RB
DOSSIERS
Alle dossiers

Reclame  

RB 1451

Voor reclameslogans geen ruimere criteria dan voor andere tekens

HvJ EU 12 juli 2012, zaak C-311/11 P (Smart Technologies tegen OHIM)

Gemeenschapsmerkenrecht.

Hogere voorziening ingesteld na Gerecht EU T-523/09, waarin het Gerecht EU heeft geoordeeld dat het woordmerk 'WIR MACHEN DAS BESONDERE EINFACH' (klasse 9) niet zal worden ingeschreven. Hiertegen wordt door de aanvrager van het merk een hogere voorziening ingesteld. Middel: er is wel sprake van onderscheidend vermogen.

Het Hof oordeelt dat het merk elk onderscheidend vermogen mist. Het Gerecht EU heeft het merk als reclameslogan aangemerkt. Voor slogans gelden geen ruimere criteria dan voor andere tekens. Het Hof oordeelt dat bij de concrete beoordeling van het onderscheidend vermogen de rechtspraak zich niet baseerd op de aanname dat het voor reclameslogans moeilijker is om onderscheidend vermogen vast te stellen, dan voor andere woordtekens.

Het Hof wijst de hogere voorziening af.

34 Het Gerecht heeft in punt 29 van het bestreden arrest niet alleen uitdrukkelijk verwezen naar de in de punten 44 en 45 van het arrest Audi/BHIM vermelde factoren, maar heeft in de punten 32 en volgende van het bestreden arrest aan de hand daarvan het onderscheidend vermogen van het aangevraagde merk ook onderzocht. Zoals uit punt 40 van het bestreden arrest blijkt, is het Gerecht op grond van dat onderzoek met name tot de conclusie gekomen dat het relevante publiek in dit merk buiten de verkoopbevorderende boodschap dat de betrokken waren de uitvoering van een complexe taak eenvoudig maken, geen aanduiding van de specifieke commerciële herkomst zal zien.

41 Ten slotte heeft het Gerecht het aangevraagde merk weliswaar als reclameslogan aangemerkt, maar heeft het bij de beoordeling van het onderscheidend vermogen ervan in geen geval andere criteria gehanteerd dan voor andere woordtekens. Zoals duidelijk blijkt uit punt 25 van het bestreden arrest, gelezen in samenhang met de punten 24 en 28 daarvan, heeft het Gerecht daarentegen geoordeeld dat voor slogans geen strengere criteria dienden te worden gehanteerd dan voor andere tekens.

43 Wat het tweede deel van dit onderdeel betreft, moet erop worden gewezen dat het Gerecht in de punten 26 en 27 van het bestreden arrest weliswaar de in de punten 26 en 27 van het onderhavige arrest in herinnering gebrachte rechtspraak van het Hof heeft aangehaald, volgens welke niet valt uit te sluiten dat het onder bepaalde voorwaarden voor reclameslogans moeilijker kan zijn om het onderscheidend vermogen vast te stellen, maar dat het zich bij de concrete beoordeling van het onderscheidend vermogen van het aangevraagde merk niet heeft gebaseerd op de aanname dat het voor dit teken moeilijker is om het onderscheidend vermogen vast te stellen dan voor andere woordtekens.

RB 1450

Reclame voor buitenlandse casino's

HvJ EU 12 juli 2012, zaak C-176/11 (HIT hoteli, HIT LARIX tegen Bundesminster für Finanzen)

In steekwoorden: „Artikel 56 VWEU – Beperking van vrijheid van dienstverrichting – Kansspelen – Regeling van lidstaat op grond waarvan reclame voor in andere staten gelegen casino’s verboden is, wanneer niveau van wettelijke spelersbescherming in deze staten niet overeenstemt met op nationaal vlak gewaarborgd niveau – Rechtvaardiging – Dwingende redenen van algemeen belang – Evenredigheid het bewijs wordt geëist dat de toepasselijke regeling van de andere lidstaat bescherming van een in wezen gelijkwaardig niveau tegen de gevaren van het spel biedt als zijzelf.

Antwoord: Artikel 56 VWEU moet aldus moet worden uitgelegd dat het zich niet verzet tegen de regeling van een lidstaat die reclame in deze lidstaat voor in een andere lidstaat gelegen casino’s slechts toestaat wanneer de wettelijke bepalingen inzake spelersbescherming van die andere lidstaat waarborgen bieden die in wezen gelijkwaardig zijn aan die van de overeenkomstige wettelijke bepalingen van de eerste lidstaat.

Uit't perscommuniqué 101/12: Reclame voor buitenlandse casino’s mag onder bepaalde voorwaarden verboden worden. Een lidstaat mag reclame voor casino’s in een andere lidstaat verbieden wanneer daar geen gelijkwaardige spelersbescherming wordt geboden.

In het licht hiervan antwoordt het Hof dat het recht van de Unie zich niet verzet tegen de Oostenrijkse regeling wanneer voor de verkrijging van de vergunning om reclame te maken enkel het bewijs wordt geëist dat de toepasselijke regeling van de andere lidstaat bescherming van een in wezen gelijkwaardig niveau tegen de gevaren van het spel biedt als zijzelf.

Een dergelijke regeling, die de vrijheid van dienstverrichting beperkt, wordt gerechtvaardigd door het doel om de bevolking te beschermen tegen de gevaren van kansspelen. Gelet op dit doel, lijkt zij exploitanten van buitenlandse casino’s geen overdreven last op te leggen en is zij bijgevolg mogelijkerwijs in overeenstemming met het evenredigheidsbeginsel.

Anders is het evenwel – zodat een dergelijke regeling als onevenredig moet worden beschouwd –, indien die regeling eist dat in de andere lidstaat identieke regels gelden, of indien zij regels zonder rechtstreeks verband met de bescherming tegen de gevaren van het spel stelt.

Het staat hoe dan ook aan de nationale rechter om zich ervan te vergewissen dat de bestreden wettelijke bepalingen de vergunning om reclame te maken voor in een andere lidstaat gevestigde kansspelinrichtingen enkel afhankelijk stellen van de eis dat de regeling van deze laatste in wezen  gelijkwaardige waarborgen biedt als de nationale regeling ten aanzien van het rechtmatige doel particulieren te beschermen tegen de gevaren van het kansspel.

Antwoord

RB 1428

Ook Apple software niet bestand tegen virussen

 
(Tele)communicatie technologie. Misleiding. Voornaamste kenmerken product.
 
Onderhavige zaak betreft een uiting op www.apple.com/nl. Daarin wordt onder de aanhef 'Immuun voor pc-virussen' onder meer vermeld: “Een Mac wordt, anders dan Windows-computers, niet door duizenden virussen belaagd. Dankzij de ingebouwde beveiliging in Mac OS X blijft je computer optimaal beschermd, zonder dat je er iets voor hoeft te doen”.
 
Klager in deze zaak is IT Security Officer welke onlangs de website www.cybercrimepreventie.com (non-profit) heeft geopend. Doel van deze site is burgers bewust te maken van de risico’s op internet en maatregelen aan te dragen om die risico’s te beperken. Uit diverse berichtgeving en onderzoeken is gebleken dat geen enkele software immuun is voor virussen. Voorts hebben zich in het verleden, ook onlangs, “grote beveiligingsincidenten op Apple software” voorgedaan. Klager vindt de reclame dus misleidend.
 
De Commissie oordeelt dat het op de weg van de adverteerder lag, de juistheid van de bestreden uiting aan te tonen. Zij hebben dit echter niet gedaan, waardoor de Commissie oordeelt dat de reclame gepaard gaat met onjuiste informatie ten aanzien van de risico's van het product.
 
De Commissie concludeert derhalve dat de reclame-uiting in strijd is met hetgeen in artikel 7 NRC wordt bepaald.
RB 1414

Pinnen in gemakswinkels geen tabaksreclame

Vz (afwijzing) RCC 22 mei 2012, dossiernr. 2012/00449 (Pin en win 2012 bij tabakswinkel)

Klacht: De aanbeveling om “bij uw gemaks- en tabakswinkel” te pinnen en kans te maken op een geldbedrag kan worden gezien als een indirecte reclame voor tabak. De commercial is daarom in strijd met “de reclamecode”.

Verweer: De commercial heeft tot doel het pinnen te stimuleren, ongeacht de hoogte van het bedrag en bij elk type zaak waar door consumenten wordt afgerekend, omdat pinnen veiliger en efficiënter is. Uit de actievoorwaarden (artikel 3.2) blijkt dat het in de gemaks- en tabakswinkel te winnen prijsbedrag van 250 euro niet mag worden besteed aan tabaksproducten.

Naar het oordeel van de voorzitter blijkt echter uit tekst en beeld voor de gemiddelde consument voldoende duidelijk dat de televisiecommercial tot doel heeft het pinnen bij gemaks- en tabakswinkels te stimuleren en geen aanprijzing inhoudt van deze winkels en/of de in deze winkels verkrijgbare tabaksproducten. Met betrekking tot de pin-en-winactie kan evenmin worden geoordeeld dat sprake is van tabaksreclame, nu uit de actievoorwaarden, waarnaar in de commercial wordt verwezen, blijkt dat de te winnen prijs bestaat uit producten uit de betreffende gemakswinkel tot een bedrag van 250 euro met uitzondering van tabaksproducten en tabaksgerelateerde producten.

RB 1413

Nooit meer je trouwdag vergeten pas na 20:00

RCC 21 mei 2012, dossier 2012/00363 (nooit meer je trouwdag vergeten)

De uiting wordt uitgezonden om 17:00 en zou in strijd zijn met de goede smaak voor zover op dit tijdstip uitgezonden.

De uiting: Een man rijdt in een auto. Naast hem komt een andere auto rijden met op de plaats naast de bestuurder een gemaskerde man. Nadat de gemaskerde man eerst zwaait naar de hoofdpersoon, begint hij vervolgens met een mitrailleur te schieten op de hoofdpersoon. De hoofdpersoon komt met de schrik vrij.  Eenmaal thuis treft hij een slang aan in de brievenbus, valt hij in een gat, en valt de gehele inhoud van een zoutvaatje in zijn eten, terwijl zijn vrouw zwijgend tegenover hem zit. Vervolgens zegt de voice-over: “Nooit meer je trouwdag vergeten. Bestel nu een mooie bos op Bloemen.nl”. YouTube.com.

De Commissie heeft oog voor de indringende en angstaanjagende beelden van de automobilist die van zeer dichtbij met een mitrailleur wordt beschoten. Van (kleine) kinderen kan niet worden verwacht dat zij de beelden van de schietpartij in de context van de gehele, humoristisch bedoelde  uiting zullen plaatsen. De Commissie oordeelt onafhankelijk van een eventuele classificatie door NICAM/Kijkwijzer. De Commissie acht de reclame-uiting in strijd met artikel 2 NRC, voor zover deze wordt uitgezonden vóór 20.00 uur.

Bij de beantwoording van de vraag of een reclame-uiting in strijd is met de goede smaak stelt de Commissie zich terughoudend op, gelet op het subjectieve karakter van dat criterium. De Commissie begrijpt dat in de onderhavige aanprijzing van Bloemen.nl op humoristisch bedoelde wijze tot uitdrukking wordt gebracht dat men zijn trouwdag niet dient te vergeten, maar de wijze waarop dit gebeurt acht de Commissie niet in overeenstemming met de goede smaak, voor zover de uiting wordt uitgezonden op tijdstippen waarop aannemelijk is dat (kleine) kinderen deze kunnen zien. De Commissie heeft hierbij het oog op de naar haar oordeel indringende en angstaanjagende beelden van de automobilist die van zeer dichtbij met een mitrailleur wordt beschoten.

Dat de schutter eerst zwaait naar de hoofdpersoon en dat deze laatste ongedeerd blijft, leidt niet tot een ander oordeel. Van (kleine) kinderen kan niet worden verwacht dat zij de beelden van de schietpartij in de context van de gehele, humoristisch bedoelde uiting zullen plaatsen.

Het verweer dat programma’s met de NICAM/Kijkwijzer classificatie “6 jaar” op ieder moment van de dag mogen worden uitgezonden en dat een voorbeeld van zo’n programma, de jaren-80 serie The A-Team, veel beelden bevat waarin wordt geschoten met onder meer mitrailleurs doet evenmin aan het oordeel van de Commissie af. De Commissie oordeelt onafhankelijk van een eventuele classificatie door NICAM/Kijkwijzer.

RB 1412

Afwijzing zuigelingenvoedingreclame

Vz (afwijzing) 22 mei 2012, dossier 2012/00326 (Etos flesvoeding)

Op de website van Etos staat: "Baby’s en peuters in de groei verdienen natuurlijk het allerbeste. Daarom kies je voor Etos babyvoeding: flesvoeding en potjesvoeding van de hoogste kwaliteit. Goed afgestemd op de ontwikkeling van jouw kindje. Gezond, lekker en voordelig!".  Klacht: Het niet toegestaan is reclame te maken voor flesvoeding voor baby’s onder de 6 maanden.

Verweer: Uit de tekst en de teneur van de bestreden webpagina  en de daaraan gelieerde webpagina’s volgt dat de uiting is gericht op flesvoeding voor baby’s ouder dan 6 maanden. Niet wordt opgeroepen flesvoeding te verkiezen boven borstvoeding.

De voorzitter wijst de klacht af. De uiting in haar geheel beschouwd (tekst met oude baby en links naar informatie over flesvoeding voor baby's van 6 tot 12 respectievelijk  12+ maanden oud), levert geen schending van de reclamregels op.

De Voorzitter: Tussen partijen is niet in geschil dat geen reclame mag worden gemaakt voor volledige zuigelingenvoeding voor baby’s jonger dan 6 maanden. Naar het oordeel van de voorzitter is echter voldoende duidelijk dat de onderhavige uiting geen specifieke aanprijzing van dergelijke volledige zuigelingenvoeding betreft. Hierbij is van belang dat de uiting in haar geheel moet worden beschouwd, dat wil zeggen het bestreden tekstfragment in combinatie met de daarbij geplaatste foto van een baby die ouder lijkt dan 6 maanden en de link die leidt naar informatie over Etos flesvoeding bestemd voor “baby’s van 6 tot 12 maanden” en “baby’s van 12 maanden of ouder”.

RB 1411

Kruidvat eigen merk is (g)een A-merk

RCC 15 mei 2012, dossiernr. 2012/000148 (eigen merk/ het voordeligste A-merk)

Definitie van een A-merk. De klacht betreft de televisiereclame voor babyvoeding waarin onder meer wordt gezegd: “Van Kruidvat eigen merk, het voordeligste A-merk.” Echter, een echt A-merk blijft continu nieuwe producten ontwikkelen, zet de trend en heeft een distributiespreiding van 75%. Blijkens de door adverteerder overgelegde onderzoeken naar “onmisbare merken” geniet Kruidvat weliswaar grote naamsbekendheid doch niet is gebleken dat ook aan de overige, eerdergenoemde criteria is voldaan.

De voorzitter wijst de klacht toe en beveelt de adverteerder aan niet meer op dergelijke wijze reclame te maken. Blijkens de door adverteerder overgelegde onderzoeken naar “onmisbare merken” geniet Kruidvat weliswaar grote naamsbekendheid doch niet is gebleken dat ook aan de overige, eerdergenoemde criteria is voldaan.

De RCC komt tot een ander oordeel, omdat de gemiddelde consument zal begrijpen dat met de gewraakte zinsnede “het voordeligste A-merk” wordt bedoeld dat de producten van het eigen merk van Kruidvat dezelfde (goede) kwaliteit hebben als A-merken. Niet is gesteld of gebleken dat deze mededeling niet juist is.

Verweer:

De omschrijving die klager geeft van een A-merk is subjectief. Het is te verdedigen dat adverteerder zijn Kruidvat-producten als A-merk aanduidt, zodat de slogan niet misleidend is. Adverteerder verricht het nodige onderzoek naar zijn producten. Daarnaast blijkt uit onderzoek van onder meer AC Nielsen dat producten onder het Kruidvat merk als hoogste scoren op het gebied van goede kwaliteit-eigen merk, goede prijs-kwaliteit verhouding en goede prijs-eigen merk. Daarnaast geniet Kruidvat als merknaam grote naamsbekendheid en heeft het een goede reputatie, hetgeen tevens blijkt uit het resultaat van een “merk onmisbaarheidsonderzoek” uit 2010 en 2011, waarin Kruidvat respectievelijk als derde en tweede eindigde en waarvan adverteerder kopieën overlegt. Kruidvat is derhalve een merk dat men niet zou willen missen. Voorts is de “brand awareness” van Kruidvat 97%. Producten met de merknaam Kruidvat kunnen derhalve terecht als A-merk worden gekwalificeerd. Een gemiddeld geïnformeerde consument zal zich door deze zinsnede niet misleid voelen en weten dat hij een Kruidvat-product koopt nu dit letterlijk gezegd wordt.

Oordeel van de commissie:
Naar het oordeel van de Commissie zal de gemiddelde consument de reclame-uiting, waarin juist het ‘eigen merk’ van Kruidvat wordt aangeprezen, niet aldus opvatten dat sprake is van A-merk producten in de door klager bedoelde zin, maar zal hij begrijpen dat met de gewraakte zinsnede “het voordeligste A-merk” wordt bedoeld dat de producten van het eigen merk van Kruidvat dezelfde (goede) kwaliteit hebben als A-merken. Niet is gesteld of gebleken dat deze mededeling niet juist is. 

Aldus is naar het oordeel van de Commissie geen sprake van misleidende reclame en dient de klacht alsnog te worden afgewezen.

RB 1410

Decemberzegelsvoorwaarden

RCC 1 maart 2012, dossiernr. 2012-00071-I (kras-en-win = gebeld door NPL)

Op de achterzijde van een vel post.nl-decemberzegels staat een kras-en-win-actie, de actievoorwaarden vermelden dat zij akkoord dient te gaan met de voorwaarde dat zij eenmalig gebeld mag worden door de Postcode Loterij (hoewel geregistreerd in het 'bel-me-niet'-register.

De adverteerders verweren zich door te stellen dat er geen duidelijke klacht is, maar eerder een mening en dat adverteerders aan de deelname aan acties voorwaarden mag stellen. Er wordt verweer gevoerd op zowel 'ontbreken van essentiële informatie' als 'misleiding'.

De Commissie vat de in klaagsters e-mails van 21 en 22 december 2011 neergelegde bezwaren op in die zin dat klaagster bezwaar maakt tegen de voor de onderhavige actie gehanteerde voorwaarde dat men als deelnemer akkoord dient te gaan met eenmalige telefonische benadering door NPL. De klacht is niet gericht tegen de wijze van communiceren van deze voorwaarde.

Het enkele feit dat voornoemde voorwaarde geldt, leidt niet tot het oordeel dat de Nederlandse Reclame Code is overtreden.

De klacht: Bij het invullen van de code op de post.nl/2012 bleek dat klaagster, om te weten te komen of zij een prijs had gewonnen, diende aan te vinken dat zij gebeld mag worden voor reclame. Aangezien klaagster niet gebeld wil worden ten behoeve van reclame, heeft zij zich aangemeld bij het ‘Bel-me-niet’register. Klaagster meent dat men te weten moet kunnen komen of men een prijs heeft gewonnen, zonder het vakje aan te vinken dat men gebeld mag worden. Onder het bewuste vakje staat: “Je kunt alleen meedoen met deze actie door de Postcode Loterij toestemming te geven je eenmalig per telefoon te benaderen met een vrijblijvend kennismakingsaanbod. Ga je daarmee akkoord? Vink dan het vakje aan”.

RB 1408

Mini-product is lege verpakking

Vz RCC 14 mei 2012, dossiernr. 2012/00412 (mini-producten Albert Heijn)

In de Albert Heijn tv-reclame wordt aangegeven dat men per €15 aan boodschappen een mini-product ontvangt. Echter de mini-producten zijn lege verpakkingen. Een mini-product betekent een kleinere versie van het oorspronkelijke product, dus inclusief inhoud. Nu zij niet gevuld zijn, maakt adverteerder zich schuldig aan misleidende reclame.

De voorzitter wijst de klacht af, het is voldoende duidelijk dat de mini-producten voor kinderen zijn en dat zij niet gevuld als speelgoed dienen.

Uit het feit dat de mini-producten bedoeld zijn voor kinderen, om daarmee te spelen in het in het kader van deze actie verkrijgbare Albert Heijn-winkeltje, acht de voorzitter het  voor de gemiddelde consument voldoende duidelijk dat het gaat om lege verpakkinkjes  die een sterk verkleinde uitvoering zijn van het oorspronkelijke product. Het feit dat de mini-producten niet zijn gevuld, leidt niet tot het oordeel dat sprake is van misleidende reclame.

RB 1406

Zuivelbenaming voor een plantaardig product

Vzr. Rechtbank Breda 30 mei 2012, LJN BW6807 (Nederlandse Zuivel Organisatie tegen Alpro Nederland) - persbericht

NZO behartigt de belangen van Nederlandse zuivelproducenten. In maart 2012 schrijft Alpro over een nieuw product met de naam Mild & Creamy. In het bericht schrijft Alpro onder meer: "Alpro innoveert opnieuw met Alpro Mild & Creamy, een heerlijke yoghurtvariatie met een zachte, milde smaak. De yoghurt is mooi romig en tegelijk lekker licht." en vergelijkbare advertentie en televisiereclamespot.

NZO heeft een spoedeisend belang om zich te verzetten tegen het gebruik van zuivelbenamingen voor het plantaardige product dat Alpro recent op de markt heeft gebracht onder de naam Mild & Creamy. De voorzieningenrechter constateert dat Alpro een aantal keren de zuivelterm ‘yoghurt’ gebruikt om haar product aan te duiden. Daarmee wekt zij de suggestie dat het product Mild & Creamy een zuivelproduct is, dat is op grond van de EG-Verordening 1234/2007 verboden.

Het woord ‘yoghurt’ en alle varianten op dat woord die suggereren of impliceren dat sprake is van een zuivelproduct, zoals ‘variatie op yoghurt’, ‘yoghurtvariatie’ en ‘yoghurtcategorie’, dient Alpro te staken en gestaakt te houden.

2.6. Tussen partijen is niet in geschil dat Mild & Creamy een product op plantaardige basis is en geen melk of zuivelproduct. Op grond van artikel III lid 2 van Bijlage XII bij de EG-Verordening nr. 1234/2007 is het verboden om voor andere levensmiddelen dan melk of zuivel in etiketten, handelsdocumenten, reclame en andere presentatievormen aan te geven, te impliceren of te suggereren dat het betrokken product een zuivelproduct is. Dit verbod gaat verder dan het gebruik van de term ‘yoghurt’. Impliciete of suggestieve aanduidingen zijn eveneens verboden.

 

2.10. De in de voorgaande overwegingen geconstateerde strijdigheden met de Europese regelgeving leiden de voorzieningenrechter ertoe om de gevorderde voorzieningen toe te wijzen als navolgend zal blijken. Aan het beoordelen van de andere grondslagen van NZO voor haar vorderingen komt de voorzieningenrechter niet toe. De vordering sub A zal de voorzieningenrechter nader toespitsen op concreet gebruikte slogans. Voor het wijzigen van de tekst op de verpakkingen van het product Mild & Creamy zal Alpro een ruimere termijn worden gegund. In dat verband stelt Alpro dat zij binnen tien weken een nieuwe verpakking op de markt kan brengen, terwijl NZO aangeeft dat een terugroep van de reeds in de winkels liggende verpakkingen niet wordt verlangd. De vordering sub B wordt toegewezen conform hetgeen door Alpro ter zitting als uitvoerbaar is erkend. Tegen het doen van deze opgave door een registeraccountant heeft Alpro geen bezwaar gemaakt. De onder C gevorderde rectificatie zal worden geconcretiseerd als uit het dictum zal blijken. Verder zal Alpro daarvoor een ruimere termijn worden gegund. De gevorderde dwangsommen zullen worden gematigd en gemaximeerd. De dwangsom op het wijzigen van de verpakkingen zal niet worden gesteld op het aantal verpakkingen dat naderhand wordt aangetroffen maar per dag dat het gebod niet wordt nagekomen.

Dictum
gebiedt gedaagde om binnen drie dagen na betekening van dit vonnis het gebruik van het woord ‘yoghurt’ en alle varianten op dat woord die suggereren of impliceren dat sprake is van een zuivelproduct, zoals ‘variatie op yoghurt’, ‘yoghurtvariatie’ en ‘yoghurtcategorie’, in haar eigen publicaties en reclame-uitingen over haar product Mild & Creamy te staken en gestaakt te houden, op straffe van verbeurte van een dwangsom van EURO 25.000,- voor iedere dag dat zij dit gebod niet nakomt, tot een maximum van EURO 500.000,-;

Op andere blogs:
Hoogenraad & Haak
(Alpro Mild & Creamy: geen yoghurt, wel een yoghurtalternatief)