Kinderopvang maakt gebruik van een kind teneinde een ander kind te bewegen bij de BSO te komen
RCC 24 september 2015, RB 2549, dossiernr. 2015/00861 (BSO maakt gebruik van kinderen om kinderopvang aan te prijzen).
Aanbeveling. BSO. De uiting: Het betreft een (voor)gedrukte uitnodiging die de zevenjarige zoon van klaagster op school heeft ontvangen van een vriendje, met daarop aan de voorzijde afgedrukt een afbeelding van een kind dat van een glijbaan glijdt met daar onder de tekst: “Kom je spelen? Kom gratis een middagje langs!” Linksboven staat: “Kinderopvang Skdd meer voor kind en ouder”. De achterzijde van de kaart bevat de volgende tekst (waarbij de namen van de kinderen door een kind met de hand zijn geschreven): “Voor: Rens. Ik vind het leuk als je een middag op mijn BSO komt spelen! Wil je ook? Laat je vader of moeder van te voren even bellen of mailen voor een afspraak. Groetjes van Livio”. Hierna volgen de naam, het adres en de contactgegevens van de betreffende BSO en de mededeling: “Geldig tot: 31-12-2015” Rechts onderin staat de tekst: “www.skdd.nl/info@skdd.nl” Een kopie van de uiting is aan deze uitspraak gehecht. De klacht: Klaagster maakt bezwaar tegen de onderhavige reclame-uiting omdat kinderen die reeds gebruik maken van de buitenschoolse opvang van adverteerder via deze uiting worden gebruikt om reclame te maken voor deze buitenschoolse opvang.
Het oordeel van de Commissie:
De Commissie stelt voorop dat de bestreden uiting dient te worden aangemerkt als reclame in de zin van artikel 1 van de Nederlandse Reclame Code (NRC). In de uiting worden kinderen opgeroepen om (gratis) te komen spelen bij de buitenschoolse opvang van adverteerder, onmiskenbaar ook met de bedoeling om kinderen, en hun ouders te interesseren in de diensten van adverteerder en deze diensten op indirecte wijze aan te prijzen. Voorgaande brengt met zich dat sprake is van aanprijzing van voornoemde opvang en om die reden acht de Commissie zich bevoegd om deze uiting te toetsen aan de NRC. De Commissie vat de klacht in deze zin op dat klaagster de onderhavige reclame-uiting in strijd acht met de goede smaak en het fatsoen. Bij de beantwoording van de vraag of een reclame-uiting in strijd is met één van de criteria van de goede smaak en/of het fatsoen als bedoeld in artikel 2 van de Nederlandse Reclame Code (NRC) stelt de Commissie zich terughoudend op, gelet op het subjectieve karakter daarvan. Het betreft criteria bij de interpretatie waarvan persoonlijke opvattingen een belangrijke rol spelen. Daarom wordt in een dergelijk geval volstaan met de beoordeling van de vraag of de uiting naar huidige maatschappelijke opvattingen de grenzen van het toelaatbare overschrijdt. Met inachtneming van deze terughoudendheid oordeelt de Commissie als volgt. In de bestreden uiting die een voorgedrukte uitnodiging betreft om te komen spelen, heeft een kind de naam ingevuld van een ander kind dat wordt uitgenodigd te komen spelen. Adverteerder maakt aldus gebruik van een kind teneinde een ander kind te bewegen een dag bij de buitenschoolse opvang van adverteerder te komen spelen, hetgeen gelet op de leeftijd van het kind, uitsluitend kan indien de ouders hiervoor toestemming geven. De uitnodiging betreft aldus de ouders van het kind. De Commissie is van oordeel dat het naar de hedendaagse maatstaven ontoelaatbaar dient te worden geacht dat een kind de naam van een ander kind dient op te geven, in het kader van de aanprijzing van een goed of dienst. Een dergelijke wijze van aanprijzing is in strijd met de goede smaak en fatsoen in de zin van artikel 2 van de NRC. Dat, zoals adverteerder heeft aangevoerd, er primair andere doeleinden aan de uitnodiging ten grondslag liggen maakt het voorgaande niet anders. Op grond van het vorenstaande wordt als volgt beslist.
De beslissing
De Commissie acht de reclame-uiting in strijd met het bepaalde in artikel 2 NRC. Zij beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.
VAF vernietigd. Aanbeveling. Buitenhaard. De uiting: Het betreft de aanbieding van de “Buitenhaard” van verweerder sub 2 in de Voorjaarsspecial 2015 van de webwinkel van verweerder sub 1. In de uiting staat, voor zover hier van belang: “Een buitenhaard geïnspireerd op de archetypische fabrieksschoorsteen. Door de lengte van bijna 2 meter kan de rook makkelijk zijn weg omhoog vinden waardoor de omgeving er minder last van heeft.” De klacht: In de reclame-uiting wordt gesuggereerd dat de effecten van houtverbranding op de omgeving worden opgeheven door de lengte van de pijp van de buitenhaard. Het woord ‘omgeving’ wordt in onbepaalde zin gebruikt. Het is volgens klaagster duidelijk dat het gebruik van het product op een door woningen omgeven plaats zeer nare gevolgen heeft voor de omgeving. Het begrip ‘last’ wordt niet nader omschreven, maar volgens klaagster is het bekend dat houtrook op zijn minst 26 zeer schadelijke componenten bevat. De hoogte van de pijp (twee meter) laat alleen in het open veld toe dat de rook wegdrijft op de wind. In elk ander geval zal de rook de huizen van buren binnendringen.
Vergelijkende reclame. Vergunninghouder heeft het voornemen ter promotie van haar geneesmiddel Y een in tijdschrift Z verschenen artikel, onder de aandacht van artsen B te brengen. Het gaat om de publicatie van auteur C e.a. met de titel "Switch to geneesmiddel Y versus geneesmiddel A in ziekte D". De vergunninghouder vraagt aan de Codecommissie haar te adviseren of de publicatie van auteur C e.a. aan de door de Code Geneesmiddelenreclame gestelde eisen voldoet om X in de gelegenheid te stellen de uitkomsten van het artikel te delen met de Nederlandse artsen en indien het artikel toelaatbaar is, of het is toegestaan dat te doen in de vorm van de overgelegde reprint carrier met een toelichting op de uitkomsten en grafieken door een commerciële buitendienstmedewerker.
Uitspraak ingezonden door Siobhan Rueter,
Bijdrage ingezonden door Jetse Sprey,
Aanbeveling. Misleidende reclame. Televisiecommercial. De bestreden reclame-uitingen. Het betreft de volgende twee uitingen: I) de televisiecommercial van adverteerder waarin het product ‘Alpro Pur’Enjoy drinkyoghurt’ wordt aangeprezen. De voice-over luidt: “Nieuw: Alpro Pur’Enjoy, de eerste plantaardige variatie op drinkyoghurt. Met een natuurlijk frisse smaak en een verrassend fruitige twist. Heerlijk zijdezacht en 100% plantaardig. Dat is puur genieten. Ontdek : Alpro Pur’Enjoy Framboos-Granaatappel en Mango-Stervrucht.”. In beeld verschijnt aan het einde van de commercial, naast twee pakken van de genoemde smaakvarianten van het product, de tekst: “100% Plantaardig, Geen zoetstoffen.” II) de verpakking van het product, zoals te zien op de website van adverteerder, waarop onder meer staat: “geen zoetstoffen”. De klacht: In de commercial wordt – zo stelt klaagster - duidelijk, en vrij groot in beeld, naar voren gebracht dat er geen zoetstoffen in het product zitten. Ook op de verpakking staat: ‘geen zoetstoffen’. Klaagster is van mening dat de consument hierdoor foutief wordt geïnformeerd omdat het product volgens de ingrediënten toch suiker blijkt te bevatten.
Voorzittersafwijzing. Reclame webcamsex. De bestreden reclame-uiting: Het betreft een reclamesleepvlucht waarbij het vliegtuig ‘s middags boven het strand een doek sleepte met de tekst “webcamsex.nl”. De klacht: Klager stelt, samengevat, dat het ontoelaatbaar is op een zomerse zondag met veel kinderen op het strand reclame te maken voor webcamsex. Klager vindt dat zijn zoon van acht jaar van dit soort “misplaatste reclame-uitingen” verschoond dient te blijven. Bovendien is het niet toegestaan op zondag met reclame te vliegen.
Voorzitterstoewijzing. Misleiding vastgoed. De uiting: Het betreft een per e-mail aan klager verzonden nieuwsbrief van adverteerder waarin onder meer een appartement aan de Hudsonstraat te Amsterdam te koop werd aangeboden. De klacht: Klager stelt, samengevat, dat hij op grond van de nieuwsbrief was geïnteresseerd in het genoemde appartement. Navraag bij de makelaar wees echter uit dat het appartement in de week voorafgaand aan het verzenden van de nieuwsbrief was verkocht. De makelaar deelde bovendien mee dat het vaker voorkomt dat adverteerder doet voorkomen dat woningen nog te koop staan, terwijl deze dan al verkocht zijn. Adverteerder maakt zich aldus schuldig aan een werkwijze waarbij potentiële kopers willens en wetens worden misleid.
Voorzittersafwijzing. Reclame drank. De bestreden reclame-uiting: Het betreft een audiovisuele reclame-uiting die is uitgezonden direct voor de uitzending van de film “McKenna shoots for the stars”. In de uiting wordt door een voice-over gezegd “Liefmans Fruitesse. Verfrissend fruitbier. On the rocks”. Tegelijk verschijnt in beeld de boodschap “Dit programma wordt mede mogelijk gemaakt door Liefmans Fruitesse on the rocks”. Verder zijn in beeld twee glazen gevuld met bier te zien. De klacht: Klager stelt, samengevat, dat de uiting bewegende beelden, muziek, geluidseffecten en een voice-over bevat, waardoor deze als een reclame-uiting dient te worden gekwalificeerd. De reclame-uiting strekt tot aanprijzing van bier en mag om die reden niet uitgezonden voorafgaand aan, zoals deze film in de aankondiging wordt omschreven, de “familiefilm McKenna shoots for the Stars”. Gelet op het feit dat de film als familiefilm wordt geadverteerd, alsmede gelet op de inhoud en het tijdstip van uitzenden in de zomervakantie, acht klaagster het aannemelijk dat het kijkerspubliek voor meer dan 25% uit minderjarigen zal hebben bestaan. De betreffende reclame-uiting wordt vertoond voorafgaand aan ieder reclameblok van deze op minderjarigen gerichte film. Klaagster acht dit in strijd met artikel 21 van de Reclamecode voor alcoholhoudende dranken (RVA) 2014.
Afwijzing. Elektronische apparaten. De uiting: Het betreft een uiting op de website van adverteerder www.tele2.nl, voor zover hierop staat: “Sim Only Abonnement v Maandelijks opzegbaar (…) v Gratis je bundel aanpassen (…) v Een 4G-ready simkaart. Je krijgt van ons een 3-in-1 simkaart die 4G-ready is en werkt in elke telefoon. Maar is jouw telefoon zelf wel 4G-ready? Doe de 4G-Ready Check en kom erachter.” De klacht: Klager heeft een mobiel telefoonabonnement bij adverteerder afgesloten omdat hij in de veronderstelling verkeerde dat hij dan direct kon beschikken over een 4G (internet)verbinding. Twee maanden later had hij echter nog steeds geen 4G verbinding (wel een 3G verbinding). De helpdesk heeft vervolgens aan klager meegedeeld dat het nog enkele maanden kon duren voordat hij over een 4G verbinding zou kunnen beschikken. Klager acht de uiting dan ook misleidend.