RB
RB 3894
17 april 2025
Uitspraak

Nordic Fire mag kritisch zijn op Milieu Centraal, maar moet oppassen met absolute milieuclaims

 
RB 3896
16 april 2025
Uitspraak

Greenpeace-lespakket onvoldoende herkenbaar als reclame, deels te stellig geformuleerd

 
RB 3891
14 april 2025
Uitspraak

Elmex tandpastareclame met witte jas overtreedt reclamecode voor medische hulpmiddelen

 
RB 2844

Richtlijn OHP verzet zich niet, maar richtlijn elektronische handel en VWEU verzet zich wel tegen reclameverbod voor tandartsen

EU 4 mei 2017, RB 2844; ECLI:EU:C:2017:335 (VVT vzw tegen Vanderborght), https://reclameboek.nl/artikelen/richtlijn-ohp-verzet-zich-niet-maar-richtlijn-elektronische-handel-en-vweu-verzet-zich-wel-tegen-rec

HvJ EU 4 mei 2017, IEFbe 2154; LS&R 1448; RB 2844; ECLI:EU:C:2017:335; C‑339/15 (VVT vzw tegen Vanderborght) Reclamerecht. Oneerlijke handelspraktijk. Verzoeker Luc Vanderborght is sinds 1985 gevestigd als erkend tandarts en gespecialiseerd in cosmetische en implantaatbehandelingen. Hij wordt ervan verdacht tussen 1 maart 2003 en 24 januari 2014 reclame te hebben gemaakt voor zijn praktijk door middel van een reclamezuil ‘van onbescheiden afmeting’ en andere verboden reclamepraktijken. HvJ EU:

1) [Richtlijn oneerlijke handelspraktijken] moet aldus worden uitgelegd dat zij zich niet verzet tegen een nationale wettelijke regeling zoals die in het hoofdgeding, die de volksgezondheid en de waardigheid van het beroep van tandarts beschermt door alle reclame voor mond- en tandverzorging op algemene en absolute wijze te verbieden en door bepaalde vereisten van bescheidenheid voor uithangborden van tandartspraktijken vast te stellen.

RB 2842

Schending van in een digitale advertentiecampagne gegarandeerde exclusiviteit rechtvaardigt ontbinding

Rechtspraak (NL/EU) 25 apr 2017, RB 2842; ECLI:NL:GHARL:2017:3605 (aannemingsbedrijf tegen Proximedia hodn BeUp), https://reclameboek.nl/artikelen/schending-van-in-een-digitale-advertentiecampagne-gegarandeerde-exclusiviteit-rechtvaardigt-ontbindi

Hof Arnhem-Leeuwarden 25 april 2017, IT 2271; RB 2842; ECLI:NL:GHARL:2017:3605 (aannemingsbedrijf tegen Proximedia hodn BeUp) Schending van een in een digitale advertentiecampagne gegarandeerde exclusiviteit door Proximedia (BeUp). Het hof heeft [appellant] opgedragen te bewijzen dat BeUp hem heeft gegarandeerd dat (1) [appellant] via gesponsorde websites boven de reguliere websites te vinden zou zijn, (2) dat sprake zou zijn van exclusiviteit, omdat slechts één bedrijf per branche met deze digitale advertenties zou worden ondersteund. De garantie is na bewijsvoering komen vast te staan. De schending ervan is niet gemotiveerd bestreden en rechtvaardigt de ontbinding van de overeenkomst. Het hof vernietigt het vonnis van de kantonrechter van de rechtbank Noord-Nederland, locatie Leeuwarden van 7 oktober 2014 en doet opnieuw recht en wijst de vorderingen van BeUp af;

RB 2841

Duitse BGH over de informatieplicht van een online prijsvergelijkingssite

Rechtspraak (NL/EU) 27 apr 2017, RB 2841; (Bestattungspreisvergleich), https://reclameboek.nl/artikelen/duitse-bgh-over-de-informatieplicht-van-een-online-prijsvergelijkingssite

BGH 27 april 2017, RB 2841; IEFbe 2148; I ZR 55/16 (Bestattungspreisvergleich) § 5a UWG (Irreführung durch Unterlassen). Informatie dat in een prijsvergelijkingsportaal slechts aanbieders staan die zich verbonden hebben aan portaalaanbieder een provisie te betalen op het moment van de totstandkoming van een overeenkomst, is wezenlijke informatie in de zin van § 5a UWG. Een gebruiker gaat niet uit dat bij een snelle prijsvergelijking slechts aanbieders worden betrokken die provisie betalen bij afsluiting van een contract. Een gebruiker verwacht een prijsvergelijking van alle op het internet beschikbare markten en niet van slechts provisieplichtige selectie van aanbieders.

RB 2840

Uitspraak ingezonden door Daniël Haije en Bram Duivenvoorde, Hoogenraad & Haak advocaten.

Juiste vergelijking van uitsluitend de transactiekosten bij betalingen in vreemde valuta

4 apr 2017, RB 2840; dossiernr. 2016/00916 (NBWM tegen ING), https://reclameboek.nl/artikelen/juiste-vergelijking-van-uitsluitend-de-transactiekosten-bij-betalingen-in-vreemde-valuta

CvB 4 april 2017, dossier 2016/00916 (NBWM tegen ING) De klacht betreft de kosten van internationale betalingen in andere valuta dan de euro (‘vreemde valuta’). Hierbij kunnen kosten worden berekend voor de betaling als zodanig (‘transactiekosten’) en daarnaast kosten voor het omwisselen van geld (‘conversiekosten’). In de uitingen waarover de Commissie heeft geoordeeld worden uitsluitend de transactiekosten van NBWM vergeleken met de transactiekosten van (onder meer) ING. De Commissie heeft, samengevat, voormelde uitingen als vergelijkende reclame in de zin van artikel 13 van de Nederlandse Reclame Code (NRC) aangemerkt en beoordeeld of de uitingen voldoen aan de eisen van dit artikel, waaronder de voorwaarde dat de vergelijking niet misleidend is in de zin van de NRC. Met betrekking tot de radiocommercial oordeelt de Commissie dat daarin, anders dan in de overige uitingen, niet wordt meegedeeld dat de vergeleken tarieven betrekking hebben op een internationale betaling in vreemde valuta. De Commissie acht de uitingen op grond van het voorgaande misleidend wegens het ontbreken van essentiële informatie en daardoor in strijd met artikel 13 onder a NRC. De beslissing van de Commissie ten aanzien van de radiocommercial blijft in stand nu ter zake dit onderdeel van het geschil niet is voldaan aan de eis dat het beroepschrift de gronden moet bevatten waarop beroep wordt ingesteld. Het beroep tegen het oordeel van de Commissie ten aanzien van de uitingen op de website en de printadvertentie is gegrond, zodat de beslissing in zoverre niet in stand kan blijven. Ten aanzien van die uitingen wordt de klacht alsnog afgewezen.

RB 2839

CvdM: Tegen betaling of niet? Dat is bij veel vlogs onduidelijk

CvdM bericht: Het Commissariaat voor de Media heeft voor het eerst onderzocht hoe vaak merken en producten duidelijk zichtbaar voorkomen in vlogs en andere video’s van online content creators. En of duidelijk vermeld wordt of het al dan niet om betaalde aandacht gaat. Daartoe zijn honderd video’s van de twintig populairste Nederlandstalige kanalen van vloggers of andere online content creators op YouTube bekeken. Wat blijkt? In bijna 90% van de vlogs en clips zijn duidelijk een of meerdere merken of producten te zien. In meer dan 60% van die gevallen komen merken en producten niet terloops aan bod, maar krijgen ze nadrukkelijk de aandacht. Die aandacht is vaak (zeer) positief. Bij meer dan 75% van de video’s waarin merken en/of producten aan bod komen, is onduidelijk of het al dan niet om betaalde aandacht gaat. Lees verder ,Het actualiteitenprogramma Nieuwsuur besteedde aandacht aan het onderzoek.

RB 2838

Uitspraak ingezonden door Marloes Meddens-Bakker, The Law Factor.

Ontbreken verwijzing naar JAK-remmers of naderend geneesmiddel

12 apr 2017, RB 2838; K17.001 (Eli Lilly tegen Pfizer), https://reclameboek.nl/artikelen/ontbreken-verwijzing-naar-jak-remmers-of-naderend-geneesmiddel

CGR 12 april 2017, LS&R 1443; RB 2838 (Eli Lilly tegen Pfizer) Geen reclame. Beide partijen wachten de verlening van een EU-handelsvergunning af voor een nieuw geneesmiddel voor de behandeling van reumatoïde artritis. Lilly voor haar Olumiant, Pfizer voor Xeljanz, het zijn janus kinase (JAK)ontstekingsremmers.

Pfizer heeft de aandacht van Nederlandse beroepsbeoefenaren gevestigd op de rol die JAK spelen bij het ontstaan van ontstekingen. Deze uitingen kunnen volgens Lilly niet kwalificeren als zuivere informatie ex 5.1.2 en 5.1.3 van de Gedragscode en stelt dat er sprake is van een verkapte vorm van reclame voor haar nog niet geregistreerde JAK-remmer Xeljanz. Alhoewel de Commissie inziet dat er een commercieel belang is om vooruitlopend op de naderende introductie van haar geneesmiddel bij beroepsbeoefenaar de aandacht te vestigen op de rol van JAK pathways, acht de Codecommissie vanwege ontbreken van verwijzingen naar tofacitinib of Xejanz of JAK-remmers in het algemeen het verband tussen de uiting te verwijderd om aan de uitingen een aanprijzend karakter toe te kennen. Ook uitingen die voor publiek toegankelijk waren, zijn geen publieksreclame.

RB 2837

Mailing 'samen met de Maag Lever Darm stichting' met logo Thiosix is overtreding Code Publieksreclame Geneesmiddel

Zelfregulering (RCC, KOAG/KAG) 9 mrt 2017, RB 2837; K17.002 ((CGR/Teva) - ingetrokken), https://reclameboek.nl/artikelen/mailing-samen-met-de-maag-lever-darm-stichting-met-logo-thiosix-is-overtreding-code-publieksreclame

CGR 9 maart 2017, LS&R 1442; RB 2837, K17.002 (CGR/Teva) - ingetrokken De CGR heeft een melding ontvangen over een mogelijke overtreding van de regels inzake geneesmiddelenreclame door Teva Nederland. De melding ziet op een mailing/insert bij VOZ Magazine december 2016 – ‘Samen met de Maag Lever Darm Stichting de toekomst in’ waarop het logo van Thiosix® is vermeld. Serieus signaal over reclame voor receptgeneesmiddel richting publiek. Beklaagde berust in oordeel – klacht afgedaan met publicatie van de feiten en betaling kosten secretariaat.

 

RB 2836

DDMA: Reclamecode Social Media duidelijker over reclame in vlogs

DDMA: Sinds januari 2014 staan er regels voor bloggers en vloggers in de Nederlandse Reclame Code. De Reclamecode Social Media is ruim drie jaar geleden geïntroduceerd door het adverterend bedrijfsleven. De Code is opgesteld omdat het voor consumenten soms onduidelijk is dat bedrijven betalen voor berichten, blogs en vlogs op social media of dat bedrijven op een andere manier bij social media betrokken zijn. De Code verbiedt deze praktijk niet, maar verplicht je als blogger of vlogger wel hier eerlijk over te communiceren, bijvoorbeeld door te vermelden dat je een product gratis hebt gekregen, betaald bent door de adverteerder, korting of ander voordeel hebt ontvangen.

In de praktijk blijkt dat niet altijd duidelijk was of de Code ook voor vloggen geldt. Daarom is de toelichting bij de Code op dit punt verduidelijkt. De Code geldt dus zowel voor adverteerders als voor de bloggers, vloggers en online creators met wie zij samenwerken.

RB 2835

IE in bedrijf - deel 4 - reclame

Marjolein Driessen en Theo-Willem van Leeuwen, IE in Bedrijf deel 4 - Reclame, IE-inbedrijf.nl 2017. Dit nieuwe deel van IE in Bedrijf is het eerste en enige boek over reclame dat zo volledig alle juridische aspecten belicht. In dit deel gaan we in op de belangrijkste reclame-onderwerpen, zoals vergelijkende en misleidende reclame, de regels die gelden bij online reclame zoals voor vloggers, gebruik van portretten of characters, inhakers die worden gemaakt bij belangrijke gebeurtenissen en evenementen en ambush marketing. Het boek staat, nog meer dan de eerste drie delen van IE in Bedrijf, boordevol praktijkvoorbeelden, tips en fabels. IE in Bedrijf – Reclame is hierdoor onmisbaar voor alle ondernemingen die hun intellectueel eigendom willen beschermen en reclame maken, als voor de reclame-industrie zelf.