RB
RB 3838
10 juni 2024
Artikel

Laatste plekken voor de Actualiteitenlunch Reclamerecht

 
RB 3837
3 juni 2024
Artikel

Vacature Simmons & Simmons: Advocaat-stagiaire IP / Life Sciences

 
RB 3836
31 mei 2024
Artikel

Pinsent Masons Amsterdam zoekt voor haar octrooi- en Life Sciences team junior en senior advocaat-medewerkers

 
RB 1047

Extra kans op studioplaatsen

RCC 25 mei 2011, Dossiernrs. 2011/00309A en 2011/00309B (Lotto Weekend Miljonairs)

Reclamerecht. Aan klaagsters gezonden brief over het kans maken op twee extra studioplaatsen bij Lotto Weekend Miljonairs. Klaagsters vinden dat uiting onduidelijke en verwarrende informatie bevat en achten de uiting daarom misleidend. Verweerder stelt dat uit brief duidelijk is dat klaagsters kans maken op studioplaatsen en om kans te verdubbelen een extra lot moet worden geactiveerd. Bijgevoegde tickets zijn geen toegangsbewijzen, zoals ook staat op tickets.
Commissie oordeelt dat brief met tickets indruk wekt dat men twee studioplaatsen heeft gekregen, inhoud brief neemt deze indruk niet voldoende weg. Ook wekt de brief de indruk dat code geactiveerd moet worden om studioplaatsen te krijgen. Sprake van onduidelijke informatie t.a.v. de aard van het product (art. 8.2 onder a NRC). Strijd met art. 7 NRC. Doet aanbeveling.

 

 

Vast is komen te staan dat klaagster zich naar aanleiding van een haar eerder door De Lotto toegezonden e-mail, via een in die e-mail opgenomen link en activeringscode, heeft geregistreerd om kans te maken op twee studioplaatsen voor de televisieshow Lotto Weekend Miljonairs. In vervolg hierop is klaagster de onderhavige uiting toegezonden, bestaande uit een brief en twee tickets van “Ticket Service Lotto”. Hoewel bij nadere beschouwing duidelijk wordt dat de tickets niet werkelijk recht geven op studioplaatsen, wordt door de opeenvolgende registratie door klaagster via internet en ontvangst van een brief met op het eerste gezicht echt lijkende tickets de indruk gewekt dat men twee studioplaatsen toegewezen heeft gekregen. Deze indruk wordt door de inhoud van de brief onvoldoende weggenomen.

Voorts is de Commissie van oordeel dat de inhoud van de brief de lezer op het verkeerde been kan zetten met betrekking tot de noodzaak om de in de brief opgenomen studioplaatscode te activeren. De aansporing om de code die ook te vinden is “op de mogelijke plaatsbewijzen” snel te activeren, wekt de indruk dat deze activering nodig is om de studioplaatsen veilig te stellen. In werkelijkheid gaat men door het activeren van de code automatisch meespelen met een extra lot.

Lees de gehele uitspraak 2011/00309A hier (link / pdf)

 

Lees de gehele uitspraak 2011/00309B hier (link / pdf)

Regeling: NRC art. 7, art. 8.2 onder a

RB 1050

Reclamerecht jurisprudentielunch 2011

De Balie (nabij Leidse Plein Amsterdam), donderdag 1 september van 12.00 tot 14.00 uur, lees de volledige uitnodiging hier

Het afgelopen jaar zijn er heel wat interessante uitspraken gewezen rondom het reclamerecht (waaronder wordt verstaan: recht rondom commerciële communicatie).

Op donderdag 1 september van 12.00 – 14.00 organiseert uitgeverij deLex een jurisprudentiebijeenkomst in deBalie, nabij Leidse Plein Amsterdam.

Tijdens deze bijeenkomst zullen twee ervaren sprekers (Ebba Hoogenraad en professor Jan Kabel) belangrijke en actuele jurisprudentie de revue laten passeren, waarbij zowel Nederlandse uitspraken, zelfregulering en Europese uitspraken rondom commerciële communicatie. In slechts 2 uur bent u volledig op de hoogte van de actuele ontwikkelingen in de rechtspraak.

Het gaat onder meer om oneerlijke handelspraktijken (cadeau-acties, uitverkopen, uitnodiging tot aankoop), vergelijkende reclame, sluikreclame, reclame in het vrije beroep en reclame voor geneesmiddelen (o.a. Wamo tegen JBC&Modemakers Fashion, Konsumentenombudsman v. Ving Sverige, Mediaprint tegen Österreich Zeitungsverlag, Alter Channel, Novo Nordisk, Société fiduciaire nationale d´expertise comptable tegen Minister du Budget, Lidl tegen Vierzon en Ker-Optika tegen Àntsz).

Kosten 
Deelname € 195,- per persoon (excl. BTW).
Sponsors van onze communities krijgen 10% korting.

Hier aanmelden

RB 1043

Discoliedjes bij PLUS

RCC 5 juli 2011, Dossiernr. 2011/00517 (Discoliedjes bij Plus)

Reclamerecht. Televisiecommercial over discomuntjes waar muziek op staat. Klager stelt dat uiting misleidend is omdat de muntjes geen volledige liedjes afspelen maar slechts 15 seconden van het nummer. Verweerder stelt dat wegens auteursrechtelijke redenen de nummers maar 20 seconden lang zijn. Uiting suggereert niet dat liedjes volledig op muntjes staan.
Commissie oordeelt dat uiting gedeeltelijk gericht is tot kinderen. KJC is daarom van toepassing. Indruk wordt gewekt dat gehele liedjes op muntjes staan dus misleidend voor kinderen. Strijd met art. 1 KJC. Ook voor andere personen onduidelijk t.a.v. voornaamste kenmerken product (art. 8.2 aanhef en onder b NRC). Strijd met art. 7 NRC. Doet aanbeveling.

Naar het oordeel van de Commissie wordt door de mededeling dat je de met name genoemde artiesten “gratis op deze disco’s” krijgt, de indruk gewekt dat complete liedjes op de disco’s staan. Kinderen hoeven er niet op bedacht te zijn dat de disco’s slechts zeer korte fragmenten van liedjes bevatten, nu daaromtrent in de commercial geen enkele mededeling wordt gedaan. De Commissie acht de commercial misleidend voor kinderen en om die reden in strijd met artikel 1 KJC.

Lees de gehele uitspraak hier (link / pdf)
Regeling: KJC art. 1; NRC art. 7, art. 8.2 aanhef en onder b

RB 1045

De volgende dag bezorgd

RCC 6 mei 2011, Dossiernr. 2011/00302 (TNT Post)

Reclamerecht. Televisiecommercial van TNT Post met o.a. de tekst: "de volgende dag bezorgd". Klaagster stelt dat bij haar de post regelmatig pas na twee tot vier dagen wordt bezorgd, ondanks juiste adressering. Verweerder stelt dat in 95% tot 98% van de gevallen de post de volgende dag bezorgd wordt. Uiting houdt geen garantie in van 100% tijdige bezorging. Zal voortaan disclaimer in uiting opnemen.
Commissie oordeelt dat 2% tot 5% van de gevallen post niet binnen 24 uur wordt bezorgd. Daarom strijd met art. 2 NRC. Doet aanbeveling.

In de commercial wordt reclame gemaakt voor de postbezorging door TNT Post “binnen 24 uur” en “de volgende dag”. Deze service wordt onderstreept door de tekst “De volgende dag bezorgd”. Adverteerder heeft meegedeeld dat in 95% respectievelijk 98% van de gevallen post daadwerkelijk de volgende dag wordt bezorgd. Dit betekent derhalve dat in 2 tot 5% van de gevallen de post niet binnen de beloofde 24 uur wordt bezorgd. Gelet hierop is de boodschap dat post de volgende dag wordt bezorgd onjuist en om die reden in strijd met de waarheid als bedoeld in artikel 2 van de Nederlandse Reclame Code (NRC).

Lees de gehele uitspraak hier (link / pdf)
Regeling: NRC art. 2

RB 1049

Leesbaarheid voorwaarden in brillencommercial

RCC 14 juli 2011, Dossiernr. 2011/00494 (Specsavers)

Reclamerecht. Televisiecommercial van Specsavers over gratis product naar keuze bij montuur vanaf 99 euro. Voorwaarden worden enige tijd onderin beeld vertoond. Klager stelt dat de voorwaarden te klein zijn en te kort in beeld om te lezen. Verweerder heeft klacht gemotiveerd weersproken.
Commissie oordeelt dat leesbaarheid van voorwaarden voldoende is. Men moet daar wel enige moeite voor doen, wat invloed heeft op het vermogen om tekst geheel te lezen en te begrijpen. Oordeelt dat gemiddelde consument niet in staat is voldoende kennis te nemen van voorwaarden, met name nu niet verwezen wordt naar website. Sprake van op onduidelijke wijze verstrekken van essentiële informatie (art. 8.3 onder c NRC). Strijd met art. 7 NRC. Doet aanbeveling.

 Aangaande de leesbaarheid is de Commissie, die de televisiecommercial ter vergadering op een televisiescherm heeft bekeken, van oordeel dat de tekst weliswaar klein in beeld komt, maar in beginsel nog juist voldoende leesbaar is, ook voor zover het kleine formaten beeldscherm betreft. Wel heeft het feit dat men enige moeite moet doen om de tekst te lezen invloed op het vermogen van de gemiddelde consument om de tekst in de beperkte tijd van de televisiecommercial geheel door te lezen en de betekenis daarvan te begrijpen. Daarbij is van belang dat adverteerder ervoor heeft gekozen drie volle regels aan tekst in de televisiecommercial te vermelden.

Naar het oordeel van de Commissie zal de gemiddelde consument niet in staat zijn voldoende kennis te nemen van de volledige inhoud van de voorwaarden en de betekenis daarvan. Dit is van belang, nu in de voorwaarden essentiële informatie staat die de gemiddelde consument nodig heeft om een geïnformeerd besluit over de transactie te nemen. De Commissie verwijst in dit verband naar de voorwaarde dat voor glasopties zoals dunnen glazen, toeslagen gelden, alsmede dat het aanbod slechts voor één persoon geldt en niet in combinatie met andere aanbiedingen. Daarbij is voorts van belang dat adverteerder niet ervoor heeft gekozen om voor de voorwaarden (mede) naar de website te verwijzen. De consument die van de voorwaarden kennis wil nemen, is dus in beginsel aangewezen op de in de televisiecommercial vermelde informatie.

Lees de gehele uitspraak hier (link / pdf)
Regeling: NRC art. 7, art. 8.3 onder c
Lees eerdere uitspraak over Specsavers hier: RB 381

RB 1046

Slechts gericht op gezondheidsbelang

Kamerbrief Minister VWS over beleidsagenda vervalste geneesmiddelen en medische hulpmiddelen, kenmerk GMT/MVG/3071128, beleidsagenda (hier)

Uit de brief: Evenals horloges, tassen e.d. van bekende ontwerpers blijken ook medische producten te worden vervalst. Hoewel hierbij uiteraard ook sprake kan zijn van een inbreuk op het intellectuele eigendom van partijen, is er bij medische producten ook een ander probleem aan de orde, namelijk het risico voor de volksgezondheid. Het perspectief van de volksgezondheid is voor mij de reden om beleid te maken op dit terrein. Wellicht ten overvloede merk ik hierover op dat ik mij slechts richt op het gezondheidsbelang en het voorkomen van gezondheidsschade en niet op mogelijke inbreuk op het intellectuele eigendoms-recht, wat een economisch delict is.

Uit de agenda: De WHO en Raad van Europa hebben de definitie van een vervalst medisch product als volgt bepaald:

  • Een vervalst medische product beschrijft een product die een valse representatie (a) van zijn identiteit (B) en/of bron (c) geeft. Dit is op het product, zijn verpakking of etiketteringsinformatie van toepassing.35
  • Medische producten die niet binnen bepaalde landen op de markt zijn (toegelaten), maar wel in bepaalde andere landen zijn geen vervalsingen. Bijvoorbeeld door de Amerikaanse Food and Drug Administration (FDA) goedgekeurde medische producten die niet binnen de EU geregistreerd zijn, zijn geen vervalsing, maar mogen toch niet in de EU verkocht en gebruikt worden.36
  • De schendingen of de geschillen betreffende octrooien moeten niet met het vervalsen van medische producten worden verward.37
  • Vervalste medische producten kunnen producten zijn met correcte ingrediënten, met verkeerde ingrediënten, zonder ingrediënten, met onjuiste hoeveelheden ingrediënten, of met valse verpakking.38

35 Een voorbeeld hiervan is de vervalste zuurstof-saturatiemeter
36 De definitie van vervalsing volgens de WHO geldt wereldwijd. Dit betekent dat een medisch hulpmiddel dat bijvoorbeeld door FDA in Amerika goedgekeurd is maar geen CE-markering heeft, binnen Europa niet als een vervalsing kan worden gezien. Het is namelijk wereldwijd wel ergens als een medisch hulpmiddel op de markt conform de eisen die dat werelddeel stelt.
37 Een replica is niet per definitie als een vervalst medisch hulpmiddel. Indien de replica de conformiteitbeoordelingsprocedure met goed resultaat heeft afgerond en dus voldoet aan alle gestelde wettelijke eisen, kan de originele fabrikant besluiten om het dispuut uit te vechten op het terrein van merkenrecht/ intellectueel eigendom.
38 Naar aanleiding van de incidenten gemeld bij het gebruik van borstimplantaten geproduceerd door een firma in Frankrijk, heeft het “Agence Française de Sécurité Sanitaire des Produits de Santé” (AFSSAPS) een inspectie uitgevoerd. Vastgesteld werd dat de implantaten gevuld werden met een ander type siliconegel dan aangegeven in het CE-certificatiedossier. Deze prothesen zijn dus niet conform de wetgeving betreffende medische hulpmiddelen.
https://www.fagg-afmps.be/nl/news/news_implants_mammaires_pip.jsp

RB 1042

Onleesbare voorwaarden

Vz RCC 6 juli 2011, Dossiernr. 2011/00466 (Wereld Natuur Fonds)

Reclamerecht. Televisiecommercial i.v.m. actie "de natuurverdubbelaar". Voorwaarden actie worden in kleiner lettertype getoond. Klager stelt dat deze voorwaarden niet te lezen zijn. Adverteerder erkent klacht en zal in toekomst niet meer op dergelijke wijze reclame maken.
Voorzitter oordeelt dat Commissie klacht zal toewijzen. Adverteerder heeft geen duidelijke informatie verstrekt over voorwaarden (art. 8.2 aanhef NRC) dus strijd met art. 7 NRC. Doet aanbeveling.

De voorzitter is van oordeel dat de Commissie de klacht zal toewijzen. Hij overweegt daartoe het volgende.

Niet in geschil is dat de voorwaarden die onder het tarief staan vermeld, onvoldoende lees­baar zijn. Aldus heeft adverteerder geen duidelijke informatie verschaft over de voornaamste voorwaarden van de actie, zoals bedoeld in artikel 8.2 aanhef van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Voorts is de voorzitter van oordeel dat de gemiddelde consument hierdoor ertoe gebracht kan worden een besluit over een transactie te nemen, dat hij anders niet had ge­nomen, te weten het verzenden van een sms voor € 1,-- per bericht. Om die reden is de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.

Lees de gehele uitspraak hier (link / pdf)

Regeling: NRC art. 7, art. 8.2 aanhef

RB 1044

Slogan meeregistreren

BBIE 30 juni 2011, oppositienr 2004996 (AXA tegen 3 Suisse international)

Parallelle publicatie van IE-Forum.nl. Merkenrecht. Oppositie o.g.v. ouder woord-/beeldmerken AXA réinventons / la banque | la banque et l´assurance | le homebanking tegen internationale aanvrage woord/beeldmerk Monabanq. réinventeer la banque plus pres de la vie. Franstalige oppositiebeslissing over (on)praktisch nut van registreren van slogans in combinatie met merknam en/of logo. Afgewezen. Merk wordt ingeschreven.

38. En ce qui concerne le dépôt contesté, le slogan « réinventer la banque plus près de la vie » apparaîtra comme une phrase élogieuse peu distinctive par rapport aux produits et services revendiqués. Par conséquent, l’élément de fantaisie « Monabanq » placé en début de marque sera perçu par le public comme l’élément dominant du dépôt contesté.

39. En principe, le consommateur attache normalement plus d’importance à la partie initiale des mots (TUE, Mundicor, T-183/02 et T-184/020, 17 mars 2004). Le terme de fantaisie « Monabanq », domine visuellement et phonétiquement le signe contesté. L’Office relève qu’il ne peut toutefois être fait totalement abstraction du slogan « réinventer la banque plus près de la vie » en tant qu’il comporte des éléments communs avec le droit invoqué, à savoir le radical du verbe « réinventer » et les termes descriptifs « la banque ».

40. A cet égard, l’Office estime toutefois que l’utilisation du terme « réinventer » n’est, dans le secteur bancaire et plus généralement dans le secteur des services, pas particulièrement original, ni distinctif. En effet, ce terme véhicule l’idée de nouveauté et d’innovation, qualités communément revendiquées par les acteurs économiques quel que soit le secteur d’activités concerné. Par conséquent, l’Office estime que ce terme ne peut faire l’objet d’un droit exclusif d’utilisation au profit de l’opposant du seul fait de son inclusion dans le droit invoqué.

Lees de beslissing hier (link).
BVIE

RB 1041

Word zelf DJ

RCC 6 juli 2011, Dossiernr. 2011/00483 (Discomuntjes)

Reclamerecht. Televisiecommercial over PLUS spaaractie van discomuntjes. Klager stelt dat uiting niet vermeld dat apart discospelertje nodig is om muntjes af te spelen. Ook zijn deze niet meer verkrijgbaar terwijl actie nog loopt. Acht uiting misleidend. Verweerder stelt dat discospeler duidelijk in uiting wordt getoond. In folder is OP=OP vermeld. Toen spelers op waren, is externe communicatie rond campagne gestaakt en publiek hierover geïnformeerd via website en winkels.

Commissie oordeelt dat uiting gedeeltelijk op kinderen is gericht en acht daarom de KJC van toepassing. In uiting wordt geen mededeling gedaan over kosten speler. Acht uiting daarom misleidend voor kinderen en dus in strijd met art. 1 KJC. Ook is voor andere personen onduidelijk dat de speler niet gratis is, daarom sprake van omissie (art. 8.3 aanhef en onder c NRC). Strijd met art. 7 NRC. In uiting ook geen voorbehoud v.w.b. voorraad spelers, genomen maatregelen door verweerder leiden niet tot ander oordeel. Doet aanbeveling.

Nu de televisiecommercial, onder andere blijkens de aanhef “Jongens en meisjes”, in ieder geval gedeeltelijk gericht is tot kinderen, is hierop de Kinder- en Jeugdreclamecode (KJC) van toepassing. Reclame die geheel of gedeeltelijk tot kinderen is gericht, mag volgens artikel 1 KJC niets in woord, geluid of beeld bevatten waardoor kinderen op enigerlei wijze worden misleid over de mogelijkheid en eigenschappen van het aangeboden product. Daarbij dient, blijkens de toelichting bij genoemd artikel, rekening te worden gehouden met hun bevattingsvermogen en verwachtingspatroon. Naar het oordeel van de Commissie wordt door de mededeling dat je de met name genoemde artiesten “gratis op deze disco’s” krijgt en deze kunt afspelen op de discospeler, de indruk gewekt dat ook de discospe­ler gratis is. Uit de televisiecommercial blijkt verder niet dat de discospeler die nodig is voor het afspelen van de disco’s € 1,-- kost. Kinderen hoeven niet op dit laatste bedacht te zijn, nu daaromtrent in de commercial geen mededeling wordt gedaan. De Commissie acht de commercial daarom misleidend voor kinderen en om die reden in strijd met artikel 1 KJC.

Lees de gehele uitspraak hier (link / pdf)
Regeling: KJC art. 1; NRC art. 7, art. 8.3 aanhef en onder c

RB 1040

Gelijk in hoger beroep bibaboerderij

TROS krijgt gedeeltelijk gelijk in hoger beroep over bibaboerderij

Met dank aan Marieke Neervoort, SOLV.

Paralelle publicatie SOLV-blog. De boete van € 270.000 – destijds de hoogste boete die ooit door het Commissariaat was opgelegd – wordt daardoor met de helft verminderd.

Het Commissariaat had de TROS in 2009 deze boete opgelegd omdat de TROS geen marktconforme vergoeding voor de uitzendrechten van de kinderserie Bibaboerderij had betaald, waardoor sprake zou zijn van verboden sponsoring van een kinderprogramma. Ook zou de TROS het zgn. ‘dienstbaarheidsverbod’ hebben overtreden, met name door de serie te blijven uitzenden ook nadat zij bekend was geworden met de grootschalige Bibaboerderij merchandising door Schuitema, de exploitant van de C1000 supermarkten.

De TROS ging in hoger beroep bij de sector bestuursrecht van de rechtbank Amsterdam en heeft daar gedeeltelijk gelijk gekregen. De rechtbank oordeelde namelijk dat het onder de kostprijs aankopen van een televisieprogramma geen schending van het sponsorverbod oplevert:

Hoewel de rechtbank het opmerkelijk acht dat eiseres [de TROS] het uitzendrecht van het televisieprogramma heeft verkregen voor een fractie van de werkelijke productiekosten, acht zij dit, gelet op de wettekst, onvoldoende om reeds op grond daarvan te concluderen dat sprake is van verboden sponsoring door Schuitema, zoals door verweerder [het Commissariaat] is geconcludeerd.

Met betrekking tot het dienstbaarheidsverbod krijgt de TROS echter geen gelijk. Het dienstbaarheidsverbod houdt in dat een publieke omroep niet bij mag dragen (niet dienstbaar mag zijn) aan het maken van winst door een derde partij. Normaal economisch handelen is wel toegestaan, ook als dat winst voor derden tot gevolg heeft.

De rechtbank is met het Commissariaat van oordeel dat de TROS – door een ingewikkelde royalty-constructie – de facto geen vergoeding heeft hoeven betalen voor het exclusieve uitzendrecht van de serie, wat geen gangbare praktijk is. De TROS heeft niet onderzocht hoe het Bibaboerderij format verder zou worden geëxploiteerd nadat zij met de uitzending van de serie was gestart. Door de serie regelmatig uit te zenden, heeft de TROS Schuitema feitelijk geholpen om het Bibaboerderij format verder te exploiteren en daarmee een meer dan normale winst te behalen. Daardoor heeft de TROS zich dienstbaar gemaakt aan de commerciële belangen van Schuitema.

Lees hier de uitspraak van de rechtbank.