RB
DOSSIERS
Alle dossiers

Berichten Reclamerecht  

RB 1100

Vandaag besteld

Vz RCC 11 augustus 2011, Dossiernr 2011/00658
 
Op de site www.postnl.nl staat “U wilt een Pakket versturen binnen Nederland” onder meer staat: “Vandaag besteld, morgen in huis. We leveren uw pakket de eerste werkdag na de dag van aanbieding af”
 
De klacht: Van de circa 400.000 pakketten die er per dag worden bezorgd, komt gemiddeld 98% binnen één werkdag op de plek van bestemming aan, aldus adverteerder in die reactie. Klager is van mening dat adverteerder daarvan op de website melding had moeten maken.
 
Het verweer: De website van PostNL Pakketten is in ontwikkeling. Er is geen garantie dat men in alle gevallen kan voldoen aan de slogan "Vandaag besteld, morgen in huis", dat zal binnenkort ook op de website staan.

Commissie:

Adverteerder heeft erkend dat de gewraakte tekst te absoluut is, nu niet kan worden gegarandeerd dat een pakket in alle gevallen de eerste werkdag nadat het is aangeboden, wordt bezorgd.

Blijkens het voorgaande is in de uiting te absolute en daardoor onjuiste informatie gegeven als bedoeld in artikel 8.2 aanhef en onder b van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Voorts is de voorzitter van oordeel dat de gemiddelde consument hierdoor ertoe gebracht kan worden een besluit over een transactie te nemen, dat hij anders niet had genomen. Om die reden is de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.

NRC (nieuw) art. 7 
NRC (nieuw)art. 8.2 aanhef 
NRC (nieuw) art. 8.2 onder b.

RB 1099

Aftrekbare gift

RCC 11 augustus 2011, Dossiernr. 2011/00591 (Vincentiuskerk Aftrekbare gift)
 
In een folder wordt verzocht tot het steunen van het onderhoudsfonds van de Vincentiuskerk in Volendam: “Maak een bedrag van minimaal € 5,00 over. Onze stichting is bij beschikking van 20 september 2007 door de belastingdienst aangemerkt als Algemeen Nut Beogende Instelling (ANBI). Uw gift is fiscaal aftrekbaar”.
 
De klacht:  Veel mensen komen niet in aanmerking voor fiscale aftrek, omdat hun gift in totaal minder zal zijn dan 1% van het drempelinkomen, waarboven pas mag worden afgetrokken. Ook de periodieke aftrekmogelijkheid wordt niet besproken.  
 
Het verweer: De bestreden mededeling is destijds opgenomen omdat deze volgens adverteerder correct is. Adverteerder staat echter open voor suggesties. Commissie wijst de klacht af: het is niet aan adverteerder om te wijzen op alle factoren waarvan fiscaal voordeel afhangt. 

Naar het oordeel van de Commissie zullen de mededelingen:
Onze stichting is (..) door de belastingdienst aangemerkt als Algemeen Nut Beogende  Instelling (ANBI). Uw gift is fiscaal aftrekbaar” door de gemiddelde consument worden opgevat in die zin dat de gift bij de aangifte Inkomstenbelasting kan worden opgegeven als aftrekpost, waarna -al naar gelang de hoogte van de gift en eventuele andere opgegeven giften in relatie tot het zogenaamde drempelinkomen dan wel de vraag of er sprake is van een periodieke gift- door de Belastingdienst wordt bepaald of de gift daadwerkelijk een belastingvoordeel meebrengt. Het is naar het oordeel van de Commissie niet aan adverteerder om in een uiting als de onderhavige te wijzen op het feit dat het daadwerkelijk genieten van fiscaal voordeel afhangt van voornoemde factoren.

RB 1098

Dagen die eindigen op -g

RCC 24 augustus 2011, Dossiernr: 2011/00708 (Heineken: dagen die eindigen op een '-g')

Vanaf het twitter-account Heineken_NL is de volgende tekst gestuurd: “Ik drink alleen Heineken bier op dagen die eindigen op een ‘-g’. – https://moby.to/yup0bg” De link leidt naar een afbeelding van een kalender waarop alle dagen zijn omcirkeld.

Klacht: Adverteerder zet met dit bericht aan tot overmatig alcoholgebruik. Commissie: Op grond van artikel 1 RVA is in alle reclame voor alcoholhoudende drank terughoudendheid geboden, doet aanbeveling:

De Commissie is van oordeel dat de tekst in het twitterbericht, met name in combinatie met de afgebeelde kalender, de in artikel 1 RVA voorgeschreven terughoudendheid mist. Naar het oordeel van de Commissie stimuleert adverteerder, door te stellen dat zij iedere dag (van het jaar) Heineken bier drinkt, overmatige en dus onverantwoorde consumptie van alcohol. De gemiddelde consument zal de tekst van het twitterbericht niet opvatten als slechts een ‘uiting van merkvoorkeur’ of een ‘mededeling dat één keer per dag Heineken bier wordt geconsumeerd’, zoals door adverteerder wordt gesteld, nog daargelaten of daarmee sprake zou zijn van verantwoorde consumptie. Dat de uiting humoristisch is bedoeld brengt niet mee dat een adverteerder de bij reclames voor alcoholhoudende drank vereiste terughoudendheid uit het oog mag verliezen.

Regeling: RVA art. 1

RB 1096

Per additief aangeven

 

Antwoord van minister Schippers (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) op kamervragen lid Thieme inzake fabrikanten die sigaretten steeds verslavender maken, Aanhangsel Handelingen II, 2010-11, nr. 3 357.

Vraag 4 Deelt u de mening dat het verslavender maken van sigaretten verboden zou moeten worden? Zo ja, op welke termijn en wijze? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 4 Die mening deel ik niet. In zijn algemeenheid kan gesteld worden dat roken verslavend is en schadelijk is voor de volksgezondheid. Om die reden voert de overheid ook een tabaksontmoedigingsbeleid. Ik heb op dit moment geen specifieke aanwijzingen dat het gebruik van verslavende of schadelijke ingrediënten in de afgelopen periode is toegenomen. Ik zie daarom geen noodzaak in het verder beperken of reguleren van de samenstelling van tabaksproducten.

Vraag 5 Deelt u de mening dat er heldere waarschuwingen op de verpakking zouden moeten komen, die per additief aangeven welke werking ervan verwacht mag worden? Zo ja, op welke termijn en wijze wilt u dat realiseren? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 5 Ook die mening deel ik niet. Op basis van Europese wet- en regelgeving wordt op de verpakking van een tabaksproduct nu aangegeven welke niveaus aan teer, nicotine en koolmonoxide het product bevat. Daarnaast bevat de verpakking tekstuele gezondheidswaarschuwingen van verschillende aard. Ik zie geen toegevoegde waarde in aanvullende informatie over het gezondheidseffect van specifieke additieven.

Vraag 6 Is het waar dat het RIVM toeziet op additieven zoals hier genoemd, maar nog nooit een middel verboden heeft?

Antwoord 6 Ter uitvoering van artikel 3b, derde lid, van de Tabakswet is een regeling opgesteld, die voorziet in een verplichte aanmelding en publicatie van tabaksingrediënten door tabaksfabrikanten. Volgens deze regeling moeten fabrikanten jaarlijks aan het RIVM rapporteren over het gebruik van ingrediënten voor alle producten die op de Nederlandse markt zijn. Het RIVM inventariseert de inbreng van fabrikanten en brengt hierover verslag uit aan de nVWA. De nVWA is vervolgens belast met het toezicht op de naleving van de regeling. De regeling voorziet niet in bevoegdheid om het gebruik van bepaalde ingrediënten te verbieden.

RB 1094

Geen AXE-klachten meer

Persbericht  De Reclame Code Commissie heeft klachten ontvangen over reclame-uitingen van Axe waarin een of meer vrouwen in bikini het bovenstuk van de bikini hebben losgemaakt en hun handen voor hun borsten houden. Het betreft een foto op een billboard, een televisiecommercial en reclame op internet. De klachten komen in essentie erop neer dat deze reclame-uitingen in strijd met de goede smaak en het fatsoen en nodeloos kwetsend zouden zijn.

De voorzitter van de Reclame Code Commissie heeft inmiddels geoordeeld dat de reclame van Axe de grens van het toelaatbare niet overschrijdt. Van een te schokkende uiting is naar het oordeel van de voorzitter geen sprake. De begeleidende tekst “The cleaner you are, the dirtier you get” acht de voorzitter naar de huidige maatschappelijke opvattingen eveneens toelaatbaar, ook zover deze woorden een specifieke erotische context hebben.

Klik hier voor meer informatie over voorzittersbeslissingen.

RB 1093

Legertank rijden

Vz toewijzing RCC 23 augustus 2011, Dossiernr. 2011/00731 (Trafficcontrol Legertank)

Uiting (klik plaatje voor vergroting): "legertank rijden over een heuvelachtig parcours". Klacht: Misleidend ontbreken van informatie: op basis van roulatie mag door ieder 30 minuten gereden worden. Echter met 8 personen in totaal slechts 30 minuten is 4 minuten per persoon.

Verweer: Een half uur tank rijden op basis van roulatie duidt erop dat in een half uur meer personen aan de activiteit deelnemen. Klanten rijden wel degelijk een half uur in de tank, alleen zijn zij niet zelf een half uur aan het sturen. Iedere deelnemers is wel in de gelegenheid om de tank te besturen. De prijs is geen aanduiding voor de tijd dat men zelf stuurt.

Voorzitterstoewijzing

In de beschrijving die op de website wordt gegeven over het “Legertank rijden” staat niet hoelang deze activiteit duurt. Vermeld is: “Tank rijden vindt plaats op basis van roulatie. Er kunnen max. 8 personen in één tank.”  Alleen in het “Overzicht van uw reservering” staat “484 Tank rijden 30 minuten” waarvoor een bedrag van € 128,95 per persoon in rekening lijkt te worden gebracht. Uit bovenstaande teksten is niet duidelijk wat het aanbod inhoudt, meer in het bijzonder hoe lang een deelnemer zelf achter het stuur mag zitten.
 
Op grond van bovenstaande overweging is in de uiting voor de gemiddelde consument onduidelijke informatie verstrekt als bedoeld in artikel 8.2 aanhef van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Voorts is de voorzitter van oordeel dat de gemiddelde consument hierdoor ertoe gebracht kan worden een besluit over een transactie te nemen, dat hij anders niet had genomen. Om die reden is de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.

Strijd met NRC (nieuw) art 7 en 8.2 aanhef

RB 1092

Dieren zijn goed behandeld

Vz RCC 10 augustus 2011, Dossiernr. 2011/00669 (Volum'Express the Colossal Cat Eyes mascara) en 2011/00669A

Reclamerecht. Dierenleed. Televisiereclame waarin luipaard en tijgerwelpjes te zien zijn.

Klacht: Dit diertje heeft werkelijk niets met mascara te maken. Dieren behoren niet op de televisie te worden uitgebuit. Dit heeft negatieve gevolgen. Wilde dieren horen in het wild te leven en niet aan een halsband. EN tijgers zijn bedreigde diersoort, hoewel ze wellicht redelijk zullen zijn behandeld, zijn ze blootgesteld aan warme lampen en lange opnametijden in de studio. Dit is aan te merken als dierenmishandeling.

Verweer: er wordt vergelijking gemaakt met oogopslag van een katachtig dier. De dieren zijn goed behandeld, verklaring van inspecteur Animal Anti-Cruelty League. Voorzitter wijst de klacht af:

Op grond van de in de uiting getoonde beelden kan niet worden geoordeeld dat er sprake is van dierenmishandeling. Voorts zijn, aldus de door adverteerder overgelegde verklaring,  de dieren gedurende de opname van de commercial met zorg gehandeld. Gelet hierop en gezien het feit dat er geen verbod is om dieren in een televisiecommercial te tonen c.q. de laten fungeren, acht de voorzitter de klacht ongegrond.

RB 1091

Reclamerecht jurisprudentielunch 2011: enkele plaatsen

De Balie (nabij Leidse Plein Amsterdam), donderdag 1 september van 12.00 tot 14.00 uur, lees de volledige uitnodiging hier. Aangeboden: twee PO-punten voor Advocaten.

Het afgelopen jaar zijn er heel wat interessante uitspraken gewezen rondom het reclamerecht (waaronder wordt verstaan: recht rondom commerciële communicatie).

Op donderdag 1 september van 12.00 – 14.00 organiseert uitgeverij deLex een jurisprudentiebijeenkomst in deBalie, nabij Leidse Plein Amsterdam. Tijdens deze bijeenkomst zullen twee ervaren sprekers (Ebba Hoogenraad en professor Jan Kabel) belangrijke en actuele jurisprudentie de revue laten passeren, waarbij zowel Nederlandse uitspraken, zelfregulering en Europese uitspraken rondom commerciële communicatie. In slechts 2 uur bent u volledig op de hoogte van de actuele ontwikkelingen in de rechtspraak.

 

Hier aanmelden

RB 1089

Serie

Ietswat ongebruikelijk bericht, maar om de hoeveelheid gepubliceerde uitspraken snel bij te zijn een serie van tien uitspraken vandaag

Dossiernr.

Adverteerder

Uiting/klacht

Kort bericht

2011/00667 VT

 -

 “Vanaf 1 juli internet in het buitenland voor € 2,- per dag.”, blijkt dat vanaf prijs

 Uiting is erkend niet juist: toewijzing

2011/00588-I

Safaripark Beekse Bergen

Onjuiste prijs. Uit de bestreden uiting valt niet op te maken dat de vermelde prijs: “Vanaf € 99,-” de prijs per persoon is.

Emesa BV Extracard á € 99 p.p. niet bij minibreak inbegrepen

2011/00595

Hausen-Roth

Uiting Reizen en toerisme; Misleidende prijs; aangebodenprijs blijkt per persoon, niet voor gehele studio.

Uit uiting valt niet op te maken dat de vermelde prijs:
“Vanaf € 99,-” de prijs per persoon is.

2011/00592

SNS bank

Misleidende ontbrekende informatie financiële dienstverlening “Renteplafond met actiekorting van 0,2%” vermeld: “5,6%”, waarachter staat: “(zonder actiekorting 5,8%)”.

 SNS Bank Aanbieding alleen voor hypotheek met NHG garantie

2011/00163

Bakker Hillegom prijzen festival

 Casino, loterij, kansspel, misleiding: Mailings met o.m. de tekst “DRINGENDE OPROEP! Finale uitbetaling van geldsom. Uitgebreide bespreking met tussenbeslissing en gedeeltelijke intrekking van klacht

Tussenbeslissing: adverteerder in de gelegenheid om binnen 14 dagen na dagtekening van deze beslissing betalingsbewijzen over te leggen  betreffende de door mevrouw Bechiau respectievelijk mevrouw Pokorny gewonnen prijzen.
Eindbeslissing: strijd met art. 7 NRC

2011/00563

VrijUit Vakantie

 De door klaagster geboekte reis werd in de uiting aangeboden voor € 198. Inclusief de vermelde reserveringskosten van € 15 en kosten calamiteitenfonds van € 2,50 zou de prijs moeten uitkomen op € 215,50, maar de totaalprijs bleek uit te komen op € 238. In reactie op een klacht die klaagster hierover bij adverteerder heeft ingediend, heeft adverteerder meegedeeld dat de prijsindicatie was gebaseerd op eventuele ‘vroegboekkortingen’ en dat deze kortingen niet meer geldig waren op het moment dat klaagster wilde reserveren.

Vrijuit Vakantie-appartement bij boeking fors hogere prijs; strijd met IV sub 1 RR

2011/00523

Koopsfivan.nl

 Actieprijs, met vermelding exclusief afleverkosten, leges, verwijderingsbijdrage. Echter niet valt af te leiden uit de uiting wat die kosten zullen zijn: 2)  Het bezwaar van klager betreft het feit dat uit de reclame-uiting niet blijkt wat de hoogte van de bijkomende kosten is. Dit is juist. Op geen enkele wijze kan uit de reclame-uiting de hoogte van die kosten worden afgeleid. Als onweersproken is komen vast te staan dat de auto inclusief deze kosten € 9.160 kost en dat men pas nadat men een offerte heeft opgevraagd, over de hoogte van die kosten wordt geïnformeerd (blijkbaar in totaal € 1.665,--).

 Fivan auto Nederland, met meerdere vestigingen Fiat Panda niet aan €7.495, maar meerkosten blijken niet uit uiting.

2011/00487

ABN-Amro

 Hypotheekofferte binnen een uur, zonder voorbehoud: 1)  Vooropgesteld wordt dat in de gewraakte reclame-uitingen nadrukkelijk de aandacht wordt gevestigd op de snelheid waarmee adverteerder een offerte stelt te kunnen uitbrengen, te weten binxnen een uur. In de reclame-uitingen wordt bovendien zonder voorbehoud meegedeeld dat men, wanneer men online een hypotheekofferte aanvraagt, binnen deze termijn de offerte ontvangt. De gemiddelde consument zal op grond van het voorgaande verwachten dat er geen beperkende of andere voorwaarden gelden die meebrengen dat adverteerder niet in alle gevallen binnen een uur een hypotheekofferte zal verstrekken.
 
2)  Gebleken is dat in het geval de aanvrager een BKR registratie heeft, niet binnen een uur de offerte wordt uitgebracht. Naar het oordeel van de Commissie betreft het een belangrijke uitzondering, die meebrengt dat de mededelingen die adverteerder in de reclame-uitingen doet over de snelheid van haar dienstverlening te absoluut zijn en daarmee onwaar. Daarom acht de Commissie de reclame-uitingen in strijd met artikel 2 van de Nederlandse Reclame Code (NRC), waarin is bepaald dat reclame in overeenstemming met de waarheid moet zijn.

 ABN-Amro Hypotheek offerte binnen 1 uur: wordt niet waar gemaakt: strijd met NRC

2011/00511

Veronicamagazine

 Goede smaak/ fatsoen: Uiting: 
Moeder "Guus, eet je bord eens leeg”.
Guus (schreeuwend): “Wat? Dat bepaal ik zelf wel! En loop niet zo te zeiken! Het is mijn eten! Ik heb er genoeg van! Het is mijn bord, mijn eten en ik doe ermee wat ik wil! Al steek ik het in mijn …”
Voice over: “Guus heeft de grootste mond.”
Guus: “Maar heb jij de grootste cavia, snor, of iets anders groots, ga naar veronicamagazine.nl en kom in het grootste blad van Nederland”.

Door subjectieve karakter van criteria stelt Commissie zich terughoudend op: niet ontoelaatbare reclame

Veronica "heb jij ook de grootste" is respectloos, doch humoristisch, terughoudende toetsing, niet ontoelaatbaar geacht

2011/00562

Unilever: Ola Mini Break ijsjes

Misleiding voornaamste kenmerken van product: Twee van de negen afgebeelde ijsjes bleken een zeer afwijkende maat te hebben vergeleken met de andere ijsjes in de verpakking. Dit is noch op de voorkant, noch op de achterkant van de verpakking te zien. De klant wordt hierdoor misleid, want hij denkt met negen gelijkwaardige ijsjes te maken te hebben.

Duidelijk staat op de verpakking dat deze twee Cornetto ‘mini’ ijsjes en zeven Magnum ‘mini’ ijsjes bevat. De desbetreffende ijsjes staan ook enkele keren op de verpakking afgebeeld. De Commissie is van oordeel dat uit de verpakking niet blijkt dat de Cornetto ijsjes een ander formaat hebben dan de Magnum ijsjes. De foto’s op de verpakking tonen immers ijsjes die hetzelfde formaat lijken te hebben, hetgeen suggereert dat ook de ijsjes in de verpakking hetzelfde formaat hebben. In werkelijkheid zijn de Cornetto ‘mini’ ijsjes in de verpakking kleiner dan de Magnum ‘mini’ ijsjes. Dit formaatverschil is niet door adverteerder betwist en blijkt ook uit de door klager overgelegde foto die een goede vergelijking tussen de ijsjes mogelijk maakt.
De Commissie is evenwel van oordeel dat het enkele feit dat de Cornetto ‘mini’ ijsjes een kleiner formaat hebben dan de Magnum ‘mini’ ijsjes en dit niet uit de verpakking blijkt, nog onvoldoende is om te oordelen dat sprake is van misleidende reclame.
 
Aangenomen moet immers worden dat het de consument die de verpakking koopt in de eerste plaats is te doen om de op de verpakking afgebeelde soorten ijsjes met hun specifieke smaken, alsook om het kleine formaat van die ijsjes. De consument wordt immers duidelijk geïnformeerd over het feit dat het niet om een normaal formaat ijsjes gaat, maar om ‘mini’ varianten. Dat twee ‘mini’ ijsjes kleiner zijn dan de overige zeven ‘mini’ ijsjes en de foto’s op de verpakking dienaangaande een andere indruk wekken, acht de Commissie tegenover het voorgaande van onvoldoende betekenis om te kunnen aannemen dat de gemiddelde consument, indien hij van dit formaat­verschil weet, mogelijk om die reden zou afzien van de koop van de desbetreffende verpakking. Hierbij is ook nog van belang dat zeven van negen ijsjes in de verpakking Magnum ijsjes zijn, zodat het voor de hand ligt dat het de consument die de verpakking koopt vooral om de Magnum ‘mini’ ijsjes is te doen. Aldus is niet aannemelijk geworden dat de deels onduidelijke informatie op de verpakking van invloed is op het besluit van de gemiddelde consument om het onderhavige product te kopen. De klacht kan derhalve niet slagen.

Unilever Niet 9 gelijkwaardige ijsjes: klacht afgewezen