RCC 1 december 2011, dossiernr. 2011/01024 (LOI Proefstuderen oud lesmateriaal)
Klager voert aan dat, in tegenspraak met bovenstaande zinsneden in de brochure, het lesmateriaal gedateerd is en - voor de doorsnee cursist niet duidelijke - fouten bevat, de persoonlijke begeleiding louter via internet geschiedt en de kennis van de docenten niet up-to-date is.
Naar het oordeel van de Commissie leidt het gegeven dat het lesmateriaal van deze cursus niet geheel up-to-date is er echter niet toe dat de brochure die betrekking heeft op het gehele cursusaanbod van LOI om die reden als misleidend moet worden beschouwd. De Commissie overweegt daartoe, aan de hand van de onder “De klacht” weergegeven bestreden tekstgedeeltes, het navolgende.
Waar in de brochure wordt gesproken over de kwaliteit van het lesmateriaal en de opleidingen wordt de overtuiging van LOI over de kwaliteit in algemene zin van het cursusaanbod weergegeven, wat niet ontoelaatbaar is. Niet is gesteld of gebleken dat de kwaliteit van het LOI cursusmateriaal in het algemeen onvoldoende is.
Met betrekking tot de bestreden zinsnede dat LOI “meer dan enig ander instituut tijd en moeite (steekt) in de ontwikkeling van het lesmateriaal”, in de brochure gevolgd door de tekst “en de digitale leeromgeving”, overweegt de Commissie dat zij de juistheid van deze mededeling, mede gelet op de context, voldoende aannemelijk acht geworden.
De klacht dat LOI ten onrechte stelt “de beste docenten” te selecteren treft geen doel, nu bij de aanduiding “beste” kennelijk sprake is van enige in reclame gebruikelijke overdrijving. Daarbij speelt een rol dat “de beste docenten” geen concreet en meetbaar gegeven is.
De Commissie acht het niet onjuist de begeleiding door docenten die via internet plaatsvindt aan te duiden als “persoonlijke begeleiding”.
Ten slotte geeft de mededeling “…een boeiende opleiding, waar u ook na afloop veel aan zult hebben” naar het oordeel van de Commissie de verwachting van LOI weer en bevat deze geen “garantie”.