RB
RB 3838
10 juni 2024
Artikel

Laatste plekken voor de Actualiteitenlunch Reclamerecht

 
RB 3837
3 juni 2024
Artikel

Vacature Simmons & Simmons: Advocaat-stagiaire IP / Life Sciences

 
RB 3836
31 mei 2024
Artikel

Pinsent Masons Amsterdam zoekt voor haar octrooi- en Life Sciences team junior en senior advocaat-medewerkers

 
RB 3045

Nieuwe verordening consumentenbescherming en conceptverordening geo-blockingverbod moeten meer (vertrouwen in) e-handel creëeren

De Europese Raad heeft wetgeving (2016/0148 (COD)) goedgekeurd voor versterking van de samenwerking tussen nationale instanties die op consumentenbescherming toezien. De verordening moet de schadelijke gevolgen van grensoverschrijdende inbreuken op het EU-consumenten verder beperken, waardoor consumenten o.a. meer vertrouwen krijgen in e-handel. Doeltreffende consumentenbescherming moet onder andere uitdagingen aangaande bijvoorbeeld grensoverschrijdend winkelen ondervangen.

Met betrekking tot grensoverschrijdend winkelen is een akkoord tussen de EU-voorzitter en het Parlement bevestigd dat ongerechtvaardigde geo-blocking op de interne markt zal verbieden. Het verbieden van geo-blocking zal het online aanbod voor consumenten sterk vergroten en zo e-commerce een impuls geven. De ontwerpverordening moet een einde maken aan discriminatie op basis van: de nationaliteit van de klanten, de verblijfplaats en de vestigingsplaats. De ontwerpverordening (2016/0152 (COD)) moet nog goedgekeurd worden door Parlement en Raad.

RB 3041

Door “Heb je last van” in combinatie met “je gewrichten?” wordt product gepresenteerd als geneesmiddel

Zelfregulering (RCC, KOAG/KAG) 2 nov 2017, RB 3041; dossiernr. 2017/00664 (Curcudyn), https://reclameboek.nl/artikelen/door-heb-je-last-van-in-combinatie-met-je-gewrichten-wordt-product-gepresenteerd-als-geneesmiddel

RCC 2 november 2017, RB 3041; dossiernr. 2017/00664 (Curcudyn). Aanbeveling. Geneesmiddel. Het betreft een filmpje over het product Curcudyn op de website www.curcudyn.eu, te bekijken via de link https://www.curcudyn.eu/nl/wat-is-curcudyn, waarin de voice-over onder meer zegt: “Heb je last van je gewrichten? Ben je minder beweeglijk? Of heb je het gevoel dat je lichaam niet voldoende soepel is? Dan kan een curcumasupplement aangewezen zijn.' Klager heeft -samengevat- bezwaren tegen de claims “Heb je last van je gewrichten? Ben je minder beweeglijk? Of heb je het gevoel dat je lichaam niet voldoende soepel is?” nu deze niet aan te merken zijn als gezondheidsclaims. Het gaat bij gezondheidsclaims om een aanduiding waarbij sprake is van het in stand houden van een goede gezondheid, zonder dat een medische claim of toespeling daarop wordt gebruikt. Door gebruikmaking van de woorden 'last van', 'minder beweeglijk' of 'niet voldoende soepel' wordt een toespeling gemaakt op een medisch probleem. Aldus wordt Curcudyn gepresenteerd als geneesmiddel. Hiermee handelt Metagenics in strijd met artikel 84 van de Geneesmiddelenwet, omdat zij reclame maakt voor een geneesmiddel waarvoor geen handelsvergunning is verleend.

RB 3040

Verwijzen naar voorwaarden mag, maar TV-spot mag geen onjuist beeld van de actie vormen door onvolledigheden

Zelfregulering (RCC, KOAG/KAG) 2 nov 2017, RB 3040; dossiernr. 2017/00673 - CvB (Nuon 'Powerdeal'), https://reclameboek.nl/artikelen/verwijzen-naar-voorwaarden-mag-maar-tv-spot-mag-geen-onjuist-beeld-van-de-actie-vormen-door-onvolled

RCC 2 november 2017, RB 3040; dossiernr. 2017/00673 - CvB (Nuon 'Powerdeal'). Aanbeveling. Nutsvoorzieningen. Het betreft een uiting op de website van Nuon, in het bijzonder op de subpagina www.nuon.nl/producten/energie/aanbiedingen/Powerdeal. De klacht wordt als volgt samengevat: in de “Powerdeal” reclame van Nuon wordt melding gemaakt van een korting op stroom oplopend tot wel 25%. Klager verkrijgt zijn stroom van Nuon, gas verkrijgt hij (verplicht) door middel van stadsverwarming. Klager vindt de uitingen op internet en tv misleidend nu niet wordt gezegd dat het aanbod slechts geldt wanneer men stroom én gas bij Nuon afneemt (en hij dus niet van het aanbod gebruik kan maken). Volgens klager heeft Nuon in een persoonlijk twitterbericht aan hem toegegeven dat de betreffende voorwaarde niet in de reclame wordt vermeld. Klager heeft de tekst van de ‘twittersessie’ overgelegd. Daarin staat onder andere: “Nuon: […] Er zitten meerdere voorwaarden aan Blijven Loont korting. Die worden niet allemaal in de reclame besproken maar staan wel in de voorwaarden.”

RB 3038

Samenwerking Stichting Reclame Code en Commissariaat voor de Media

Op donderdag 23 november 2017 hebben de Stichting Reclame Code en het Commissariaat voor de Media een samenwerkingsprotocol ondertekend. Doel van deze overeenkomst is het bevorderen van efficiënte en doelgerichte vervulling van de taken van beide partijen. Zowel de SRC als het CvdM zijn betrokken bij het toezicht op reclame. Voornaamste verschil is dat de SRC zich hoofdzakelijk bezighoudt met de inhoud en verspreiding van reclame-uitingen op basis van de regels van de Nederlandse Reclame Code (NRC). In deze Reclamecode staat onder meer dat reclame als zodanig herkenbaar moet zijn. Alle media-instellingen die reclame maken dienen zich volgens de Mediawet aan te sluiten bij de Nederlandse Reclame Code en zijn onderworpen aan toezicht van de SRC. Het CvdM houdt toezicht op de Mediawet. Daarin staan onder meer regels over (de hoeveelheid en herkenbaarheid van) reclame in het media-aanbod van publieke- en commerciële media instellingen en regels over reclame voor alcoholhoudende dranken en medische behandelingen.

Omdat er soms toch sprake is van overlap, was er behoefte om hier duidelijke afspraken over te maken en de samenwerking die in de praktijk al plaatsvindt in een protocol vast te leggen. Het samenwerkingsprotocol is bedoeld om ervoor te zorgen dat de SRC en het Commissariaat hun taken ieder zo efficiënt en doelgericht mogelijk kunnen uitvoeren. Samengevat staan in het samenwerkingsprotocol uitgangspunten vastgelegd voor samenwerking, afspraken over het verstrekken van inlichtingen tussen de SRC en het CvdM en het doorverwijzen van indieners van klachten en signalen.

Over de Stichting Reclame Code
Om te bevorderen dat reclame maken op verantwoorde wijze gebeurt, is de SRC actief op twee gebieden:
*  Pro-actieve dienstverlening: door training, copy advies, monitoring en overige diensten aan het adverterend bedrijfsleven aan te bieden, stimuleert de Stichting Reclame Code reclamemakers campagnes te ontwikkelen die voldoen aan de regels.
*  Regelgeving en klachtenprocedure: de Reclame Code Commissie en het College van Beroep stellen vast – na ontvangst van klachten – of de aan hen voorgelegde reclame-uitingen voldoen aan de Nederlandse Reclame Code.

Over het Commissariaat voor de Media
Het Commissariaat voor de Media houdt toezicht op de naleving van de mediawet. Daarmee bewaakt het de toegankelijkheid, pluriformiteit en onafhankelijkheid van de media. Het maken van reclame is gebonden aan een aantal regels die zijn vastgelegd in de Mediawet en het Mediabesluit. Het uitgangspunt daarbij is dat programma-inhoud en commercie duidelijk van elkaar zijn gescheiden. In de regelgeving is onder meer vastgelegd hoeveel reclame mag worden uitgezonden, dat het als zodanig herkenbaar moet zijn en dat een omroep moet beschikken over een redactiestatuur, zodat de onafhankelijkheid van de omroep wordt gewaarborgd. Ook bevat de Mediawet regels over reclame voor alcoholhoudende reclame en medische behandelen.

RB 3037

Gemeente kon in redelijkheid tot opt-in-systeem voor ongeadresseerd drukwerk komen

Rechtspraak (NL/EU) 22 nov 2017, RB 3037; ECLI:NL:RBAMS:2017:8565 (MailDB c.s. tegen Gemeente Amsterdam), https://reclameboek.nl/artikelen/gemeente-kon-in-redelijkheid-tot-opt-in-systeem-voor-ongeadresseerd-drukwerk-komen

Rechtbank Amsterdam 22 november 2017, RB 3037; ECLI:NL:RBAMS:2017:8565 (MailDB c.s. tegen Gemeente Amsterdam). Reclamerecht. Het huidige systeem voor de bezorging van ongeadresseerd reclamedrukwerk wordt een ‘opt-out-systeem’ genoemd: NEE/NEE sticker is geen reclame, NEE/JA is enkel huis-aan-huisbladen. De Amsterdamse Gemeenteraad heeft op 20 april 2016 besloten om een ‘opt-in-systeem’ in te voeren: geen ongeadresseerd reclamedrukwerk, tenzij de bewoner of gebruiker met een sticker kenbaar maakt wel reclame te willen ontvangen. Milieuoverwegingen liggen met name ten grondslag aan het besluit. De machines waarmee het drukwerk wordt gedrukt zijn eigendom van MailDB c.s. Het opt-in-systeem stelt geen beperkingen aan het gebruik van de machines, dus aan het eigendomsrecht ex artikel 1 Eerste Protocol EVRM wordt niet getornd. De goodwill voor het ter beschikking stellen van de NEE/NEE en NEE/JA-stickers verdient eveneens geen eigendomsrechtelijke bescherming. Er is onder de Postwet geen rechtens afdwingbare aanspraak op de mogelijkheid om op adressen te bezorgen. Ook geen sprake van strijd met de Richtlijn Oneerlijke Handelspraktijken, nu het besluit niet als doel heeft om de economische belangen van consumenten te beschermen. Daarnaast is er geen strijd met het zorgvuldigheids- of evenredigheidsbeginsel, de gemeente kon in redelijkheid tot het besluit komen. Drukwerk van vrijwilligers- en niet commerciële organisaties, waaronder ook politieke partijen, valt niet onder “ongeadresseerd drukwerk”, maar hier is een te rechtvaardigen belang voor, waardoor er geen strijd is met het gelijkheidsbeginsel.

RB 3036

Aanklikken link in e-mail om opzegging te bevestigen is onredelijk bezwarend

Rechtspraak (NL/EU) 10 nov 2017, RB 3036; ECLI:NL:RBAMS:2017:8331 (mijndomein.nl tegen gedaagde), https://reclameboek.nl/artikelen/aanklikken-link-in-e-mail-om-opzegging-te-bevestigen-is-onredelijk-bezwarend

Ktr. Rechtbank Amsterdam 10 november 2017, IT&R 2414; RB 3036; ECLI:NL:RBAMS:2017:8331 (mijndomein.nl tegen gedaagde). Algemene voorwaarden. Contracten. Gedaagde heeft in 2016 de overeenkomst met betrekking tot de domeinnaam willen opzeggen. Deze opzegging had bevestigd moeten worden door middel van het klikken op een link in een bevestigingsmail. Zolang niet op de link geklikt wordt, wordt de opzegging niet definitief en zal de overeenkomst weer met een jaar worden verlengd, aldus mijndomein.nl. Mijndomein.nl dat zij met de bevestigingsmail zeker wil stellen dat de opzegging niet per ongeluk heeft plaatsgevonden. Hoe zij hiermee zekerheid verkrijgt over de identiteit van degene die heeft opgezegd en/of degene die de link heeft aangeklikt, is op geen enkele wijze inzichtelijk gemaakt. Tevens bestaan er minder bezwarende wijzen waarmee een vergissing voorkomen kan worden.

RB 3035

Vragen aan HvJEU over het verbod om in een lidstaat kansspelen via internet aan te bieden

Rechtspraak (NL/EU) 16 mrt 2017, RB 3035; C-166/17 (Sportingbet), https://reclameboek.nl/artikelen/vragen-aan-hvjeu-over-het-verbod-om-in-een-lidstaat-kansspelen-via-internet-aan-te-bieden

Prejudicieel gestelde vragen aan HvJ EU 16 maart 2017, IT&R 2412; RB 3035; IEFbe 2406; C-166/17 (Sportingbet). Kansspelen. Internet. Via MinBuZa: In het aangehaalde arrest in zaak C-42/07 heeft het Hof geoordeeld dat artikel 49 EG niet in de weg staat aan een regeling van een lidstaat als die welke in het hoofdgeding aan de orde is, die marktdeelnemers als Bwin International Ltd die in andere lidstaten zijn gevestigd, waar zij rechtmatig soortgelijke diensten verrichten, verbiedt om via het internet kansspelen aan te bieden op het grondgebied van deze lidstaat. Dat arrest is gewezen op een verzoek om een prejudiciële beslissing betreffende de uitlegging van de artikelen 43, 49 en 56 EG. In casu betoogt een van de verwerende partijen echter dat de onderhavige zaak niet alleen die verdragsbepalingen betreft, maar ook de artikelen 2, 3, 23, 30, 31, 46, 55, 59, 66, 86, 106 en 107. Aangezien de Supremo Tribunal de Justiça in laatste aanleg uitspraak moet doen en bij twijfel verplicht is een verzoek om een prejudiciële beslissing te doen, opdat aldus een duidelijk oordeel kan worden gevormd aan de hand van de benodigde toelichting, verzoekt deze rechterlijke instantie het Hof om een beslissing over de hierboven weergegeven prejudiciële vragen, zoals toegelicht in het verzoek van de verwerende partijen. 

RB 3034

Uitspraak ingezonden door Menno Heerma van Voss, Ventoux

Niet noodzakelijk dat buitenlandse aanbieder uit prijsvergelijking in Nederland kan leveren

Rechtspraak (NL/EU) 29 sep 2017, RB 3034; (KVNW c.s. tegen 94 Wines), https://reclameboek.nl/artikelen/niet-noodzakelijk-dat-buitenlandse-aanbieder-uit-prijsvergelijking-in-nederland-kan-leveren

Vzr. Rechtbank Midden-Nederland 29 september 2017, RB 3034 (KVNW c.s. tegen 94 Wines). Reclamerecht. Rectificatie. KVNW is een professionele branchevereniging die opkomt voor de belangen van wijnimporteurs en wijnhandelaren in Nederland. 94 Wines richt zich onder de handelsnaam wijnoutlet.nl op de wijnhandel met consumenten via het internet. De KVNW heeft 94 Wines gesommeerd om misleidende informatie van haar website te halen naar aanleiding van beslissingen van de Reclame Code Commissie, waar 94 Wines geen gehoor aan heeft gegeven. Geoordeeld wordt dat het 94 Wines vrijstaat om een prijsvergelijking te doen met buitenlandse aanbieders, waarbij het niet noodzakelijk is dat de buitenlandse aanbieder de wijn in Nederland moet kunnen leveren. Van belang is dat de consument op een goede wijze geïnformeerd wordt over de prijs van dezelfde wijn bij een andere aanbieder. Dat 94 Wines zich niet houdt aan de Reclamecode voor alcoholhoudende dranken (RVA 2014) kan haar niet worden tegengeworpen. Zij is geen lid van de KVNW en is niet anderszins gebonden aan de RVA 2014. De uitspraken van de RCC m.b.t. het gestelde prijsvoordeel zijn niet bindend voor 94 Wines. Wel wordt geoordeeld dat 94 Wines zich schuldig heeft gemaakt aan oneerlijke handelspraktijken m.b.t. de reclame-uitingen van verschillende wijnen. Zij dient een rectificatie te plaatsen op haar website met betrekking tot deze wijnen.

RB 3033

Bijdrage ingezonden door Menno Heerma van Voss, KEENON.

Menno Heerma van Voss - Geen enkele reden (meer) om concurrenten een beroep op artikelen 6:193a-j BW te ontzeggen

M.J. Heerman van Voss, 'Geen enkele reden (meer) om concurrenten een beroep op artikelen 6:193a-j BW te ontzeggen', eerder gepubliceerd in IER 2017, nr. 23, RB 3033.
1. Inleiding Het komt nog steeds voor dat ondernemingen als eiser geen beroep doen op de oneerlijke handelspraktijk (OHP)-wetgeving of bot vangen als zij daarop een (rechtstreeks) beroep doen.

In het afgelopen anderhalf jaar zijn er negen procedures geweest. In vier daarvan werd een beroep van de eisende concurrent op artikel 6:193a-j BW afgewezen. Daarbij is eenmaal het (subsidiaire) beroep op artikel 6:194 BW inzake misleidende reclame toegewezen. In een van deze negen is er geen beroep op gedaan en is het niet ambtshalve toegepast. Het beroep op de OHP-bepalingen is slechts viermaal gehonoreerd, waarvan slechts een keer rechtstreeks en drie keer indirect via artikel 6:162 BW.

 
RB 3031

Producten van kunststof mogen niet aangeboden worden alsof ze van hout zijn

Zelfregulering (RCC, KOAG/KAG) 10 aug 2017, RB 3031; dossiernr. 2017/00488 (247raamdecoratie), https://reclameboek.nl/artikelen/producten-van-kunststof-mogen-niet-aangeboden-worden-alsof-ze-van-hout-zijn

Vz. RCC 10 augustus 2017, RB 3031; dossiernr. 2017/00488 (247raamdecoratie). Aanbeveling. Misleiding. Het betreffen uitingen op de website www.247raamdecoratie.nl, waar onder andere  het kopje “Houten Jaloezieën” te vinden is. Onder dit kopje staat onder andere de uiting "En voor een nog voordeligere én praktische hout-alternatieven kiest u voor ons imitatie hout gemaakt van PVC". De klacht wordt als volgt samengevat. Klager vindt het misleidend dat onder het kopje “Houten Jaloezieën” collecties worden aangeboden die van PVC (kunststof) gemaakt zijn.