Wistjedatjes op de broodafdeling te absoluut en onvolledig volgens RVV

RCC 6 april 2016, RB 2708; LS&R 1309; dossiernr. 2016/00186 (Jan Linders Supermarkten - wistjedatjes)
Voeding. Het betreft twee op de broodafdeling van adverteerders supermarkten geplaatste bordjes met daarop, naast een afbeelding van verschillende broden en boven de mededeling “Zin in gezond bij Jan Linders”, de volgende tekst: “Witbrood bevat dezelfde soorten vitamines, mineralen en voedingsvezels als bruin- en volkorenbrood.” (uiting A) of: “Brood is helemaal geen dikmaker. In combinatie met gezond beleg, bevat deze maaltijd maar weinig vet.” (uiting B).
Klager stelt dat zijn klacht met name is gericht tegen de onvolledigheid van de uitingen en de daaruit volgende misleiding. Klager wijst in dit verband onder meer op artikel 1 en artikel 3 lid 1 onder b (tweede bulletpoint) van de Reclamecode voor Voedingsmiddelen (RVV).
Uiting over hoe hooikoorts met homeopathische pollenkuur in strijd met Geneesmiddelenwet

Vz. RCC 30 maart 2016, RB 2707; LS&R 1308; dossiernr. 2016/00217 (Stop hooikoorts)
Toewijzing. Geneesmiddelenwet. Uiting op website "Stop hooikoorts met de homeopathische Pollenkuur". Kennelijk biedt adverteerder in de uiting een isopathisch product aan, te weten hoogverdund stuifmeel als behandeling tegen de pathogene effecten van stuifmeel. Het is homeopathisch in de zin dat het sterk verdund is. Bij homeopathie gaat het om middelen waarmee zogenaamde homeopathische geneesmiddelproeven zijn gedaan. Bij de isopathie gaat men er zonder meer vanuit dat een ziekmaker bij verdunning curatief is. (...) Adverteerder overtreedt bovendien de Geneesmiddelenwet. Zij verstrekt een middel dat aangediend wordt als een geneesmiddel zonder dat hiervoor een handelsvergunning is verleend. Het is onaannemelijk dat het gaat om een magistrale bereiding zoals bedoeld in art. 40.3.a van de Geneesmiddelenwet.
Standpunt KOAG/KAG: Indien het geen geregistreerd geneesmiddel is, is de uiting in strijd met artikel 84 Geneesmiddelenwet en met artikel 4 Bijzondere Reclamecode CPG. Bovendien is sprake van strijdigheid met artikel 5 Bijzondere reclamecode CPG.
voedingsclaim: Iets zonder vlees is niet per definitie met minder calorieën -

RCC 4 april 2016, RB 2706; LS&R 1303; dossiernr. 2016/00196 (A-calorieën) (Vivera kip-calorieën)
Verwijzing naar prostitutie/vreemdgaan afgewezen. Aanbeveling voor onderdeel calorieën. 8 Claimsverordening. “Lekker vreemdgaan? Vanavond nog? Kies dan Vivera kipstukjes zonder kip. Het scheelt je aan calorieën want het is lekker zonder vlees. Zo is vreemdgaan ook nog eens goed voor je. Wie bewust eet kiest voor variatie en Vivera doet dat lekker vegetarisch. Vivera, de lekkere variatie.” In de uiting wordt volgens klager onder meer gezegd: “kies dan Vivera kipstukjes, zonder kip”; “het scheelt je aan calorieën want het is lekker zonder vlees”. Klager meent dat er twee dingen niet kloppen aan deze radiocommercial: 1. Kipstukjes: er zit geen kip in dus volgens klaagster zou het product waarmee geadverteerd wordt geen kip mogen heten. 2. Van iets zonder vlees kan men niet per definitie zeggen dat het minder calorieën bevat. Daarnaast is klaagster van mening dat door het smakeloos flirten met vreemd gaan een grens wordt overschreden nu ook kinderen en andere mensen die getroffen zijn door de gevolgen van vreemd gaan de uiting gemakkelijk tot zich kunnen nemen.
Geen uitleg over ZIGGO's "3x sneller internet" gegeven

RCC 11 april 2016, RB ; dossiernr. 2016/00207radio (tv-A) (tv-B) (YouTube-C) (Ziggo - Max Verstappen)
Aanbeveling. "Ziggo heeft echt super snel internet. Handig als je wilt gamen, apps wilt downloaden of met het hele gezin tegelijk online wilt. Stap nu over op 3x sneller dan ADSL internet van Ziggo alles in 1 complete.". Ziggo adverteert met 3 keer sneller internet. Volgens klager kan Ziggo vanwege de gebruikte techniek aan consumenten echter maximaal 200 Mbit down en 20 Mbit up leveren. Andere aanbieders leveren volgens klager echter 1000 Mbit up en down. Met name de radioreclame bevat volgens klager geen disclaimer dat het om een vergelijking met ADSL snelheden gaat. In de televisiereclame is de disclaimer dusdanig klein en kort in beeld dat deze niet te lezen is, aldus klager.
Eerste kamer neemt implementatiewet Tabaksproductenrichtlijn aan

Tabaksproductenrichtlijn
De wijzigingen die de Tabaksproductenrichtlijn met zich brengt hebben met name betrekking op de uitbreiding van de werkingssfeer van de richtlijn tot elektronische sigaretten en navulverpakkingen, etikettering en verpakking ingrediënten, nieuwe tabaksproducten en grensoverschrijdende verkoop op afstand. Daarnaast wordt met dit voorstel uitvoering gegeven aan de bepalingen van het WHO-Kaderverdrag inzake tabaksontmoediging om burgers te beschermen tegen blootstelling aan tabaksrook en om tabaksontmoediging te bereiken.
Reclameboek jurisprudentielunch 2016

Op woensdag 11 mei van 12.00 – 15.15 organiseert eduLex, onderdeel van uitgeverij deLex, weer een jurisprudentiebijeenkomst reclamerecht in Crowne Plaza South te Amsterdam. Dé jaarlijkse bijeenkomst over het reclamerecht. Jan Kabel en Ebba Hoogenraad bespreken belangrijke en actuele jurisprudentie. Aanmelden hier
Jan Kabel spreekt over uitspraken van het HvJ EU en het EHRM op het terrein van oneerlijke handelspraktijken, reclame en direct marketing en de consequenties daarvan voor de Nederlandse praktijk. Het gaat over publiciteit in het vrije beroep, prijsverlagingen, prijsvergelijking en andere vormen van prijsinformatie, voedings- en gezondheidsclaims, marketing voor tabaksproducten en wat er nog meer aan de orde komt in de Europese rechtspraak.
Ebba Hoogenraad geeft een update van beslissingen van de Reclame Code Commissie, het CvB en de rechter: hoe zit het met misleiding, inzake misleiding, uitnodiging tot aankoop, ‘gevoelige’ producten, goede smaak en fatsoen, de definitie van reclame en gezondheidsproducten? Ook processuele aspecten komen aan bod: o.a. het pan-Europees verbod bij vergelijkende reclame, en de discussie over artikel 6:194 versus 6:193a-j BW.
Conclusie AG: Verordening niet strijdig met de vrijheid van ondernemerschap, wel ongeldig voor zover deze in strijd is met het non-discriminatiebeginsel

Conclusie AG HvJ EU 16 maart 2016, LS&R 3701, RB 2701, ECLI:EU:C:2016:169 (Lidl tegen Freistaat Sachsen) Verordening nr. 543/2008 van de Commissie – Handelsnormen voor vlees van pluimvee – Geldigheid van artikel 5, lid 4, onder b) – Vers voorverpakt vlees van pluimvee – Verplichting om de totale prijs en de prijs per gewichtseenheid in de detailverkoop op de voorverpakking of op het daaraan gehechte etiket te vermelden. [Artikel 15, lid 1, en artikel 16 van het Handvest van de Grondrechten] – Vrijheid om een vrijelijk gekozen beroep uit te oefenen – Vrijheid van ondernemerschap – Evenredigheid – [Artikel 40, lid 2, VWEU] – Non-discriminatie
Conclusie AG:
1) Bij de behandeling van de eerste gestelde vraag is niet gebleken van een omstandigheid die gevolgen heeft voor de geldigheid van artikel 5, lid 4, onder b), van verordening (EG) nr. 543/2008 van de Commissie van 16 juni 2008 houdende uitvoeringsbepalingen voor verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad wat betreft de handelsnormen voor vlees van pluimvee, in het licht van artikel 16 van het Handvest.
2) Artikel 5, lid 4, onder b), van verordening (EG) nr. 543/2008 van de Commissie is ongeldig, voor zover het in strijd met artikel 40, lid 2, VWEU een onderscheid maakt tussen verschillende soorten vlees van pluimvee.
Uitspraak ingezonden door Esther Mommers, Dirkzwager.
Geen afbreuk aan reputatie BLOKKER door hot-or-not-advertentie

Rechtbank Amsterdam 20 april 2016, IEF 150901; RB 2702 (Blokker tegen SRM)
Reclamerecht. Merkenrecht. SRM heeft een advertentie geplaatst in het FD met merken die HOT en die NOT zijn op basis van nieuws en persberichten. Volgens Blokker is dit merkinbreuk en is er sprake van onrechtmatige daad. Om de vordering van Blokker, gebaseerd op artikel 2.20 BVIE te laten slagen, moet aangetoond worden dat de reputatie wordt aantast. Deze vordering wordt onvoldoende onderbouwd, de vordering wordt afgewezen. Ten aanzien van de onrechtmatige daad moet de rechtbank een belangenafweging maken tussen de bescherming van eer en goede naam van Blokker en de vrijheid van meningsuiting van SRM, die in dit geval zwaarder weegt.
Oer Hollands betekent niet dat productie in Nederland plaatsvindt

RCC 23 maart 2016; RB 2700; dossiernr. 2016/00145 (inventum Oer Hollands)
Het betreft een uiting op de website www.inventum.eu. Een kader met daarin de tekst: “Oer Hollands sinds 1908”. Onderop de doos waarin de door klager gekochte waterkoker verpakt was stond onder meer: “MADE IN CHINA”. Inventum reageert als volgt: “Al sinds 1908 is Inventum een oer-Hollands merk. Wat dat betekent? De teksten op onze apparaten, de handleidingen en de verpakkingen zijn 100% Nederlands. Dat geldt ook voor onze klantenservice. Dat geeft een vertrouwd gevoel en maakt onze producten extra gebruiksvriendelijk.” Klager vindt de uiting misleidend omdat volgens hem de slogan “al sinds 1908 oer Hollands” suggereert dat het toestel van Hollandse fabricaat is.
Overleggen gedeelte ingrediëntenlijst, en dan claimen dat er geen tonijn in tonijnsalade zit

Vz. RCC 22 maart 2016, RB 2699; LS&R 1298; dossiernr 2016/00090 (Lidl-Frisse Tonijnsalade)
Food. Reclamerecht. Klaagster heeft een product van adverteerder gekocht waarop staat “Frisse Tonijn salade”. Uit de productomschrijving volgt echter dat er geen tonijn in het product zit, maar kabeljauwpoeder. De betreffende tonijnsalade bevat wel degelijk tonijn. Dit staat op de volledige productomschrijving. Klaagster heeft slechts een gedeelte van de productomschrijving overgelegd waarop alleen de kabeljauwpoeder staat vermeld. Adverteerder stelt dat de uiting dan ook niet misleidend is.