CVB 8 juni 2011, Dossiernrs. 2011/00183 en 2011/00183A (Vriendenloterij)
Reclamerecht. Aan klagers gerichte brief over Vriendenloterij Holland's Next Millionaire. Klagers stellen bij uitzending van programma te zijn geweest maar dat er geen iPad klaar lag voor hen en hun vijf vrienden, zoals beloofd in brief. Verweerder geeft aan dat uiting los staat van andere uitnodiging die klagers hebben gekregen om opnamedag op 14 februari bij te wonen.
Commissie oordeelt dat er sprake is van een omissie (art. 8.2 aanhef en onder c NRC) omdat in uiting niet wordt vermeld dat het uitsluitend gaat om deelnemers van de finale-aflevering. Strijd met art. 7 NRC en doet aanbeveling.
Grieven: Aflevering waaraan klagers deelnamen werd al voor einde actie van de uiting opgenomen, zij kunnen dus daaruit afleiden dat actie geen betrekking had op de door hen bijgewoonde aflevering. Extra lot moet geactiveerd worden bij deelname aan actie, wat klagers niet gedaan hebben.
CVB: samenloop van uitnodiging voor deelname aan uitzending en uiting voor deelname aan finale-aflevering is verwarrend voor consument, mede door ontbreken opnamedatum op uiting en vermelding van "mooi studiocadeau" in de eerdere uitnodiging. Echter niet aannemelijk dat mensen hierdoor extra loten zouden activeren voor de uitzending van 14 februari. In tegenstelling tot Commissie oordeelt de CVB dat er geen strijd is met art. 7 NRC en geen sprake is van een omissie (art. 8.3 aanhef en onder c NRC). Vriendenloterij heeft wel verwijtbaar gehandeld door mailing te zenden die verwarring veroorzaakt bij de consument. Hierdoor is vertrouwen in reclame geschaad (art. 5 NRC). CVB bevestigt aanbeveling met wijziging van de gronden: strijd met art. 5 NRC i.p.v. art. 7 NRC.
2011/00183 en 2011/00183A5. Wel is het College van oordeel dat de Vriendenloterij verwijtbaar heeft gehandeld door een mailing te verzenden die bij de consument verwarring veroorzaakt. De Vriendenloterij had deze verwarring kunnen voorkomen door degenen die reeds voor een opname waren uitgenodigd niet de onderhavige uiting te zenden dan wel duidelijker daarin te verwoorden dat uitsluitend degenen die een studioplaats winnen voor de opname van - specifiek - aflevering 8 van het programma “Holland’s Next Millionaire”, een iPad ontvangen, zo mogelijk onder vermelding van de datum van de opname van die aflevering. Door op dit punt onvoldoende maatregelen te nemen, heeft de Vriendenloterij het vertrouwen in reclame geschaad. Reclame mag er immers niet toe leiden dat de consument in gerechtvaardigde verwachtingen wordt teleurgesteld. Deze situatie doet zich in het onderhavige geval voor. Geïntimeerde kon op grond van de samenloop van uitnodigingen en uiting menen dat hij na de televisieopname waarvoor hij was uitgenodigd, een iPad zou ontvangen. Zijn standpunt dat de Vriendenloterij zijn belofte dient waar te maken, kan als een beroep op artikel 5 NRC worden beschouwd. De Commissie had op grond van het voorgaande de klacht op deze grond dienen toe te wijzen.
Lees de gehele uitspraak 2011/00183 hier (link / pdf)
Lees de gehele uitspraak 2011/00183A hier (link / pdf)
Regeling: NRC art. 5, art. 7, art. 8.3 aanhef en onder c