RB

Media  

RB 1203

Kamervragen: Seksvoorlichting

Antwoord kamervragen over de nieuwe voorlichtingscampagne van Sense 'hun eerste keer' Aanhangsel van de Handelingen II, 2011-2012, nr. 648

4. Deelt u de mening dat wanneer 43 % van alle ondervraagden van het onderzoek ‘seks onder je 25e’ nog helemaal geen geslachtsgemeenschap hebben gehad, het onjuist is om bij het opzetten van een nieuwe voorlichtingscampagne er vanuit te gaan dat jongeren op hun 16,4 jaar al wel geslachtsgemeenschap hebben? Zo ja, bent u bereid de nieuwe campagne van Sense aan te passen?

Antwoord De campagne gaat er niet van uit dat jongeren op hun 16,4 jaar geslachtsgemeenschap hebben. Zoals gezegd betreft de leeftijd van 16,4 jaar een gemiddelde. De campagne is juist gericht op de jongeren die nog (net) niet seksueel actief zijn, om er voor te zorgen dat zij, wanneer ze met seks beginnen, hun eigen wensen en grenzen op het gebied van seksualiteit kennen en die durven aangeven. Met seks wordt daarbij niet alleen gedoeld op geslachtsgemeenschap maar ook op andere vormen van seksueel gedrag en seksualiteit, zoals zoenen of strelen of voor je homoseksualiteit uitkomen. Dit blijkt ook uit de trailer van ‘hun eerste keer’. Het is ook niet zo dat alle acht jongeren uit ‘hun eerste keer’ al seksuele ervaring hebben. De leeftijd van 16,4 jaar wordt dus zeker niet als norm neergezet. Vanwege het bovenstaande zie ik geen reden om ‘hun eerste keer’ aan te laten passen.

RB 1200

Verschillende malen gewaarschuwd

RCC 4 november 2011, dossiernr. 2011/00910 (KPN: beltegoed onbeperkt houdbaar)

In de uiting staat dat beltegoed bij KPN Prepaid onbeperkt houdbaar is. Dit is niet juist, omdat het beltegoed wordt verwijderd als er binnen een periode van 6 maanden niet gebeld of opgewaardeerd is. Alle operators voeren dit beleid, de onbeperkte houdbaarheid van het beltegoed wordt uitgelegd onder de tab “Tarieven” op de website van adverteerder. Bovendien wordt een klant verschillende malen gewaarschuwd voordat het mobiele nummer dreigt te vervallen en heeft hij na het op inactief zetten van het nummer nog 3 maanden de tijd om op te waarderen en het nummer alsnog te activeren.

Zonder enig voorbehoud, dus is "beltegoed onbeperkt houdbaar" niet juist.

Het oordeel van de Commissie

In de uiting wordt van het prepaid beltegoed zonder enig voorbehoud gezegd dat dit onbeperkt houdbaar is. Dit wekt de suggestie dat aan de houdbaarheid van het beltegoed geen beperkingen zijn verbonden, terwijl, zo heeft adverteerder erkend, in werkelijkheid de voorwaarde geldt dat binnen 6 maanden het telefoonnummer moet zijn gebruikt of het tegoed moet zijn opgewaardeerd. Gelet hierop acht de Commissie de mededeling “Beltegoed onbeperkt houdbaar” niet juist. Hierbij is niet van belang dat de situatie waarin 6 maanden geen enkel gebruik wordt gemaakt van een telefoonnummer uitzonderlijk is, zoals door adverteerder gesteld.
 
Gelet op het vorenstaande gaat de bestreden uiting gepaard met onjuiste informatie als bedoeld in de aanhef van artikel 8.2 van de Nederlandse Reclame Code NRC). Omdat de gemiddelde consument door de uiting ertoe gebracht kan worden een besluit over een transactie te nemen dat hij anders niet had genomen, acht de Commissie de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.

RB 1199

Bewijs actieproducten wel aanwezig

CVB 10 november 2011, dossiernr. 2011/00307 (kruidvat / 4 flessen fructies €5,00 product niet aanwezig)

Bewijs ten aanzien van hoeveelheden actieproducten in specifiek filiaal gedurende de gehele actieperiode. Het betreft de voor de periode 22 t/m 27 maart 2011 aangekondigde aanbieding van 4 stuks Fructis shampoo of conditioner voor € 5,00 in de huis-aan-huis verspreide folder van Kruidvat. In citaten:

Oordeel van de Commissie:
Op basis van het totale en het gemiddelde aantal verkochte actieproducten valt echter niet te beoordelen of de voor een afzonderlijk filiaal beschikbare voorraad redelijk was. Nu klaagster bekend heeft gemaakt welk Kruidvat-filiaal door haar is bezocht, had het op de weg van adverteerder gelegen na te gaan welke voorraad Fructis actieproducten voor dit filiaal beschikbaar was. Adverteerder heeft dit achterwege gelaten. Gelet hierop acht de Commissie niet aannemelijk geworden dat de aangeprezen Fructis actieproducten in voldoende mate aanwezig zijn geweest in het Kruidvat-filiaal Dijkcentrum te Roosendaal.

Tussenbeslissing 3. Nu geïnti­meerde concreet heeft geklaagd over het feit dat, naar zij stelt, in het door haar bezochte filiaal gedurende de gehele actieperiode geen Fructis actieproducten te koop waren, alsmede dat deze producten tijdens de actie ook niet werden aange­vuld, terwijl de actieproducten daarna weer in de schappen lagen, lag het op grond van het voorgaande op de weg van Kruidvat om aanne­melijk te ma­ken dat in het des­betreffende filiaal tijdens de ac­tie de Fructis actieproduc­ten kon­den wor­den ge­kocht. Kruid­vat diende daartoe gegevens van het desbetreffende filiaal over te leg­gen. Uit die gege­vens zou dienen te blijken dat de actie­producten in het filiaal aan­we­zig waren in een hoe­veelheid die, rekening houdend met het product, de omvang van de voor het pro­duct gevoerde reclame en de aan­geboden prijs redelijk is.

4. Kruidvat heeft tot op heden geen inlichtingen verschaft over de voorraad Fructis actieproducten in het desbetreffende filiaal. Het College acht het aangewezen om Kruid­vat alsnog in staat te stellen door middel van stukken aannemelijk te maken dat gedurende de actieperiode in het desbetreffende filiaal de Fructis actie­pro­ducten in voldoende mate te koop waren.

Eindbeslissing 5. Voorts is het College van oordeel dat uit de overgelegde gegevens blijkt dat de actieproducten in het desbetreffende filiaal aanwezig waren in een hoeveelheid die, rekening houdend met het product, de omvang van de voor het product gevoer­de reclame en de aangeboden prijs, redelijk is. Hierbij acht het College met name van belang dat er bij het einde van de actie een voorraad van 48 actieproducten was, waarbij bovendien ook nog diverse combinaties mogelijk waren.

RB 1202

Gijzeling en overval

RCC 29 september 2011, dossiernr. 2011/00849 (Zalando gijzeling)

Commercial over schoenenwebwinkel Zalando. Waarin op humoristische wijze de passie voor mode van adverteerders klanten onderstreept. Gijzeling en overval mogen geen onderwerp van reclame zijn, zeker niet op een spottende manier als in het onderhavige geval. De commercial is kwetsend voor mensen die als slachtoffer een overval of gijzeling hebben meegemaakt, onder wie klaagster.

Verweer: De situatie is haast absurd, geen van de betrokken acteurs en actrices is daadwerkelijk angstig en niemand draagt een vuurwapen. Het scenario met een bankoverval wordt vaker gebruikt in reclames en is voorheen niet ontoelaatbaar geacht. De onderhavige commercial is door de Deutsche Werberat beoordeeld en goedgekeurd. Strijd met goede smaak wordt terughoudend getoetst vanwege subjectieve karakter. Afwijzing van de klacht volgt.

Het oordeel van de Commissie
 
De Commissie vat het bezwaar van klaagster aldus op, dat zij de bestreden televisie-commercial in strijd acht met de goede smaak en/of het fatsoen als bedoeld in artikel 2 van de Nederlandse Reclame Code (NRC) en nodeloos kwetsend als bedoeld in artikel 4 NRC.
Bij de beoordeling of een reclame-uiting in strijd is met de goede smaak en/of het fatsoen dan wel nodeloos kwetsend is, stelt de Commissie zich terughoudend op, gelet op het subjectieve karakter van deze criteria. Met inachtneming van deze terughoudendheid acht de Commissie de commercial niet van dien aard dat de grenzen van het toelaatbare zijn overschreden. Uit het feit dat de vrouwen tijdens een als zeer grimmig te beschouwen situatie enthousiast over mode praten, blijkt reeds duidelijk dat de televisiecommercial niet realistisch is bedoeld. Dit laatste wordt versterkt door het slot van de commercial, waarin de vrouwen zich gillend op de overvallers storten om hen de bezorgde artikelen van adverteerder uit handen te nemen.
 
De Commissie heeft er overigens begrip voor dat niet iedereen, bijvoorbeeld wegens bepaalde persoonlijke ervaringen, de onderhavige televisiecommercial zal waarderen.
Dit kan evenwel niet tot een andere beslissing leiden.

Hier de YouTube Duitse versie

RB 1198

Kaarten in het buitenland kopen

CVB 10 november 2011, dossiernr. 2011/00520 (easyjet Goedkoopste / laagste tarief niet mogelijk in NL)

Goedkoopste tarieven kunnen niet in Nederland worden geboekt, boekingskosten blijven alleen met niet-Nederlandse credit cards onbetaald.

Tussen partijen staat vast dat het meermalen in de uiting vermelde tarief van € 33,99 voor een enkele reis alleen geldt indien een elektronische boeking wordt gedaan met een Visa electron card of een Carte Bleue en dat in andere gevallen een boekingstoeslag geldt. Adverteerder heeft erkend c.q. niet weersproken dat voornoemde kaarten in Nederland niet verkrijgbaar zijn. Adverteerder heeft meegedeeld dat men in het Verenigd Koninkrijk een Visa Electron card kan aanschaffen, en vervolgens van daaruit via easyJet.com/nl een boeking kan doen, zonder toeslag.

 

Onder deze omstandigheden acht de Commissie vermelding in de onderhavige -op Nederland gerichte- uiting van € 33,99 als laagste tarief, zonder dat daarbij direct een voorbehoud wordt gemaakt betreffende vrijwel altijd bijkomende kosten per boeking, niet correct en duidelijk. Artikel III RR luidt, voor zover hier van belang: “Aanbieders zijn gehouden tot het hanteren van correcte en duidelijke prijzen in hun reclame-uitingen”. Commissie doet aanbeveling en College van Beroep bevestigd het oordeel van college.

 

2. In beroep is geen grief gericht tegen het onder­deel van de bestre­den be­slis­sing waarin de Commissie heeft geoordeeld dat Visa Electron en Carte Bleue in Neder­land niet ver­krijg­baar zijn. Niet gesteld of gebleken is dat de Nederlandse con­su­ment deze kaarten in het buitenland koopt en daarmee bij easyJet betalingen doet.  Uit­gangs­punt is daarom dat indien de Neder­land­se consu­ment bij easyJet een reis boekt, dat ge­beurt met de in Nederland gebruikelijke betaalmiddelen. Voor die be­talingen zijn krachtens de voorwaarden van easyJet altijd de hiervoor bedoelde boe­kings­toeslagen verschuldigd.
 
3. Op grond van het voorgaande is naar het oordeel van het Col­lege de wijze waar­op easyJet in de onderhavige uiting informatie over de prijs geeft, niet correct en dui­delijk. De in de uiting genoemde uitzonderingen waarbij geen boekingstoesla­gen in rekening worden gebracht, zijn voor de Ne­derlandse con­su­ment immers niet rele­vant en wekken bij deze consument ten onrechte de indruk dat die toeslagen op­tioneel zijn.
 
4. Dat de toeslagen per boeking gelden, is naar het oordeel van het College geen re­den om deze niet als vaste onvermijdbare kosten te beschouwen in de zin van het bepaalde onder III sub 1 RR. Wel kan in dit laatste, zoals ook uit de beslissing van de Commissie volgt, aanleiding worden ge­vonden het toelaatbaar te achten dat easyJet in reclame-uitingen de prijzen aldus publiceert, dat direct bij de prijs het voor­behoud wordt gemaakt dat de prijs dient te worden ver­meerderd met de bij­ko­mende, gespecificeerde, toeslagen per boeking. Nu de verplichting tot be­ta­ling van die toeslagen in het onderhavige geval evenwel niet direct uit de uiting blijkt, heeft de Commis­sie de uiting terecht in strijd met het bepaalde onder III RR geacht.

RB 1193

Aantal vrienden terugbrengen

RCC 10 oktober 2011, dossiernr. 2011/00746-I (Prijs delen met 5 vrienden (of toch 3)?)

Kansspelen. Wijziging na introductie waarvan deelnemers zijn geadverteerd, wijziging abuisievelijk niet opgenomen in advertentie. Onjuiste informatie strijd met Reclamecode voor Kansspelen.

Advertentie mag aan vijf vrienden worden gegeven, er aangeboden om voor Stichting Humanitas mee te spelen. In een brief heeft de VriendenLoterij aangegeven dat slechts drie vrienden prijs kunnen krijgen.

Verweer Vriendenloterij: Enkele maanden na de introductie van de Vriendenloterij is besloten het aantal vrienden dat in aanmerking kan komen voor een prijs terug te brengen van vijf naar drie. Over deze wijziging, die is ingegaan per de trekking van mei 2011, is op 16 mei 2011 een brief verstuurd naar alle deelnemers van de loterij, onder wie klager. Verweer Humanitas: Deze wijzigingen zijn abusievelijk niet opgenomen in de advertentie van 26 juli 2011.

 

Commissie: Wat er zij van de communicatie over wijzigingen in het prijzenpakket van de VriendenLoterij, vast is komen te staan dat in de advertentie wordt gezegd dat gewonnen prijzen ook aan vijf deelnemende vrienden mogen worden gegeven, terwijl deze regel ten tijde van plaatsing van de advertentie niet meer (onverkort) gold. De uiting gaat derhalve gepaard met onjuiste informatie als bedoeld in artikel 8.2 aanhef van de Nederlandse Reclame Code. Omdat de Commissie voorts van mening is dat de gemiddelde consument door de uiting ertoe gebracht kan worden een besluit over een transactie te nemen dat hij anders niet had genomen, is de uiting misleidend en om die reden oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC. De uiting is tevens in strijd met het bepaalde in artikel II.3 van de Reclamecode voor Kansspelen (RVK).

RB 1191

Ik wil nu rente op mijn betaalrekening

RCC 4 oktober 2011, Dossiernr. 2011/00792 (SNS-bank als wenige rente)

Uiting op ikwilnurenteopmijnbetaalrekening.nl. ASN en Friesland geven (ook) rente over positief saldo op betaalrekening. De klacht gaat voorbij aan de woorden “Van alle grote banken”. Adverteerder, zelf een grote bank, verwijst in de uiting naar de (andere) grote banken van Nederland. Duidelijk zal zijn dat het hier gaat om ING, ABN AMRO/Fortis en Rabobank. Friesland Bank en ASN worden niet tot de grote banken gerekend. De kwalificatie ‘Grootbank’ of ‘grote bank’ ter onderscheiding van de overige -kleine- banken mag als bekend worden verondersteld en wordt ook gebruikt door De Nederlandsche Bank. 

Het oordeel van de Commissie
Klager gaat ervan uit dat in de uiting wordt gesteld dat SNS Bank de enige bank is die rente geeft over een betaalrekening. Dit uitgangspunt is onjuist, omdat in de radioreclame wordt gezegd: “Van alle grote banken krijgen nu alleen klanten van SNS Bank rente op hun betaalrekening met SNS Betalen”. Klager heeft niet gesteld noch is  anderszins gebleken dat SNS Bank niet de enige grote bank is die rente op betaalrekeningen geeft.
Derhalve wordt als volgt beslist.

RB 1190

Verschillende keren aan het rad gedraaid

RCC 10 oktober 2011, Dossiernr. 2011/00750 (BankGiro Loterij virtueel rad draaien)

Uiting: De e-mail biedt de mogelijkheid om mee te spelen met een extra lot in de BankGiro Loterij, waarbij men, door op een button te klikken, aan een (virtueel) rad mag draaien en een bedrag van minimaal € 12,50 kan winnen. Klager heeft verschillende keren aan het rad gedraaid, maar iedere keer stopt het rad 2 x op € 5,-. De bedragen van € 250,- en € 1000,- zijn niet meer haalbaar. Er zal altijd € 12,50 gewonnen worden. Klager acht de reclame misleidend.
 
Commissie

Adverteerder heeft gemotiveerd aangevoerd dat prijzen zijn te winnen tot maximaal € 1000,-. Naar adverteerder heeft gesteld zijn voorafgaand aan de actie door een notaris winnende codes getrokken en worden de betreffende prijzen toegekend aan deze codes. Dat klager in dit geval geen winnende code heeft ontvangen voor een bedrag dat hoger was dan € 12,50, maakt de uiting niet misleidend.

RB 1187

Waarvoor wordt dit preparaat gebruikt?

RCC 4 oktober 2011, Dossiernr. 2011/00766 (Menocool)

Update 5 maart 2012: compliance formulier KOAG/KAG, ingezonden door directeur StandbyVital B.V.. De website is nu "compliant".

Warenwet. Geneesmiddel, handelsvergunning. Onjuiste mededeling. Geen bewijs.

Op de website van menocool staat op 30 juli 2011 waarvoor het preparaat wordt gebruikt als volgt:

Waarvoor wordt dit preparaat gebruikt? 
Bij overgangsverschijnselen, zoals opvliegers en prikkelbare gevoelens. 
Na de overgang, voor zowel een goede botaanmaak en sterke botten, als een verantwoord cholesterolgehalte. 
Bij mannen stopt het middel haaruitval. 
Bij mannen is het preparaat inzetbaar ter bescherming van de prostaat tegen negatieve invloeden veroorzaakt door een te hoge testosteronspiegel

 De klacht, zo vat de commissie samen, is dat de uiting in strijd is met de waarheid en de huidige wetenschappelijke inzichten. Gedegen wetenschappelijk bewijs ontbreekt voor de claims genoemd in de uiting. Getuigenissen van patiënten zijn onbetrouwbaar. Klacht wordt weersproken, maar treft niet.

Commissie doet aanbeveling omdat 
1) een art. 20 lid 2 onder a Warenwet verboden medische claim wordt gedaan, 
2) omdat het als Geneesmiddel wordt gepresenteerd en er geen zulke vergunning is, strijd met 1 onder b jo. 84 Geneesmiddelenwet jo. 2 NRC
3) niet bewezen mededelingen ex 8.2 aanhef en 7 NRC

2) Op het in de bestreden uiting aangeprezen product MenoCool, dat in de vorm van tabletten in de handel wordt gebracht en om die reden kan worden aangemerkt als een voor orale nuttiging door de mens bestemd middel, is de Warenwet van toepassing. Ingevolge artikel 20 lid 2 onder a van de Warenwet is het verboden eet- en drinkwaar aan te prijzen met gebruikmaking van vermeldingen of voorstellingen, die aan de waar eigenschappen toeschrijven inzake het voorkomen, behandelen of genezen van een ziek­te van de mens, of die toespelingen maken op zodanige eigenschappen. De mededelingen “Bij mannen stopt het middel haaruitval. Bij mannen is het preparaat inzetbaar ter bescherming van de prostaat tegen negatieve invloeden veroorzaakt door een te hoge testosteronspiegel” en “Waarvoor wordt dit preparaat gebruikt? […] Na de overgang, voor zowel een goede botaanmaak en sterke botten, als een verantwoord cholesterolgehalte”, dienen naar het oordeel van de Commissie te worden opgevat als een verboden medische claim in de zin van artikel 20 lid 2 onder a van de Warenwet. De uiting is daarom in strijd met artikel 2 van de Nederlandse Reclame Code (NRC).

3) Voorts is de Commissie ten aanzien van de mededelingen die in de uiting onder de kop “Waarvoor wordt dit preparaat gebruikt?” staan van oordeel dat het product MenoCool op zodanige wijze wordt aanbevolen, dat het dient te worden aangemerkt als een genees­mid­del in de zin van artikel 1, onder b, van de Geneesmiddelenwet. Op grond van artikel 84 van de Geneesmiddelenwet is het verboden om reclame te maken voor geneesmiddelen waarvoor geen handelsvergunning is verleend. Niet is gesteld of gebleken dat ten aanzien van MenoCool een dergelijke vergunning is verleend. Ook om deze reden is de uiting in strijd met artikel 2 NRC.
 
4) Klaagster heeft voorts gesteld dat niet wetenschappelijk is bewezen dat MenoCool de onder de kop “Waarvoor wordt dit preparaat gebruikt?” aan dit product toege­schre­ven werking heeft. De Commissie is van oordeel dat adverteerder niet aannemelijk heeft gemaakt dat MenoCool wel werkzaam is op de hier bedoelde punten. Dit impliceert dat de uiting onjuiste informatie bevat over de van het product te verwachten resultaten als bedoeld in artikel 8.2 aanhef en onder b NRC. Om die reden is de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.
 
5) Dat de consument het product gratis kan bestellen teneinde dit enige tijd te proberen, neemt de strijdigheid met de hiervoor genoemde artikelen van de Nederlandse Reclame Code niet weg.

RB 1178

Reclame Code Commissie acht milieuclaims papierbedrijf APP misleidend

RCC 28 oktober 2011, Dossiernr. 2011/00811D (Stichting Greenpeace tegen Asia Pulp & Paper Group)

Met citaat van Rogier Overbeek, Mediareport 10300 De Reclame Code Commissie heeft naar aanleiding van een klacht van Greenpeace afgelopen vrijdag geoordeeld dat een grootschalige reclamecampagne van papier- en pulpfabrikant Asian Pulp and Paper Group (APP) misleidend is.

Onderwerp van de klacht was een intensief uitgezonden televisiecommercial en een in de grote Nederlandse kranten geplaatste advertentie van APP. De TV-commercial stelde dat APP een verantwoordelijke en duurzame leidende rol wil spelen door het aanplanten van bomen. De print advertentie liet een pootafdruk van een tijger zien, met daarbij de slogan ”Stap in onze voetsporen om onze inzet voor biodiversiteit te zien“. Daarbij presenteerde APP zich als opzichter van het milieu en beriep zij zich op diverse milieuprograma’s die zij zou ondersteunen. De televisiecommercial en de advertentie vermeldden echter niet dat APP in werkelijkheid een papierbedrijf is dat verantwoordelijk is voor de kap van grote hoeveelheden tropisch regenwoud in Indonesië.