Consument is niet op de hoogte van molecuulformules Aceton
RCC 22 maart 2016, RB 2722; dossiernr. 2016/00109 (Aceton)
Ingrediëntenlijst. Non-food. Cosmetica/chemisch. Het betreft de verpakking van een fles waarop in grote letters staat “Aceton” waaronder cursief “Acétone” en in kleine letters “Ecologisch verantwoorde aceton”. Op de achterzijde staat in kleine letters: “Aceton eco. Bevat 2-butoxyethanol, >10% anionogene tensiden (...) " Klager is van mening misleid te zijn nu de fles geen aceton blijkt te bevatten maar het verfoplosmiddel 2- butoxyethanol. Dit laatste staat wel op het etiket maar van de consument kan niet verwacht worden dat deze op de hoogte is van de molecuulformules. Waar aceton wel volstaat, zo stelt klager, bleek dit product niet te werken voor het beoogde doel.
Voedingsmiddelenreclame gericht op kinderen in Tsjakka jeugdmagazine
Vz. RCC 6 april 2016, dossiernr. 2016/00213 (jeugdmagazine Tsjakka)
Strijd met 11 NRC, RVV en KJC. Het betreft een advertentie voor ‘Koetjesreep’ in de editie 02-2016 van het jeugdmagazine ‘Tsjakka!’. Dit magazine wordt elke maand verspreid via leden van de Superunie (Plus, Coop, Spar, MCD Supermarkten, Poeisz Supermarkten, Hoogvliet, Jan Linders, Deka, Nettorama, Attent, Emté Supermarkten, Golff, Vomar, Sanders, Deen en Boni) en is ook online beschikbaar. De doelgroep van het magazine is personen tussen 8 en 14 jaar.
Beslissingen mede ingezonden door Daniël Haije en Sarah Arayess, Hoogenraad & Haak advocaten.
Suitsupply mannetjes die van borsten glijden mogen
College van Beroep 18 mei 2016, Dossiernr: 2016/00193/A - CVB (Suitsupply - borsten als glijbaan) - afwijzing II 193B (seksistisch/racistisch) - afwijzing III 193/C (kinderen) - afwijzing IV 193 (ongelijkheid man-vrouw)
Suit Supply. Donkere vrouw met 2 mannen op blote borsten. Vrouw afgebeeld als speelobject. Ongelijkheid man-vrouw in strijd met goede smaak en fatsoen. College vernietigt de bestreden beslissing van de commissie en wijst de klacht alsnog af.
Beslissingen mede ingezonden door Daniël Haije en Sarah Arayess, Hoogenraad & Haak advocaten.
Suitsupply mannetje dat met vlakke hand bil klap gaat geven, is een interactie met een seksuele component
CvB 18 mei 2016, Dossiernr: 2016/00193/E (Suitsupply - Slaan op de billen)
Uiting A (borstenglijbaan) en B (rug tegen borsten, elleboog tegen sleutelbeen) klachten (alsnog) afgewezen. Uiting C, waarin een verkleind afgebeelde, glimlachende man een vlakke rechterhand omhoog houdt om met zijn linkerhand de bil een klap te gaan geven, is een vorm van interactie die een seksuele component heeft door de deels ontblote billen van de vrouw. De klacht tegen die uiting is terecht.
Beslissingen mede ingezonden door Daniël Haije en Sarah Arayess, Hoogenraad & Haak advocaten.
Klacht tegen Suitsupply mannetje hangend aan bikinibroekje afgewezen
Commissie 15 maart 2016, Dossiernr: 2016/00193/F (Suitsupply bikinibroekje, vrouw speelobject)
Mannetje hangend aan bikinibroekje vrouw, waardoor een deel van de billen zichtbaar wordt, betekent niet dat een grens is overschreven. Klacht afgewezen. Goede smaak en fatsoen. Afwijzing II (goede smaak/fatsoen) - dossiernr. 2016/00193/D
Uitspraak ingezonden door Sven Klos, Allard Ringnalda en Josine van den Berg, KLOS c.s..
Heksenkaas smeerdip doet zich niet misleidend voor als soort kaas
Rechtbank Rotterdam 13 mei 2016, IEF 15956; LS&R 1321; RB 2716 (Heksenkaas tegen Ministerie VWS)
Reclamerecht. Etikettering. In geschil is of met het merk Heksenkaas het Warenwetbesluit Etikettering van levensmiddelen is overtreden door de onjuiste indruk te wekken dat de smeerdip een soort kaas is en misleidend is ten aanzien van de samenstelling van het product. De ingrediëntenlijst vermeld niet dubbelzinnig en klip en klaar: smeerdip met 16% roomkaas en verse kruiden. Het bestreden besluit wordt herroepen.
Artikel 843a Rv niet te gebruiken in procedure over voorlopig getuigenverhoor
Rechtbank Amsterdam 12 mei 2016, IEF 15951, IT 2062, RB 2715; LS&R 1318; ECLI:NL:RBAMS:2016:2759 (843a Rv en voorlopig getuigenverhoor)
Procesrecht. Geen IE-zaak. Een vordering ex art. 843a Rv kan niet worden ingediend in een verzoekschriftprocedure tot het houden van een voorlopig getuigenverhoor. Een verzoek tot het houden van een voorlopig getuigenverhoor wordt niet aangemerkt als een lopend geding: dit verzoek wordt immers juist ingediend om te bewerkstelligen dat getuigen worden gehoord voordat een geding aanhangig is of wordt gemaakt. De verwijzing van de Hoge Raad (ECLI:NL:HR:2000:AA4877) in r.o. 4.1.3 naar “eiser of verzoeker” ziet kennelijk op verzoekers in (andere) verzoekschriftprocedures die als “een lopend geding” kunnen worden aangemerkt en die in dat kader een verzoek op de voet van artikel 843a Rv hebben gedaan. Toepassing wisselbepaling van art. 69 Rv. Voorlopig getuigenverhoor toegewezen.
Misleidende informatie over financieel product op door derden beheerd vergelijkingssite
CBb 29 april 2016, RB 2714; IT 2060; ECLI:NL:CBB:2016:115 (NV tegen AFM)
Hoger beroep gegrond. Herroeping van aanwijzingsbeschikking. Artikel 1:75 van de Wft. Misleidende informatie over een financieel product van appellante verstrekt via de vergelijkingswebsite van een derde. Niet aannemelijk dat appellante opdracht heeft gegeven voor de opname van haar financieel product in een vergelijking op de vergelijkingswebsite. Gelet op het beperkte toepassingsbereik van artikel 4:19, tweede lid, van de Wft kunnen gedragingen van derde niet aan appellante worden toegerekend
Boete inzake geen definitieve prijzen vliegtickets en Engelstalige klantenservice houdt stand
CBb 10 mei 2016, RB 2713; IT 2058; ECLI:NL:CBB:2016:103 (Luchtvaartmaatschappij)
Misleidend. Ierse luchtvaartmaatschappij biedt vliegtickets aan via haar website en verleent een dienst van de informatiemaatschappij. Daar worden niet definitieve prijzen vermeld van vaste en onvermijdbare kosten. Als last onder dwangsom opgelegd dat steeds de definitieve vluchtprijs worden vermeld inclusief de administratiekosten die feitelijk voorzienbaar en onvermijdbaar zijn en dat zij deze administratiekosten dient op te nemen in de specificatie van de vluchtprijs. De transacties worden in het Nederlands gesloten, maar de aftersales zijn enkel Engelstalig (6:193g onder h BW). Het College oordeelt dat de aanpassingen aan het contactformulier onvoldoende zijn om van het contactformulier een aan het elektronisch postadres gelijkwaardig alternatief te maken, zodat nog steeds sprake was van een overtreding. ACM was bevoegd om een last onder dwangsom op te leggen. Het CBb bevestigt de uitspraak van de Rechtbank Rotterdam.
Prejudicieel gestelde vragen over informatie over een handelaar die uitsluitend online verkoopt, terwijl ook op de site informatie staat
Prejudiciële vragen gesteld aan HvJ EU 28 januari 2016, IEFbe 1800; IT 2057; RB 2712; C-146/16 (Verband Sozialer Wettbewerb tegen DHL)
Minbuza: Verzoekster, een bond van onder meer electro(nica)artikelen en postorderbedrijven die allerlei soorten goederen aanbieden, heeft verweerster DHL gedaagd wegens een advertentie in de ‘Bild am Sonntag’ van 2 december 2012. Verzoekster meent dat verweerster haar verplichting niet nakomt de identiteit en het geografische adres te vermelden ten behoeve van bezoekers aan het in de advertentie genoemde platform. De rechter wijst de vordering toe, maar in hoger beroep wordt die alsnog afgewezen omdat de rechter oordeelt dat de op de website gehanteerde methode met links in de rubriek ‘informatie over de aanbieder’ voor de consument voldoende herkenbaar is. Hij oordeelt ook dat het in alle rust van achter de computer aankopen doen niet is te vergelijken met kopen in een winkel, gadegeslagen door verkooppersoneel. Verzoekster vraagt en krijgt Revision.