanhef van artikel 8.2 van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Voorts is de Commissie van oordeel dat de gemiddelde consument door de uiting ertoe gebracht kan worden een besluit over een transactie te nemen dat hij anders niet had genomen. Gesuggereerd wordt immers dat, om de prijs op te vragen, de in het bijgevoegde “Acceptatieformulier” vermelde “Stap 1 t/m Stap 3” moeten worden voltooid, waarbij Stap 3 inhoudt dat € 15 moet worden betaald voor aankoop van het “bijkomende Exclusieve Aanbod”. De uiting is daarom misleidend en om die reden oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.

RCC 4 november 2011, dossiernr. 2011/00898 (Temps Geadresseerde reclame / postfilter)

Niet is weersproken dat klaagster zich heeft ingeschreven in het Post Register, waarmee zij kenbaar heeft gemaakt geen reclame via Direct Mail te willen ontvangen als bedoeld in artikel 3 van de Code voor het gebruik van Postfilter (Code Postfilter). Op grond van artikel 5.2 van de Code Postfilter dient een adverteerder/opdrachtgever, voordat hij een adressenbestand met personen wil gebruiken voor het verzenden van Direct Mail, altijd het Post Register te raadplegen en is het de adverteerder/opdrachtgever niet toegestaan een persoon te benaderen van wie de gegevens in het Post Register zijn opgenomen. Nu adverteerder niet aannemelijk heeft gemaakt voorafgaand aan het feitelijk toesturen van de mailing aan klaagster het Post Register te hebben geraadpleegd, heeft adverteerder in strijd met de genoemde bepaling van de Code Postfilter gehandeld.

RCC 4 november 2011, dossiernr. 2011/00862 (Het Perzenhuis, achterhakkers 73 te Dordrecht opheffingsuitverkoop suggestie unieke aanbieding)

Met de zinsneden ‘VERKOOP SLECHTS 2 DAGEN’, en ‘A.S. VRIJD.&ZATERD.’, wordt de suggestie gewekt dat het een unieke aanbieding betreft. De gemiddelde consument zal menen dat het om een eenmalige kortingsactie gaat waarbij een bijzonder voordeel valt te behalen. Gebleken is echter dat dezelfde advertentie wekelijks in de krant staat en dat het derhalve niet gaat om een unieke, eenmalige actie.
 
Blijkens het voorgaande is geen duidelijke informatie verstrekt over de voornaamste kenmerken van de producten waarop de actie betrekking heeft, te weten de beschikbaarheid van die producten, als bedoeld onder b van artikel 8.2 van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Voorts is de Commissie van oordeel dat de gemiddelde consument hierdoor ertoe gebracht kan worden een besluit over een transactie te nemen, dat hij anders niet had genomen. Om die reden is de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.


RCC 4 november 2011, dossiernr. 2011/00857 (Vodafone Internet op reis niet voor alle abonnementen)

Naar het oordeel van de Commissie wordt in de reclame de indruk gewekt dat men met elk willekeurig abonnement bij Vodafone in 42 landen voor € 2 per dag internet op zijn mobiele telefoon kan ontvangen. Gebleken is echter dat deze dienst niet kan worden gebruikt door ‘Vodafone Scherp’ abonnees.
Naar het oordeel van de Commissie is dit essentiële informatie die de gemiddelde consument nodig heeft om een goed geïnformeerd besluit over een transactie te nemen. In een dergelijk geval kan een adverteerder er niet mee volstaan om, zoals in dit geval, in de uiting uitsluitend te verwijzen naar een website.

RCC 4 november 2011, dossiernr. 2011/00871 (ClickandBuy prijs gewonnen)

In het onderwerp van de e-mail wordt nadrukkelijk gesteld dat de ontvanger van de mail een iPad2 heeft gewonnen.
 
Gebleken is echter dat de ontvanger zich, om kans te maken op een prijs, dient aan te melden voor een selectieprocedure. De mededeling, waarin wordt gesteld dat reeds een prijs is gewonnen, is derhalve onjuist.
 
Gelet op het voorgaande gaat de uiting gepaard met onjuiste informatie ten aanzien van het product als bedoeld in artikel 8.2 aanhef van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Voorts is de Commissie van oordeel dat de gemiddelde consu­ment door de uiting ertoe ge­bracht zou kunnen worden een besluit over een transactie te ne­men, dat hij anders niet zou hebben genomen. Gelet op het voorgaande is de uiting misleidend en daar­door oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.

Vz toewijzing 3 november 2011, dossiernr. 2011/00924 (Opel pk)

In artikel 1 van de CVP is bepaald dat in reclame-uitingen het motorvermogen in ieder geval in kilowatts (kW) dient te worden uitgedrukt. Nu dat in de gewraakte tekstgedeelten niet is gebeurd, acht de voorzitter deze in strijd met eerdergenoemde  bepaling.  

Vz toewijzijng 3 november 2011, dossiernr. 2011/00967 (Dell XPS 17-standaard geleverd met 3D vision)
“Ervaar de sensatie van 3D” en “De XPS 17 wordt standaard geleverd met NVIDIA 3D  Vision, dat unieke mogelijkheden biedt om 3D-inhoud te streamen (…) Alleen beschikbaar via www.3DVisionLive.com. Speel meer dan 500 games in adembenemend 3D. NVIDIA 3D Vision zet 2D-games automatisch om naar 3D (…)”

Klager stelt terecht dat uit de reclame-uiting lijkt te volgen dat elke XPS 17-laptop beschikt over de in die uiting genoemde 3D-eigenschappen. Adverteerder heeft niet betwist dat alleen de duurdere versies van deze laptop over die eigenschappen beschikken en dat dit niet uit de uiting blijkt. Adver­teerder erkent dat de website op dit punt voor verbetering vatbaar is.

Om die reden is de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.

Vz afwijzing 3 november 2011, dossiernr. 2011/00946 (orangegas.nl HAPPY PLANET. Schoner rijden goedkoper, schoner, beter voor Nederland voor iedereen die van zijn longen houdt)

In de uiting wordt GroenGas aangeprezen als brandstof die schoner is of wel minder vervuilend. Uit het overzicht waarnaar adverteerder verwijst, blijkt dat de fijnstof-emissie en de NOx-emissie van GroenGas geringer zijn dan deze emissies van andere brandstoffen, uitgezonderd LPG en elektriciteit. Gelet hierop acht de voorzitter de gewraakte zinsneden, die geen absolute milieuclaim bevatten, niet in strijd met de MRC.

Vz afwijzing 3 november 2011, dossiernr. 2011/00893 (Importeur FORD NEDERLAND Automatisch remmen / parkeren / (geen recidive 11 / 634))

De voorzitter gaat ervan uit dat klager doelt op de uitspraak van de Commissie in dossier 2011/00634, waarin de Commissie heeft geoordeeld dat de advertentie waarin de Ford Focus Wagon wordt aangeprezen met de mededeling “Voorkomt kop-staartbotsingen. Active City Stop” misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 van de Nederlandse Reclame Code (NRC) is. De onderhavige uiting betreft een televisiecommercial waarin de technologie van de nieuwe Ford Focus wordt aangeprezen, die nog niet door de Commissie is beoordeeld. Van de door klager gestelde recidive is derhalve geen sprake.
 
Nu niet is gesteld of gebleken dat de mededelingen in de commercial betreffende de in de aangeprezen Ford Focus aanwezige technologische hulpmiddelen niet juist of anderszins in strijd met de NRC zijn, wordt de klacht afgewezen.

Vz RCC 3 november 2011, dossiernr. 2011/00968 (Transavia euro 7 extra onvermeld)


Vaststaat dat aan klager tijdens het boeken van de reis ten onrechte de mededeling werd ge­toond dat in de reissom van € 350,-- 10 kilo ruimbagage per persoon inbegrepen was. Aldus dient te wor­den geoordeeld dat adverteerder in haar re­cla­me-uiting geen juiste informatie heeft verstrekt over de inhoud van de dienst, te weten over de uitvoering daarvan, een van de voornaamste kenmerken als bedoeld onder b van artikel 8.2 van de Nederlandse Re­clame Code (NRC). Voorts is de Commissie van oordeel dat de gemiddelde consument hierdoor ertoe gebracht kan worden een besluit over een transactie te nemen, dat hij anders niet had genomen. Om die reden is de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC. De disclaimer waarop adverteerder zich beroept, leidt niet tot een ander oor­deel. Deze disclaimer neemt immers de misleiding niet weg.

RB 1267

IE-Diner 2012

Op donderdag 26 januari 2012 (de laatste donderdag van januari) organiseert deLex, uitgever van IE-Forum.nl, het vijfde IE-Diner, in de Industrieele Groote Club op de Dam in Amsterdam.

IE-collega’s in ‘gepaste kledij’, leden van de Raad van Advies van IE-Forum.nl, dranken en spijzen kortom, het IE-diner, onder leiding van avondvoorzitter mr. E.J. Numann, raadsheer in de Hoge Raad. Naast eten en drinken, zijn er tafelspeeches van Remy Chavannes, Anselm Kamperman Sanders, Xandra Kiers-Becking, Willem Leppink en Hendrik Struik.

U kunt zich per email opgeven bij Claudia Zuidema, uitgeverij deLex, czuidema@delex.nl

Inschrijven
Het aantal plaatsen is beperkt. Mocht u nog speciale dieetwensen hebben (vegetarisch of anderzins), wilt u dit dan per mail doorgeven?

Locatie
De Industrieele Groote Club
Dam 27
1012 JS Amsterdam
(020) 624 22 20
Klik hier voor een routebeschrijving.

Mee-eten kost €225,00 ex. btw, sponsors van IE-Forum.nl betalen €195,00 ex btw.
Heeft u nog vragen? Stuur een email naar czuidema@delex.nl.

RB 1266

Equilac

RCC met ALERT 24 oktober 2011, dossiernr. 2011/00907 (Ecopharma BVBA Ecuilac / medische claims geneesmiddelenwet)

Volgens de Keuringsraad bevat de bestreden website meerdere aanprijzingen die in strijd zijn met artikel 2 van de Nederlandse Reclame Code (NRC), omdat deze in strijd zijn met de artikelen 1 lid 1 sub b en 84 van de Geneesmiddelenwet (Gmw) en artikel 20 lid 2 sub a van de Warenwet. Voorts zijn de uitingen op de website misleidend in de zin van de artikelen 7 en 8.2 NRC.

Uiting betreffende Equilac Capsules.

Adverteerder heeft niet aannemelijk gemaakt dat het aangeprezen product Equilac Capsules de werking heeft die daaraan in de uiting wordt toegeschreven. Dit impliceert dat het ervoor moet worden gehouden dat de uiting onjuiste informatie bevat over de van het product te verwachten resultaten als bedoeld in artikel 8.2 aanhef en onder b NRC, welke resultaten als een van de voornaamste kenmerken van het product moeten worden beschouwd. Omdat de gemiddelde consument door de uiting ertoe gebracht kan worden een besluit over een transactie te nemen dat hij anders niet had genomen, is de uiting betreffende Equilac Capsules tevens misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.


Uiting betreffende Equilac Sensitive Body Cream.

Adverteerder heeft niet aannemelijk gemaakt dat het aangeprezen product Equilac Sensitive Body Cream de werking heeft die daaraan in de uiting wordt toegeschreven. Dit impliceert dat het ervoor wordt gehouden dat de uiting onjuiste informatie bevat over de van het product te verwachten resultaten als bedoeld in artikel 8.2 aanhef en onder b NRC, welke resultaten als een van de voornaamste kenmerken van het product moeten worden beschouwd. Omdat de gemiddelde consument door de uiting ertoe gebracht kan worden een besluit over een transactie te nemen dat hij anders niet had genomen, is de uiting betreffende Equilac Sensitive Body Cream tevens misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.


III. Openbare aanbeveling.

 Voor de Commissie is niet onomstotelijk komen vast te staan, dat HorsePower BVBA, die in de uitspraak van de Commissie van 12 december 2006 als adverteerder is aangemerkt, dezelfde is als de onderhavige adverteerder Ecopharma BVBA, zodat niet zonder meer kan worden geoordeeld dat sprake is van recidive. De Commissie acht echter de ernst van de overtreding zodanig, dat zij daarin aanleiding ziet om deze beslissing als ‘Alert’ onder de aandacht te brengen van een breed publiek als bedoeld in de artikelen 17 lid 1 onder h en 18 lid 4 van het Reglement betreffende de Reclame Code Commissie en het College van Beroep.

RB 1265

Dubbelzinnigheid van de mededeling

Vz afwijzing 3 november 2011, dossiernr. 2011/00895 (T-Mobile Ali B/ likken aan lipjes (luier))

In de commercial [red. winnaar gouden loekie 2011] is onder andere te zien hoe Ali B., die een baby een schone luier geeft, wordt gebeld door een vriend die eveneens een baby verschoont en vraagt “Hoe zit het ook alweer met die lipjes man, van die luiers?” Hierop antwoordt Ali B.: “Die moet je likken.” Na de ongelovige vraag van de vriend “Likken?” is te zien hoe Ali B. zijn tong uitsteekt.

De dubbelzinnigheid van de mededeling dat aan de lipjes van de luier gelikt moet worden en de bewegingen die Ali B. daarbij maakt met zijn tong is walgelijk. De reclame is confronterend voor mensen die te maken hebben gehad met misbruik van kinderen voor kinderporno.

Bij de beantwoording van de vraag of een reclame-uiting in strijd is met criteria zoals de goede smaak en/of het fatsoen dan wel nodeloos kwetsend is, zoals klaagster kennelijk met haar klacht bedoelt, stelt de Re­clame Code Commissie zich terughoudend op, gelet op het subjectieve karakter van die cri­teria. Met inachtneming van deze terughoudend­heid is de voorzitter van oordeel dat de on­der­havige uiting niet van dien aard is dat de grenzen van het toelaatbare worden over­schre­den. De televisiecommercial is duidelijk humoristisch bedoeld en zal door de gemiddelde consument niet worden opgevat als een verwijzing naar kinderporno.

De voorzitter heeft er overigens begrip voor dat niet iedereen de onderha­vige uitingen zal waarderen. Dit kan evenwel niet tot een andere beslissing leiden.

RB 1264

Vertrekbelasting is geen luchthavenbelasting

RCC 14 november 2011, dossiernr. 2011/00868 (Fox vakanties Niet inclusief luchthavenbelasting)

Gelet op het voorgaande acht de Commissie het voldoende aannemelijk dat het in de uiting genoemde tarief inclusief luchthavenbelasting is en dat het door klaagster te betalen bedrag op het vliegveld niet ‘luchthavenbelasting’ was, maar de ter plaatse te betalen ‘vertrekbelasting’, welke kosten dienen te worden beschouwd als additionele, ter plaatse te betalen kosten waarop in de uiting wordt gewezen en welke kosten in de overige documenten nader worden toegelicht.
 
Weliswaar is derhalve sprake van een onjuiste benaming van deze kosten in het document dat klaagster ter plaatse op Bali ontving, maar niet kan worden gezegd dat hiermee de gewraakte reclame-uiting op dit punt onjuist dan wel misleidend is. Immers zijn de prijzen van de in de uiting genoemde reis inclusief luchthavenbelasting en kan, voor wat betreft de ter plaatse te betalen vertrekbelasting, nu dit een variabele kostenpost betreft, in de uiting worden volstaan met het noemen van ‘additionele kosten’ en een verwijzing naar de website.

RB 1262
RB 1259

Sinterklaas in abattoir

RCC 8 december 2011, dossiernr. 2011/01126 ('Sinterklaas' in abattoir)

Het betreft een televisiecommercial waarin een vader en moeder telefonisch met elkaar overleggen wie de sinterklaascadeautjes moet kopen. Beiden zijn, (slordig) verkleed als Sinterklaas, te zien in hun werkomgeving, de vader als slager in een abattoir en de moeder in een nagelstudio. De voice-over zegt: “Naast een druk leven ook nog voor Sinterklaas spelen? Ook daarom koop je bij bol.com. Dan weet je zeker dat je de cadeautjes op tijd in huis hebt.” Commissie toetst terughoudend en wijst de klacht af. Ze is van oordeel dat het duidelijk overdreven en humoristisch is bedoeld.

 

De Commissie vat het bezwaar van klager aldus op dat hij de televisiecommercial in strijd acht met de goede smaak en/of het fatsoen als bedoeld in artikel 2 van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Bij de beoordeling van de vraag of een reclame-uiting in strijd is met criteria als de goede smaak en/of het fatsoen stelt de Commissie zich, gelet op het subjectieve karakter van deze criteria, terughoudend op. Met inachtneming van deze terughoudendheid is de Commissie van oordeel dat de onderhavige, duidelijk overdreven en humoristisch bedoelde commercial niet van dien aard is dat de grens van het toelaatbare is overschreden.

De Commissie heeft er overigens begrip voor dat niet iedereen de onderhavige uiting zal waar-deren. Dit is evenwel geen aanleiding om over het voorgaande anders te oordelen.

 

RB 1258

Gamma - gratis Lego

RCC 16 december 2011 dossiernr. 2011/01059 (Waar gaan die mooie beentjes naartoe)

Het betreft een televisiereclame op www.gamma.nl waarin een aantal jongens met lego speelt (hier). Eén van hen laat een boer en van een ander is de bilspleet te zien. Tijdens een  pauze verschijnen de jongens op een balkon. Buiten zien zij een blondine met een kort rokje, hoge hakken en een hondje lopen waarop één van de jongens naar haar fluit en roept: “Zo, waar gaan die mooie beentjes naar toe?”. Ten slotte wordt gezegd: “Gamma is er ook voor de kleinste bouwers, want tijdens de waanzinnige weken krijg je  gratis lego”. RCC wijst de klacht af, omdat deze uiting duidelijk humoristisch is bedoeld

Klaagster vindt de reclame denigrerend ten opzichte van bouwvakkers, omdat gebruik wordt gemaakt van een zeer negatief stereotype. Ook is de reclame seksistisch: de reclame toont hoe jonge jongens macht uitoefenen over een volwassen vrouw door haar lastig te vallen met seksueel getinte opmerkingen. Klaagster vindt het verontrustend dat dit seksisme als iets lolligs wordt gepresenteerd.

In de onderhavige uiting wordt op duidelijk humoristisch bedoelde wijze gewezen op het feit dat “de kleinste bouwers” tijdens “de waanzinnige weken” bij Gamma “gratis lego” kunnen krijgen. Daarbij wordt onmiskenbaar gebruik gemaakt van een stereotype beeld van het beroep van bouwvakkers, maar noch het feit dat dit gebeurt noch de wijze waarop dat in dit geval gebeurt, leidt tot het oordeel dat de Nederlandse Reclame Code wordt overtreden. Dat niet iedereen de uiting zal waarderen, leidt niet tot een ander oordeel.

RB 1257

Alzheimer bij ouders van zevenjarigen

Vz RCC 8 december 2011, dossiernr. 2011/01133 (Alzheimer Nederland misleiding)

Uit het transcript* van de uiting meent klager op te maken dat Alzheimer voorkomt bij mensen die kinderen van zeven jaar oud hebben. Bij deze groep is Alzheimer extreem sporadisch en zeker geen één op de vijf.

Voorzitter wijst de klacht af.

 

In de radiocommercial wordt gezegd dat de kans dat men Alzheimer krijgt “één op vijf” is. De voorzitter is van oordeel dat deze mededeling niet specifiek betrekking heeft op mensen met kinderen van zeven jaar, maar onmiskenbaar een algemene strekking heeft, derhalve geldt voor de gehele bevolking en voor een onbepaalde leeftijd. De gemiddelde con­su­ment zal uit de uiting derhalve niet afleiden dat de kans dat een ouder met een kind van zeven jaar Alz­heimer krijgt 20% is. Het feit dat de in de radiocommercial genoemde situatie van een gezin met jonge kinderen waarvan de vader Alzheimer krijgt, niet een gebruikelijke situatie  is, leidt niet tot het oordeel dat sprake is van misleidende reclame. Als algemeen bekend kan wor­den verondersteld dat Alzheimer het meest voorkomt bij mensen op gevorderde leeftijd, zodat het de consument duidelijk is dat in de radiocommercial een niet vaak voorkomende situatie wordt genoemd.

 

* transcript
Freek heeft een vrouw, maar hij is geen man voor haar.
Freek heeft twee jonge kinderen, maar hij kan geen vader zijn.
Freek heeft Alzheimer.
Is er dan echt niet een pilletje mamma? Je moet dan echt tegen je kind van 7 zeggen nee lieverd, er is echt geen pilletje voor deze ziekte.
De kans dat u dit ook treft is één op vijf.
Onderzoek is de oplossing om Alzheimer te voorkomen.
Geef daarom deze week aan de collectant van Alzheimer Nederland.

RB 1256

Geen voorbehoud financiële dienstverlening

RCC 8 december 2011, dossiernr. 2011/01131 (Alex.nl-In't verleden behaalde resultaten)

Een radiocommercial voor Alex Vermogensbeheer eindigt met de volgende uitgesproken tekst: “Bij Alex Vermogensbeheer checken we elke dag uw portefeuille. U bent al welkom vanaf 25.000 euro. Op kansen en bedreigingen reageren we meteen. Dat doen we zó goed, dat we uitgeroepen zijn tot de beste vermogensbeheerder van Nederland. Voor Alex Vermogensbeheer én onze rendementen". Er is volgens klager geen voorbehoud gemaakt zoals “In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst”. Dit is in strijd met art. 10.4 Wft en bijlage 10, dus strijd met 2 NRC strijd met de wet.

2. Krachtens artikel 6.3 lid 1 van de Nadere regeling gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft en artikel 10.4 van de daarbij behorende Bijlage 10 dienen in reclame-uitingen van beleggingsondernemingen, waarin verwachtingen omtrent de toekomst worden uitgesproken dan wel wordt gerefereerd aan in het verleden behaalde resultaten, de volgende zinnen te worden opgenomen: “De waarde van uw belegging kan fluctueren. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst.”

3. Weliswaar worden in de bestreden radiocommercial geen concrete rendementen uit het verleden genoemd, maar door de zinsneden “Op kansen en bedreigingen reageren we meteen. Dat doen we zó goed dat we uitgeroepen zijn tot de beste vermogensbeheerder van Nederland” en de verwijzing naar de website voor “onze rendementen” wordt naar het oordeel van de Commissie in de commercial als geheel bezien een inhoudelijke kwalificatie van de diensten van adverteerder gegeven waarbij wordt gerefereerd aan in het verleden behaalde resultaten. Op grond daarvan had de waarschuwing “De waarde van uw belegging kan fluctueren. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst” in de commercial niet mogen ontbreken. Dat de waarschuwing wel is vermeld op de website van adverteerder doet hieraan niet af. 

4. Adverteerder heeft blijkens het voorgaande gehandeld in strijd met artikel 6.3 lid 1 en bijlage 10 van de Nadere regeling gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft, die is gebaseerd op artikel 56 van het Besluit Gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft. Nu in ieder geval laatstgenoemd besluit een wettelijke basis heeft en de reclame-uiting daarmee niet in overeenstemming is wegens het ontbreken van de voorgeschreven waarschuwing, heeft adverteerder artikel 2 NRC geschonden.