RB
DOSSIERS
Alle dossiers

Verkopers  

RB 2294

Adverteren met model dat niet valt onder actievoorwaarde is misleidend

Vz RCC 22 december 2014, RB 2294 (fauteuils)
Voorzitterstoewijzing. Misleiding. Art. 8.3 NRC. De uiting: “Deze week 2 halen 1 betalen*”. De klacht: In de folder zijn enkele mooie fauteuils afgebeeld met daarbij de aanbieding “Deze week 2 halen 1 betalen*”. De asterisk verwijst onder andere naar de mededeling “De gratis stoel is er een uit de actie-collectie”. Hiermee belooft adverteerder, aldus klager, dat bij aankoop van een van afgebeelde fauteuils een identieke fauteuil gratis verkregen kan worden. In werkelijkheid blijken de afgebeelde fauteuils echter niet tot de “actie-collectie” te behoren en krijgt men een andere stoel gratis.

Deze klacht treft doel. Naar het oordeel van de voorzitter kan de aanduiding “actie-collectie” in de voorwaarden bij de gemiddelde consument de indruk wekken dat gedoeld wordt op de collectie stoelen en banken waarop de actie ‘2 halen 1 betalen’ betrekking heeft, en dat men dus bij de aanschaf van een bank of stoel uit de maatwerkcollectie, waarvoor de actie geldt, een stoel uit dezelfde collectie gratis krijgt. Vast is komen te staan dat met “actie-collectie” in werkelijkheid gedoeld wordt op een collectie niet op maat gemaakte - en daardoor goedkopere - stoelen.

Het vorenstaande leidt ertoe dat in de uiting sprake is van het op onduidelijke wijze verstrekken van essentiële informatie die de gemiddelde consument nodig heeft om een geïnformeerd besluit over een transactie te nemen als bedoeld in artikel 8.3 aanhef en onder c van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Omdat de gemiddelde consument hierdoor ertoe gebracht kan worden een besluit over een transactie te nemen dat hij anders niet had genomen, is de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.
RB 2272

Leeuw Telecom misleidt met 50% kortingsactie

RCC 6 november 2014, RB 2272 (Leeuw Telecom)
Aanbeveling. Misleiding. Prijsvermelding. Art. 7 en 8.2 NRC. De uiting: Het betreft twee buiten de winkel van adverteerder geplaatste reclameborden waarop staat: “50% korting op alle accessoires en reparaties!” of “Tot 50% korting op alle accessoires en telefoons”. De klacht: Toen klaagster in de winkel van adverteerder een Samsung headset kocht, werd haar daarvoor de normale prijs van € 10,- in rekening gebracht. Op de vraag van klaagster naar de op de borden beloofde korting van 50% op accessoires, deelde de verkoopmedewerker mee dat deze headset bij de MediaMarkt € 20,- kost, zodat de gerekende prijs van € 10,- een korting van 50% betekent.

In de bestreden uitingen wordt zonder voorbehoud vermeld dat door adverteerder (tot) 50% korting op accessoires wordt verstrekt. De gemiddelde consument zal deze reclame aldus opvatten dat de korting wordt gegeven op de buiten de actieperiode door adverteerder gehanteerde normale prijzen voor accessoires. Bij gebreke van een andersluidende reactie van adverteerder gaat de Commissie ervan uit dat klaagster geen korting heeft gekregen op de door haar aangeschafte Samsung headset.

Aldus gaan de uitingen gepaard met onjuiste informatie ten aanzien van het bestaan van een specifiek prijsvoordeel als bedoeld in artikel 8.2 aanhef en onder d van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Omdat de gemiddelde consument hierdoor ertoe gebracht kan worden een besluit over een transactie te nemen dat hij anders niet had genomen, zijn de uitingen misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC .
RB 2271

Niet vermelden typenummers elektronica in folder is misleidend

RCC 6 november 2014, RB 2271 (Blokker)
Aanbeveling. Misleiding. Voornaamste productkenmerken. Art. 7 en 8.2 NRC. De uiting: Het betreft de reclamefolders van Blokker van de weken 19, 22 en 25 van 2014, voor zover daarin elektronicaproducten voor consumenten worden aangeboden. De klacht: Op het gebied van de verkoop van consumentenelektronicaproducten is Blokker een rechtstreekse concurrent van Expert. Blokker vermeldt stelselmatig in haar reclame-uitingen voor deze producten geen typenummers, hetgeen tot verwarring leidt bij de consument. Door het ontbreken van typenummers is het voor de consument niet mogelijk om door Blokker aangeboden producten te vergelijken met aanbiedingen van Expert, en de aanbiedingen van Blokker ten opzichte van die van Expert op juiste waarde te schatten.

In eerdere vergelijkbare zaken betreffende andere adverteerders – onder andere in het door klager aangehaalde dossier 2012/00857 – heeft de Commissie overwogen dat een uiting waarin de typenummers van consumentenelektronicaproducten niet worden vermeld, niet voldoet aan de vereisten van duidelijkheid en volledigheid. De Commissie ziet geen aanleiding thans anders te oordelen. Het aanbod van elektronicaproducten is zeer gevarieerd en mede ten gevolge van de voortdurende wijzigingen in uitvoering moeilijk te overzien voor de con-sument. Vernieuwing of aanpassing van een bestaand product wordt vaak tot uitdrukking ge-bracht door wijziging van het typenummer. Zonder typenummer is het aangeboden product daarom voor de consument moeilijk te identificeren en niet te vergelijken met de aanbiedingen van de andere adverteerders. De stelling van adverteerder dat het vermelden van typenummers bij de alleen door Blokker aangeboden producten tot onduidelijkheid bij de consument leidt, treft naar het oordeel van de Commissie geen doel.

Gelet op het voorgaande is de bestreden reclame onduidelijk ten aanzien van de uitvoering van het aangeprezen product als bedoeld in artikel 8.2 aanhef en onder b NRC. Voorts kan, naar het oordeel van de Commissie, het ontbreken van typenummers in de uitingen de gemiddelde consument ertoe brengen een besluit te nemen over een transactie dat hij anders niet had genomen, ongeacht of hij uiteindelijk tot aankoop van een product overgaat. Gelet op het voorgaande zijn de uitingen misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.
RB 2215

Alleen korting op sieraden met kortingssticker

Vz. RCC 6 augustus 2014, RB 2215, dossiernr. 2014/00520 (Eve sieraden)
Voorzitterstoewijzing. Oneerlijke reclame. Het betreft de vermelding “Alle Eve sieraden tot 75% korting” in de etalage van een Lucardi winkel te Amsterdam. Klaagster stelt, samengevat, dat in de winkel bleek dat de korting niet voor alle Eve sieraden gold, maar alleen voor de sieraden met een kortingssticker. Klaagster acht de uiting misleidend omdat niet op alle Eve sieraden korting werd gegeven en er geen producten met 75% korting te koop waren. De voorzitter acht de reclame-uiting deels in strijd met het bepaalde in artikel 7 NRC.

1) Klaagster maakt in de eerste plaats bezwaar tegen het feit dat in de uiting staat dat op “alle” Eve sieraden korting wordt gegeven, terwijl in werkelijkheid de korting alleen blijkt te gelden voor de Eve sieraden die zijn voorzien van een kortingssticker. Adverteerder heeft tegen dit onderdeel van de klacht geen specifiek verweer gevoerd. De voorzitter gaat daarom ervan uit dat de klacht in zoverre feitelijk juist is. Dit impliceert dat in de uiting een onvolledig beeld van de actie wordt gegeven. Immers, anders dan in de uiting staat, geldt de korting niet voor de gehele (“alle”) Eve collectie maar kennelijk alleen voor een bepaalde selectie daarvan. De consument kan dit pas constateren nadat hij de winkel is binnengegaan in de onjuiste veronderstelling dat korting wordt gegeven op alle Eve artikelen. In zoverre oordeelt de voorzitter dat sprake is van het te laat verstrekken van de essentiële informatie die de gemiddelde consument nodig heeft om een geïnformeerd besluit over een transactie te nemen als bedoeld in artikel 8.3 aanhef en onder c van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Voorts is de voorzitter van oordeel dat de gemiddelde consument hierdoor ertoe gebracht kan worden een besluit over een transactie te nemen, dat hij anders niet had genomen. Om die reden is de uiting misleidend en oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.

2) Met betrekking tot de maximaal mogelijke korting (“tot 75%”) stelt klaagster dat volgens een verkoopster in het desbetreffende filiaal geen artikel was te vinden waarop 75% korting werd gegeven. In reactie hierop heeft adverteerder een foto van de desbetreffende winkelvitrine overgelegd waarop een artikel zichtbaar is dat met 75% korting wordt verkocht. Dit artikel staat volgens adverteerder eveneens in een folder die over 2,7 miljoen huishoudens in Nederland is verspreid en in een boekje dat aan de filialen is verzonden met daarbij de tijdelijke kortingsprijs. Beide zijn door adverteerder overgelegd. Adverteerder stelt dat er meer artikelen zijn die met 75% korting verkocht worden. Aldus heeft adverteerder voldoende aannemelijk gemaakt dat zij daadwerkelijk een of meer artikelen te koop aanbiedt met 75% korting. Dat voor andere artikelen een lagere korting geldt, blijkt voldoende uit de aanduiding “tot” 75% korting. In zoverre kan de klacht niet slagen. Dat klaagster over het voorgaande mogelijk niet juist is geïnformeerd door een verkoopster van het desbetreffende filiaal, leidt niet tot een ander oordeel.
RB 1829

Geen specifiek prijsvoordeel

Vz RCC 17 juni 2013, dossiernr. 2013/00437 (Kruidvat luiers)
Misleidende reclame. Betreft de mededeling op het prijskaartje in een Kruidvat filiaal bij het schap met luiers van het huismerk: 'ACTIE! Kruidvat Jumbopack 13,89'. Volgens klaagster wordt gesuggereerd dat de pakken een speciale actieprijs hebben, terwijl deze prijs gelijk is aan de normale prijs.

De aanduiding 'actie' wijst op het bestaan van een prijsvoordeel voor het product. De uiting is voor de gemiddelde consument onduidelijk ten aanzien van het bestaan van een specifiek prijsvoordeel. De voorzitter acht de uiting misleidend.

Het oordeel van de voorzitter
De voorzitter is van oordeel dat de klacht  de Commissie aanleiding zal geven een aanbeveling te doen, en overweegt daartoe het volgende.

De aanduiding “actie” in de uiting wijst op het bestaan van een prijsvoordeel voor het betreffende product. Niet is echter weersproken dat de weergegeven prijs van € 13,89 geen actieprijs is, maar de normale prijs betreft. Aldus is de uiting voor de gemiddelde consument onduidelijk ten aanzien van het bestaan van een specifiek prijsvoordeel als bedoeld in de aanhef en onder d van artikel 8.2 van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Omdat de voorzitter voorts van oordeel is dat de gemiddelde consument door de uiting ertoe gebracht kan worden een besluit over een transactie te nemen dat hij anders niet had genomen,is de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.

De voorzitter ziet in hetgeen adverteerder bij verweer heeft meegedeeld aanleiding om ten aanzien van de aanbeveling te bepalen dat deze wordt gedaan voor zover nog nodig.

RB 1750

Verborgen houden essentiële info over leeftijdskorting

Vzr. RCC 21 mei 2013, dossiernr. 2013/00266 (Peale leeftijdskorting)

Zie ook RB 1588. Leeftijdskorting. Betreft een folder en de advertentie in het blad Veluwerand.nl met de tekst 'Leeftijds-korting op alle monturen (uw leeftijd is uw korting in %)'. Nadat klaagster een nieuw montuur had uitgezocht, bleek zij geen leeftijdskorting te krijgen. Alleen indien men ook nieuwe glazen neemt, krijgt men de korting. Volgens klaagster is de reclame misleidend.

De voorzitter is van oordeel dat uitdrukkelijk vermeld had moeten worden dat de leeftijdskorting alleen wordt gegeven bij aanschaf van een complete bril. Er is sprake van een verborgen houden van een essentiële voorwaarde. De voorzitter acht de reclame-uiting misleidend. Met betrekking tot de folder overweegt de voorzitter dat adverteerder op de voorzijde van de folder volstaat met een verwijzing naar de voorwaarden, nu deze op de achterzijde van de folder staan en zij duidelijk vermeld zijn.

Aldus is sprake van een verborgen houden van een essentiële voorwaarde die de gemiddelde consument nodig heeft om een geïnformeerd besluit over een transactie te nemen als bedoeld in artikel 8.3 onder c van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Nu de gemiddelde consument er bovendien toe kan worden gebracht een besluit over een transactie te nemen, dat hij anders niet had genomen, is de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.
 
Met betrekking tot de folder overweegt de voorzitter dat voor- en achterzijde van de folder als één geheel dienen te worden beschouwd. Om die reden kan adverteerder op de voorzijde van de folder volstaan met een verwijzing naar de voorwaarden, nu deze op de achterzijde van de folder staan en de gewraakte beperkende voorwaarde daarin duidelijk is vermeld.

RB 1749

Juistheid geclaimde werking niet aannemelijk gemaakt

RCC 3 mei 2013, dossiernr. 2013/00135 (Tancosan)
Misleidende reclame. Digitale marketing. Betreft claims op de websites van Tancosan.com. Volgens de websites is Tancosan een voedingssupplement dat het afweersysteem ondersteunt en zorgt voor een goede weerstand en een hoog energieniveau. Klaagster heeft echter geen wetenschappelijke onderbouwing kunnen vinden waaruit blijkt dat deze claims waar zijn. Volgens haar bevatten de uitingen niet genoeg informatie en bovendien onjuiste gegevens, waardoor zij misleidend zijn.

Naar het oordeel van de Keuringsraad, zouden de claims niet van een toelatingsstempel zijn voorzien, indien zij zouden zijn voorgelegd. Naar het oordeel van de Commissie is niet duidelijk, op grond van welke ingrediënten van Tancosan wordt beweerd dat dit product het immuunsysteem van het lichaam verbetert en leidt tot een hoger energieniveau. Adverteerder is niet geslaagd in het aannemelijk maken van de juistheid van de geclaimde werking. De Commissie acht de reclame-uitingen derhalve in strijd met artikel 7 NRC en beveelt adverteerder niet meer op dergelijke wijze reclame te maken.

1) De Commissie stelt voorop dat de klacht in het bijzonder is gericht tegen de mededelingen in de bestreden uiting die inhouden of impliceren dat Tancosan het immuunsysteem (de “weerstand”) van het lichaam ondersteunt of verbetert respectievelijk leiden tot een “hoger energieniveau”. De Commissie acht de claims niet van een dusdanige aard, dat sprake is van medische claims. Wel is sprake van gezondheidsclaims in de zin van artikel 3 lid 1 van de Reclamecode voor Voedingsmiddelen (RVV) in verbinding met artikel 2 lid 5 van de EU-verordening inzake voedings- en gezondheidsclaims voor levensmiddelen nr. 1924/2006 (verder: de Claimsverordening). Bij EU-verordening nr. 432/2012 van 16 mei 2012 is - ter uitvoering van (artikel 13 van) de Claimsverordening - een lijst van toegestane gezondheidsclaims voor levensmiddelen vastgesteld.
 
2) Niet duidelijk is geworden op grond van welke specifieke ingrediënten van Tancosan wordt beweerd dat dit product het immuunsysteem van het lichaam verbetert en leidt tot een hoger energieniveau. Adverteerder verwijst weliswaar naar een als bijlage bij zijn  verweerschrift genoemde opgave van “ingrediënten, WHO monografieën en referenties (selectie van Pubmed), maar de Commissie heeft bij gebreke aan stukken waaruit duidelijk de samenstelling van Tancosan blijkt, niet kunnen verifiëren of de genoemde ingrediënten in Tancosan in werkzame hoeveelheid aanwezig zijn. Voor zover er vanuit wordt gegaan dat Tancosan de in de bijlage genoemde ingrediënten bevat, geldt het volgende.
 
3) Als relevante ingrediënten worden genoemd: Echinacea, Eleutherocci, Allium, Matricaria, Pau p’arco, Peumus boldus, Viola tricolor, Agropyron repens, Triticum repens en Drosera rotundifolia. De Commissie heeft geconstateerd dat met betrekking tot de hier aan de orde zijnde ingrediënten geen claims zijn vermeld op de als bijlage bij Verordening 432/2012 gevoegde lijst van toegestane gezondheidsclaims. Wel zijn met betrekking tot Echinacea, Allium, Matricaria, Peumus boldus, Viola tricolor, Agropyron repens, Triticum repens en Drosera rotundifolia claimsvermeldingen gedaan die voor een deel betrekking hebben op de geclaimde werking van Tancosan. De Commissie constateert dat deze claims thans nog “on hold” staan.
 
4) De Commissie zal op grond van het voorgaande de uiting wegens het gebruik van de bestreden claims toetsen aan de artikelen 7 en 8 van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Nu klaagster gemotiveerd de juistheid en eerlijkheid van de reclame heeft aangevochten, dient adverteerder de juistheid van de geclaimde werking van Tancosan aannemelijk te maken. Adverteerder is hierin niet geslaagd.

RB 1748

Voorbehoud slechts in de vorm van een 'tip' opgenomen

RCC 2 mei 2013, dossiernr. 2013/00210 (Telfort)
Misleidende reclame. Digitale marketing. Betreft de uiting op www.telfort.nl betreffende de overstap naar 'Internet, TV en bellen van Telfort'. Op deze website staat onder meer 'Stap naadloos over naar Telfort' en 'Geen dag zonder internet'. De klacht richt zich op deze beloften. Klaagster stelt dat deze in de praktijk niet worden waargemaakt.

Naar het oordeel van de Commissie wordt in de uiting onvoldoende duidelijk gewezen op het voorbehoud, dat slechts in de vorm van een 'tip' is opgenomen. De uiting gaat gepaard met onjuiste informatie en daarin wordt onduidelijke informatie verstrekt ten aanzien van de voordelen van de aangeprezen overstap naar Telfort. De Commissie acht de uiting misleidend.

In de bestreden uiting wordt op verschillende plaatsen melding gemaakt van een naadloze overstap naar Telfort. De gemiddelde consument zal deze mededeling aldus begrijpen dat vanaf het moment dat het contract bij een andere provider is beëindigd gebruik kan worden gemaakt van internet, televisie en telefonie krachtens het nieuwe contract bij Telfort. In de praktijk blijkt dit niet - in ieder geval niet altijd - het geval te zijn. Wordt overgestapt van een kabelexploitant naar Telfort, dan kan alleen indien de ingangsdatum van het nieuwe contract bij Telfort twee weken voor de einddatum van het contract bij de kabelexploitant wordt gezet, worden gegarandeerd dat men bij de overstap niet zonder internet komt te zitten. Naar het oordeel van de Commissie wordt in de uiting onvoldoende duidelijk gewezen op dit voorbehoud, dat slechts in de vorm van een “tip” aan het einde van stap 2 van het stappenplan voor de overstap is opgenomen.

(...)

Gelet op het voorgaande gaat de bestreden uiting gepaard met onjuiste informatie en wordt  daarin onduidelijke informatie verstrekt ten aanzien van de voordelen van de aangeprezen overstap naar Telfort als bedoeld in de aanhef en onder b van artikel 8.2 van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Omdat de Commissie van oordeel is dat de gemiddelde consument door de uiting ertoe gebracht kan worden een besluit over een transactie te nemen dat hij anders niet had genomen, acht zij de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.

RB 1747

Verborgen houden van essentiële informatie

RCC 1 mei 2013, dossiernr. 2013/00224A (EyeWish)
Misleidende reclame. Audiovisuele mediadiensten. Betreft een televisiecommercial en een op straat geplaats reclamebord van Het Huis en Eyewish waarin onder meer wordt gezegd 'het 2e glas cadeau'. Rechtsonderin beeld staat in kleine letters 'Vraag naar de voorwaarden'. De klacht behelst dat er een maximum van € 200 verbonden is aan de actie.

Volgens de Commissie is er sprake van het verborgen houden van essentiële informatie die de gemiddelde consument nodig heeft om een geïnformeerd besluit te nemen. Zij acht de uitingen misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.

RB 1746

Korte levertijd kan reden van aankoop zijn

RCC 25 april 2013, dossiernr. 2013/00200 (Bol.com)
Misleidende reclame. Ontbrekende informatie. Digitale marketing. Betreft de mededeling 'Vandaag (voor 22:30 uur) besteld morgen in huis*', in de banner op de website www.bol.com. Bij vier verschillende bestellingen van klager is deze belofte niet waargemaakt. De bestreden tekst kan klanten ertoe brengen bij Bol.com te kopen en dus worden consumenten misleid. Klager wijst hierbij naar de recent door de Commissie beoordeelde reclame van Wehkamp.

Gelet op de beperkte ruimte in de banner acht de Commissie het toelaatbaar dat door middel van plaatsing van een asterisk bij de mededeling wordt verwezen naar de geldende voorwaarden die elders op de website zijn opgenomen. In het geval van een van de producten die door klager zijn gekocht blijkt deze vermelding ten onrechte bij het product te zijn geplaatst en gaat de uiting gepaard met onjuiste informatie. Omdat de geclaimde korte levertijd een reden kan zijn om bij Bol.com te kopen, is de reclame misleidend. Het verweer van adverteerder dat bij de overige 3 bestellingen door klager sprake van een latere bezorging die te wijten is aan niet tijdige bezorging van PostNL, gaat niet op.

3) In het geval van de ‘Veltkamp Plakstrip’ blijkt deze vermelding ten onrechte bij het product te zijn geplaatst en gaat de uiting derhalve gepaard met onjuiste informatie als bedoeld in de aanhef van artikel 8.2 van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Omdat de geclaimde korte levertijd van doorslaggevend belang kan zijn om een product bij klager te bestellen, is de Commissie voorts van oordeel dat de gemiddelde consument door deze uiting ertoe gebracht kan worden een besluit over een transactie te nemen dat hij anders niet had genomen. Om die reden is deze uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC. De Commissie heeft nota genomen van adverteerders mededeling dat de website op dit punt is aangepast. Dit kan echter niet tot een ander oordeel met betrekking tot de aan de Commissie voorgelegde uiting leiden.
 
4) Vast is komen te staan dat bij de drie overige bestellingen door klager sprake is van een latere bezorging van de artikelen dan de beloofde levertijd van één dag. Adverteerder wijt deze  vertraging aan een niet tijdige bezorging door PostNL, waarop Bol.com zegt weinig invloed te hebben. Dit verweer kan adverteerder niet baten. Het is immers de keuze van Bol.com om de claim “vandaag (voor 22.30 uur) besteld, morgen in huis” te gebruiken ondanks haar afhankelijkheid hierbij van de door haar ingeschakelde bezorgservice door derden. Bij de vermelding van de voorwaarden die gelden voor de claim “vandaag (voor 22.30 uur) besteld, morgen in huis” wordt geen voorbehoud gemaakt ten aanzien van vertraging in de levering door toedoen van derden. Gelet hierop is naar het oordeel van de Commissie de claim “Vandaag (voor 23.00 uur) besteld, morgen in huis” te absoluut en is sprake van een omissie als bedoeld in artikel 8.3 aanhef en onder c NRC. Nu de gemiddelde consument hierdoor ertoe kan worden gebracht een besluit over een transactie te nemen dat hij anders niet had genomen, is de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.