Voordeel Renault Clio of Renault Clio Diesel?
RCC 5 april 2011, Dossiernr. 2011/00089 en 2011/00089A, (Misleidende Renault Clio reclame)
Reclamerecht. Renault Clio televisie reclame stelt ten onrechte dat er geen BPM en wegenbelasting moet worden betaald. Dit blijkt alleen voor de Renault Clio Diesel te gelden. Verweerder stelt dat op website van Renault alle voorwaarden staan vermeld. Commissie oordeelt dat er sprake is van een omissie (art. 8 aanhef en onder c. NRC) en misleiding (art. 7 NRC). Acht het verweer van Renault niet relevant. Commissie beveelt aan niet meer op dergelijke wijze reclame te maken.
00089. Naar door klager onweersproken is gesteld, gelden de in de – kennelijk vanaf 13 december 2010 uitgezonden – reclame genoemde voordelen uitsluitend voor de ‘Renault Clio Diesel’, die pas vanaf mei 2011 zal zijn te verkrijgen. Deze, naar het oordeel van de Commissie essentiële, informatie blijkt niet uit de uiting. Zonder enige nuancering wordt gesteld dat de genoemde voordelen voor de ‘Renault Clio’ gelden.
Naar het oordeel van de Commissie is gelet op het voorgaande sprake van een omissie als bedoeld in artikel 8.3 aanhef en onder c van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Voorts is de Commissie van oordeel dat de gemiddelde consu ment hier door ertoe ge bracht zou kunnen worden een besluit over een transactie te ne men, dat hij anders niet zou hebben genomen. Gelet op het voorgaande is de uiting misleidend en daar door oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.00089A. Naar door klager onweersproken is gesteld, geldt het in de reclame genoemde voordeel ‘geen BPM’ uitsluitend indien de bewuste auto een dieselmotor heeft. Deze, naar het oordeel van de Commissie essentiële, informatie blijkt niet uit de uiting. Zonder enige nuancering wordt gesteld dat men voor de ‘Renault Clio’ geen BPM betaalt. Een verwijzing naar de website acht de Commissie in dit opzicht onvoldoende.
Naar het oordeel van de Commissie is aldus sprake van een omissie als be doeld in artikel 8.3 aanhef en onder c van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Voorts is de Commissie van oordeel dat de gemiddelde consu ment hier door er toe ge bracht zou kunnen worden een besluit over een transactie te ne men, dat hij anders niet zou hebben genomen. Gelet op het voorgaande is de uiting misleidend en daar door oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.
Klagers bezwaar dat bijtelling uitsluitend ‘nodig’ is, wanneer de auto zakelijk wordt gebruikt, treft geen doel, nu het besluit van de gemiddelde consument die een auto niet voor zakelijk gebruik wenst aan te schaffen, niet zal worden beïnvloed door de mededeling dat ‘slechts 14% bijtellling’ geldt.
Lees de gehele uitspraak 2011/00089 hier en hier.
Lees de gehele uitspraak 2011/00089A hier en hier.
Regeling: NRC (nieuw) art. 7, 8.3 onder c