RB

Producten  

RB 2499

Zinsnede 'met dezelfde of nog voordeligere tarieven' te absoluut

Vzr. RCC 11 augustus 2015, RB 2498, dossiernr. 2015/00773 (Met dezelfde of nóg voordeligere tarieven te absoluut)
Voorzittertoewijzing. Nutsvoorziening. De uiting: Het betreft de door adverteerder aan klager gezonden e-mail, in het bijzonder de eerste alinea daarvan. De klacht: In de eerste alinea suggereert adverteerder dat klager voordelig zijn energie-contract kan verlengen met “InControl met de iPhone 6”. Dat klinkt aantrekkelijk, maar bij het bekijken van de tarieven blijkt dat elektra wel goedkoper is, maar dat gas duurder is. Bovendien heeft het nieuwe contract een looptijd van 3 jaar en bedragen de vaste leveringskosten € 14,50 per maand, ofwel € 750,- per 3 jaar, terwijl klager daarvoor nu €  55,- per jaar betaalt. Gelet op het vorenstaande acht klager de uiting misleidend.

Het oordeel van de voorzitter:
In de gewraakte alinea zegt adverteerder bestaande klanten de mogelijkheid te geven uit dezelfde producten te kiezen als nieuwe klanten “Met dezelfde of nóg voordeligere tarieven.”. In klagers geval is daarvan geen sprake, integendeel. Hij zou, indien hij van dit aanbod gebruik zou hebben gemaakt onvoordeliger uit zijn geweest. Gelet hierop acht de voorzitter de zinsnede “Met dezelfde of nóg voordeligere tarieven” te absoluut. Blijkens het voorgaande is in de uiting onjuiste informatie verstrekt als bedoeld in artikel 8.2 aanhef van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Voorts is de voorzitter van oordeel dat de gemiddelde consument hierdoor ertoe gebracht kan worden een besluit over een transactie te nemen, dat hij anders niet had genomen. Om die reden is de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.

De beslissing van de voorzitter
Op grond van het hierboven overwogene acht de voorzitter de uiting in strijd met het bepaalde in artikel 7 NRC en beveelt hij adverteerder aan voortaan niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.
RB 2498

Geen 128GB SDkaart maar slechts korting bij de aanschaf

Vzr. RCC 11 augustus 2015, RB 2498, dossiernr. 2015/00765 (Onzorgvuldige tekst. Geen 128GB SD kaart maar korting)
VT voor zover nodig. Misleiding. SD kaart. De uiting: Het betreft de op 2 juli 2015 aan klager gezonder e-mail met de aanhef “Beantwoord 2 korte vragen voor een GRATIS gigagrote 128GB SD kaart t.w.v. 100,00 heer Ven” De klacht: Klager heeft de vragen beantwoord en daarbij stond “Beantwoord deze vragen en win”. Dit impliceert dat men bij beantwoording altijd prijs heeft. Vervolgens kreeg klager een e-mail met de mededeling “Helaas, u heeft de 128GB SSD niet gewonnen maar u bent wel de winnaar van de 20% korting op deze 128GB SD kaart, heer Ven”. Het is misleidend een SD te beloven, maar tenslotte slechts korting daarop te geven.

Het oordeel van de voorzitter: In de uiting wordt, bij juiste beantwoording van twee vragen, een 128GB SD kaart in het vooruitzicht gesteld, maar in plaats van een dergelijke kaart krijgt klager korting bij aanschaf van een kaart. Adverteerder erkent dat de tekst van de uiting onzorgvuldig is. Blijkens het voorgaande is in de uiting voor de gemiddelde consument onjuiste informatie verstrekt als bedoeld in artikel 8.2 aanhef van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Voorts is de voorzitter van oordeel dat de gemiddelde consument hierdoor ertoe gebracht kan worden een besluit over een transactie te nemen, dat hij anders niet had genomen. Om die reden is de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.

De beslissing van de voorzitter
Op grond van het hierboven overwogene acht de voorzitter de uiting in strijd met het bepaalde in artikel 7 van de Nederlandse Reclame Code en beveelt hij adverteerder, voor zover nodig, aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.
RB 2497

Boodschap in videofilm Lactacyd voldoende duidelijk

RCC 6 augustus 2015, RB 2497, dossiernr. 2015/00694 (Boodschap Lactacyd duidelijk)
Afwijzing. Lactacyd. De uiting: Het betreft een videofilmpje over het product Lactacyd, welk filmpje klaagster gezien heeft via https://www.youtube.com/watch?v=kOekrjj4di0. Het filmpje (“vragen (v)uurtje met Lactacyd”) toont mensen die op straat worden geïnterviewd over het reinigen van de vagina. In beeld verschijnt de stelling: “je vagina wassen met water is genoeg” met een vraagteken door die stelling. De reactie van een man luidt: “Dat vraag ik me eigenlijk ook af”. In beeld verschijnt de vraag: “Hoe reinig jij je vagina?”. Diverse vrouwen antwoorden: “Met water”. Een van hen voegt daaraan toe: “plus een washandje eventueel”. In beeld verschijnt: “Fabel? of Feit? Water is goed genoeg om je vagina te wassen”. Een aantal mensen zegt: “Feit”. Sommigen antwoorden: “Fabel”, waarop een vrouw zegt: “Als je bijvoorbeeld aan het afwassen bent, kun je niet alleen water gebruiken”. Dan is te lezen: “Water is mild en verfrissend maar….. water alleen is niet goed genoeg water + Lactacyd milde reiniging langdurige verfrissing voorkomen van ongemakken”. Op straat reageren twee mensen: “Echt”, “Nooit geweten…”, waarna zij het product (in verpakking) tonen. Ten slotte verschijnt in beeld: “Bestel een gratis sample” en “Lactacyd”.

De klacht: In het filmpje worden mensen op straat -volgens klaagster:“(uiteraard geacteerd)”-ingelicht over hygiëne van intieme delen. Ze verkondigen daarbij dat de stelling  “Water is goed genoeg om je vagina te wassen” een fabel is en suggereren dat je dagelijks zeep (in hun bewoording: “frisse wasgel”) móet gebruiken. Dit is misleidend voor een groot deel van de bevolking dat niet goed is voorgelicht over persoonlijke hygiëne. Zij krijgen de boodschap dat ze zeep moeten gebruiken bij het wassen van de vagina, terwijl dat niet wetenschappelijk kan worden onderbouwd. Verder raakt de vergelijking met het doen van de afwas met afwasmiddel kant noch wal.

Het oordeel van de Commissie:
De Commissie vat de klacht op in die zin dat in de uiting wordt gesuggereerd dat je dagelijks zeep moet gebruiken om je vagina te wassen, en dat die suggestie onjuist is. De Commissie acht deze klacht ongegrond, en overweegt daartoe het volgende. In het filmpje, waarin volgens het verweer sprake is van een levensecht straatinterview,  wordt noch gesteld noch gesuggereerd dat “zeep” moet worden gebruikt voor het reinigen van de vagina. Overigens wordt ook niet gesproken over “frisse wasgel”, zoals klaagster volgens de klacht kennelijk veronderstelt. De Commissie begrijpt uit het verweer dat de volledige naam van het in de uiting besproken product “Lactacyd Verfrissende Wasgel” is. In de uiting wordt het product echter aangeduid als “Lactacyd”. Gelet op het voorgaande mist de klacht feitelijke grondslag en dient deze om die reden te worden afgewezen. Overigens is bij verweer meegedeeld dat adverteerder het eens is met klaagster dat het onwenselijk is en zelfs onverstandig om de vagina dagelijks te wassen met zeep, omdat dagelijks gebruik van zeep de natuurlijke zuurgraad van de vagina zou verstoren. Adverteerder heeft vervolgens meegedeeld dat Lactacyd wasgel het tegendeel van zeep is, in die zin dat het een ‘zuur’ product is, dat helpt de zure bescherming van de vagina in stand te houden. Bij verweer heeft adverteerder ook meegedeeld dat het bestreden filmpje deel uitmaakt van de website vaginapagina.nl en dat op die website staat dat Lactacyd geen zeep bevat en wordt benadrukt dat het wassen van de vagina met zeep geen goed idee is. In de uiting zegt een vrouw: “Als je bijvoorbeeld aan het afwassen bent, kun je niet alleen water gebruiken”. Deze uitspraak moet duidelijk worden gezien in de context van de eerdere mededeling van de vrouw dat de stelling “Water is goed genoeg om je vagina te wassen” een “Fabel” is. Volgens de vrouw is “Water” kennelijk in beide gevallen “niet goed genoeg”. Gelet op het bovenstaande wordt als volgt beslist.

De beslissing
De Commissie wijst de klacht af.
RB 2496

It's a German niet misleidend bij Zuid-Koreaanse Opel Karl

Vzr. RCC 7 augustus 2015, RB 2496, dossiernr. 2015/00758 ("It's a German" niet misleidend bij Zuid-Koreaanse Opel Karl)
Voorzittersafwijzing. Misleiding voornaamste kenmerk product. De klacht: Klager stelt dat in de televisiecommercial wordt gesuggereerd dat het om een model van Duitse kwaliteit gaat. In de uiting wordt de nadruk gelegd op de Duitse achtergrond van het merk Opel. Het in de televisiecommercial bedoelde model Karl is echter een in Zuid-Korea ontwikkelde en geproduceerde auto. Eigenlijk betreft het een Chevrolet/Daewoo Spark. Het betreft dus een Zuid-Koreaans product dat ook als zodanig dient te worden aangemerkt. Op grond van het voorgaande is volgens klager sprake van misleidende reclame.

Het oordeel van de voorzitter
1)  Kern van de klacht is dat er, anders dan in de televisiecommercial door de uitdrukkelijke verwijzing naar Duitse kwaliteit en Duitsers alsmede door de slogan “It’s a German” wordt gesuggereerd, geen sprake is van een in Duitsland vervaardigd product. Op zichzelf genomen is dit laatste juist. Adverteerder heeft erkend dat de auto, ondanks het voorgaande en de Duits klinkende naam ‘Karl’, niet in Duitsland wordt geproduceerd.

2)  Met betrekking tot de vraag of de gemiddelde consument door dit laatste wordt misleid is van belang welke betekenis deze consument aan de gesuggereerde Duitse herkomst van de auto zal toekennen. Klager stelt dat adverteerder hiermee verwijst naar Duitse kwaliteit, hetgeen blijkbaar ook de bedoeling van adverteerder is en waarschijnlijk zo door de gemiddelde consument zal worden opgevat. Van de televisiecommercial gaat derhalve in de eerste plaats de suggestie uit dat de aangeprezen auto van ‘Duitse kwaliteit’ is. Klager heeft niet gesteld dat de auto, nu deze niet in Duitsland wordt gefabriceerd, van een ‘andere’ kwaliteit is. De voorzitter ziet ook geen aanleiding om te oordelen dat de kwaliteit van de auto afwijkt van hetgeen de consument bij ‘Duitse’ kwaliteit verwacht. Daarnaast zal de gemiddelde consument naar het oordeel van de voorzitter op grond van de televisiecommercial veronderstellen dat de desbetreffende auto past bij auto’s van het Duitse merk Opel. In dit kader heeft adverteerder gesteld dat de Karl volledig nieuw is ontwikkeld door Duitse Opel engineers met behulp van Duitse technologie “om perfect bij het merk Opel aan te sluiten”.

3)  Uitgaande van het voorgaande zal de gemiddelde consument die op grond van de televisiecommercial verwacht een auto te kopen van ’Duitse’ kwaliteit die past bij het merk Opel, niet in zijn verwachtingen worden teleurgesteld. Op grond hiervan en mede in aanmerking genomen dat Opel door de consument waarschijnlijk als een Duits merk wordt beschouwd, acht de voorzitter de televisiecommercial niet misleidend. Derhalve wordt beslist als volgt.

De beslissing van de voorzitter
Gelet op het bovenstaande wijst de voorzitter de klacht af.

RB 2494

Actiepakker kansspel met 300 vragen en 90 cent per minuut aan kosten

RCC 4 augustus 2015, RB 2494; dossiernr. 2015/00610 (300 vragen en 90cent per minuut om deel te nemen)
Gedeeltelijke aanbeveling. Kansspel. Digitale marketing communicatie. De uiting: Het betreft door klager ontvangen reclame per e-mail van 7 mei 2015 voor een actie: “Win een JUMBO waardebon”. In stap 1 staat onder meer:“Je hebt mogelijk gewonnen! Jouw email is geselecteerd. Maak direct kans op deze Superdeal: Een JUMBO WAARDEBON t.w.v. € 500.-”. en “Gratis nieuwsbrief dienst Actiepakker. Actiepakker sluit elke aansprakelijkheid uit wanneer informatie in deze e-mail niet correct, onvolledig of het niet tijdig overkomt, evenals indien er schade ontstaat ten gevolge van deze e-mail. Contact: info@blz2.nl, Kuiperssingel 2, Drachten”. In stap 2 staat onder meer: “Deze actie is nog geldig tot 7 mei. Antwoord op deze 3 vragen zodat we kunnen zien of we je de waardebon kunnen opsturen. Ken je JUMBO? Ja. Neen”. In stap 3 staat onder meer: “Je kunt nu kijken of je de waardebon van € 500,- euro kan verdienen! Opgelet! Er zijn nog slechts 5 waardebonnen over. (…) Kijk voor je waardebon. Je kunt nu nog gedurende 52 seconden deelnemen. Aan de deelname kunnen voorwaarden verbonden zijn”.

In stap 4 staat onder meer: “WORD JIJ ONZE WINNAAR VANDAAG? Vul je gegevens in: Voornaam: E-mail: Telefoonnummer: (…)”. Onderaan de pagina staat in relatief kleine letters: “Het tarief van deze dienst is € 0,90 per minuut. Om deel te nemen aan deze dienst, bestaande uit in totaal 300 quizvragen per telefoon, vult u uw telefoonnummer in op de internetpagina en wordt er aan u een PIN code beschikbaar gesteld. Uw PIN code vult u in op de pagina, zoals weergegeven op uw beeldscherm, om deze dienst te activeren. Op het moment dat u de (telefoon)verbinding verbreekt, kunt u de dienst stoppen. Blijf dus aan de lijn, beluister de vragen en vul het juiste antwoord in met optie 1 of optie 2 via uw telefoon. Deelname aan deze dienst is mogelijk tussen 10/02/2015 en 01/07/2015. Degene met de meeste vragen goed wint. Voor informatie kunt u contact opnemen per e-mail nl@quiz-fun.com.my of bezoek de website https://quiz-fun.com.my/nl-nl/. Conversion Factory, handelende onder de naam Quiz-Fun, is gevestigd in Kuala Lumpur (….)”. In stap 5 staat onder meer: “WIN COMPUTER PRIZE ID: JUMBO WAARDEBON LIJN IS OPEN:   0.33 SEC (…) 1 Bel 0909-4555111 €0,90 per minuut en je krijgt een unieke pincode te horen … blijf aan de lijn … 2 Vul je code hier in: (….)”. Onderaan de pagina staat in relatief kleine letters dezelfde tekst als hierboven aangehaald onder “stap 4” (Het tarief ... gevestigd in Kuala Lumpur (…))”.

De klacht: De klacht kan als volgt worden samengevat. De tijdsdruk van een minuut bij stap 3 is bijzonder sluw, omdat men daardoor niet de tijd neemt om bij de stappen 4 en 5 de kleine lettertjes onderaan de pagina te lezen. Het gaat om 300 vragen, een tarief van 90 eurocent per minuut, minstens 10 seconden per vraag, derhalve om minstens 50 minuten, hetgeen betekent dat de kosten minstens 45 euro bedragen. De meeste mensen zullen afhaken na een paar minuten, maar dat is wel “kassa” voor Actiepakker. Klager maakt met name bezwaar tegen “die truc met die tijdsdruk”. Klager vraagt zich af of het niet misleidend is om mensen doelbewust af te leiden van informatie over de kosten. In stap 5 is wel een tarief vermeld bij het te bellen telefoonnummer, maar intussen ziet men de seconden wegtikken, en dus de kans op gratis shoppen kleiner worden. Ook dat is misleidend. Als men terug gaat naar de mail, kan men weer opnieuw beginnen, sterker nog: een paar dagen later kan men nog steeds doorklikken vanuit de mail. De mededeling in stap 3: “Deze actie is nog geldig tot 7 mei” is dan ook onjuist; de vermelde datum is steeds die van “de huidige dag”. Opmerkelijk is ook dat er elke keer “nog slechts 5 waardebonnen over” zijn, volgens stap 3. Klager vindt de onderhavige uiting nogal stuitend, en “zeker geen reclame voor de bedrijven die eraan deelnemen”. Eerder ontving klager een soortgelijke uiting van Actiepakker, toen betreffende een bouwmarkt.

Het oordeel van de Commissie: 1. De Commissie stelt voorop dat zij verweerder sub 2 (hierna ook: Jumbo) niet verantwoordelijk acht voor de bestreden uiting. Zij overweegt daartoe dat Jumbo voldoende aannemelijk heeft gemaakt, onder meer door te verwijzen naar een waarschuwing op haar website, dat haar naam zonder haar toestemming in de uiting is gebruikt en dat de in de uiting opgenomen actie niet (mede) door Jumbo is georganiseerd. 2. Ten aanzien van de inhoud van de bestreden uiting overweegt de Commissie het volgende. Deze uiting, die bestaat uit verschillende “stappen”, dient als één geheel te worden beoordeeld. In de e-mail, die het eerste onderdeel van de uiting vormt, wordt gewezen op de kans die de geadresseerde maakt om een Jumbo waardebon ter waarde van € 500,- te winnen. Daarbij wordt nog niet gewezen op het feit dat men, om kans te maken op deze waardebon, gebruik dient te maken van een telefonische informatiedienst van € 0,90 per minuut. Dat gebeurt pas nadat men 3 vragen heeft moeten beantwoorden, over welke vragen overigens is vermeld: “Antwoord op deze 3 vragen zodat we kunnen zien of we je de waardebon kunnen opsturen”, hetgeen doet vermoeden dat het enkel juist beantwoorden van de 3 vragen kan leiden tot het toesturen van de waardebon. Uiteindelijk blijkt uit het hierboven onder “de bestreden uiting” als “stap 4” aangeduide deel van de uiting dat een 0909-nummer voor € 0,90 per minuut moet worden gebeld om kans te maken op het winnen van de waardebon. Deze informatie is essentiële informatie die de gemiddelde consument nodig heeft om een geïnformeerd besluit over een transactie te nemen. Deze informatie had naar het oordeel van de Commissie voor de consument direct kenbaar moeten zijn, bij eerste confrontatie met de uiting. Dit geldt temeer nu in “stap 4” staat: “Je kunt nu nog gedurende 52 seconden deelnemen. Aan de deelname kunnen voorwaarden verbonden zijn”. Deze mededeling zet de lezer mogelijk aan tot overhaaste deelname, zonder dat hij voldoende op de hoogte is van de aan deelname verbonden voorwaarden, meer in het bijzonder het feit dat het gaat om een betaalde informatiedienst. Gelet op het bovenstaande is er sprake van een te laat verstrekken van essentiële informatie die de gemiddelde consument nodig heeft om een geïnformeerd besluit over een transactie te nemen als bedoeld in artikel 8.3 onder c van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Nu de gemiddelde consument er bovendien toe kan worden gebracht een besluit over een transactie te nemen dat hij anders niet had genomen, is de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC. 3. Klager heeft ook bezwaar gemaakt tegen de vermelding “Deze actie is nog geldig tot 7 mei”. De Commissie acht dit bezwaar gegrond, nu in de in de “stappen 4 en 5” opgenomen voorwaarden staat: “Deelname aan deze dienst is mogelijk tussen 10/02/2015 en 01/07/2015”, hetgeen onverenigbaar is met de mededeling “Deze actie is nog geldig tot 7 mei”. In zoverre gaat de uiting gepaard met onjuiste informatie als bedoeld in artikel 8.2 aanhef NRC. Nu de gemiddelde consument er bovendien toe kan worden gebracht een besluit over een transactie te nemen dat hij anders niet had genomen, is de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC. De Commissie acht verweerders sub 1 en 3 beide verantwoordelijk voor de onderhavige overtredingen van de NRC.

De beslissing
Op grond van het voorgaande acht de Commissie de reclame-uiting in strijd met artikel 7 NRC. Zij beveelt verweerders sub 1 en 3 aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.Ten aanzien van verweerder sub 2 wijst zij de klacht af.

RB 2490

Installatie Mediabox Ziggo duurt langer dan 30 minuten

'RCC 4 augustus 2015, RB 2490; dossiernr. 2015/00719 (Mediabox Ziggo heeft langere installatietijd dan 30 minuten)
Aanbeveling. Misleidende voornaamste kenmerken product. Ziggo mediabox.  De uitingen: Uiting 1Het betreft de verpakking van adverteerders mediabox waarop – voor zover van belang – onder meer staat: “Ziggo Digitale TV. Het omwisselen en installeren.” (…) “Binnen 30 minuten geïnstalleerd”. Uiting 2 De bij de mediabox van adverteerder behorende handleiding. Hierin staat onder meer: “D. Installatiegarantie”. (…) Als u wilt, kunt u binnen 8 weken na ontvangst van het installatiepakket een monteur aanvragen. Hij komt dan bij u thuis om gratis de Ziggo diensten aan te sluiten”. De klacht: Ten aanzien van uiting 1: In de reclame-uiting staat dat de installatie van de mediabox binnen 30 minuten is voltooid. Volgens klager is dat feitelijk onjuist. De installatie heeft in het geval van klager vele uren geduurd en volgens hem is dit een structureel probleem. Toen klager belde met de helpdesk van Ziggo bleek er namelijk een menu-optie te zijn voor de situatie dat de installatie van de mediabox langer duurt dan 30 minuten. Ten aanzien van uiting 2: Adverteerder biedt volgens de bij de mediabox bijgevoegde handleiding een installatiegarantie, hetgeen inhoudt dat er – in het geval een consument problemen ondervindt bij de installatie van de mediabox – kosteloos een monteur langskomt. Klager heeft echter ervaren dat de helpdesk van adverteerder hem slechts een monteur aanbood tegen betaling van € 60,- per uur.

Het oordeel van de Commissie:
Ten aanzien van uiting 1: De Commissie begrijpt de klacht aldus, dat volgens klager de onderhavige uiting misleidend is nu hierin staat: “binnen 30 minuten geïnstalleerd”, terwijl klager heeft moeten ervaren dat de installatie veel meer tijd in beslag nam. Vast is komen te staan dat de installatie van de mediabox niet in alle gevallen binnen de aangegeven 30 minuten wordt voltooid omdat zij (negatief) kan worden beïnvloed door factoren die kennelijk niet in de invloedsfeer van adverteerder liggen. Nu in de uiting in absolute zin staat: “binnen 30 minuten geïnstalleerd”, terwijl vast staat dat er een (geringe) kans bestaat dat de installatie niet binnen de aangeduide tijd kan worden voltooid, is de Commissie van oordeel dat er geen juiste informatie is verstrekt ten aanzien van de voordelen van de installatie van de mediabox als bedoeld onder b van artikel 8.2 van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Voorts is de Commissie van oordeel dat de gemiddelde consument hierdoor ertoe gebracht kan worden een besluit over een transactie te nemen, dat hij anders niet had genomen. Om die reden is de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.

Ten aanzien van uiting 2: Klager acht uiting 2 misleidend omdat hierin de indruk wordt gewekt dat de consument bij de installatie van de diensten van adverteerder – indien gewenst – binnen acht weken na aanschaf van de mediabox gratis hulp kan ontvangen van een monteur, terwijl klager heeft ervaren dat adverteerder hiervoor € 60,- per uur in rekening wilde brengen. Adverteerder heeft aangevoerd dat onduidelijk is wat er precies is afgesproken tijdens het klantcontact dat heeft plaatsgevonden tussen klager en adverteerder en dat elke consument die bij haar een mediabox bestelt een beroep kan doen op de door haar aangeboden installatiegarantie, hetgeen inhoudt dat hij – binnen een termijn van acht weken – recht heeft op een gratis monteur. De Commissie ziet geen aanleiding om aan te nemen dat de door adverteerder verstrekte informatie onjuist is, zodat hetgeen in de reclame-uiting wordt vermeld niet onjuist of misleidend kan worden geacht. Wellicht is in de onderhavige kwestie sprake geweest van een onjuiste mededeling van één van de medewerkers van de helpdesk van adverteerder; dit brengt echter niet met zich dat de bestreden uiting misleidend is. Op grond van het vorenstaande wordt als volgt beslist.

De beslissing
De Commissie acht op grond van het voorgaande reclame-uiting 1 in strijd met het bepaalde in artikel 7 NRC. Zij beveelt – voor zover nodig – adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken. Voor het overige wijst de Commissie de klacht af.
RB 2493

Verbetering van concentratie en geheugen op verpakking Bacopa Arkocaps is onjuiste informatie

RCC 4 augustus 2015, RB 2493; dossiernr. 2015/00733 (Verbetering van concentratie en geheugen op verpakking Bacopa Arkocaps is onjuiste informatie)
Aanbeveling. Gezondheid. Misleiding voornaamste kenmerken product. Etikettering. De uiting: De bestreden reclame-uiting. Het betreft de verpakking van “Bacopa Arkocaps”, 45 capsules. Op die verpakking staat onder meer: “verbetert concentratie en geheugen” en “Samenstelling. Elke capsule bevat: 200 mg Bacopa monniera extract”. De klacht: Op de verpakking wordt geclaimd: “verbetert concentratie en geheugen”. Volgens klager is er echter geen onderzoek, bewijs of aanwijzing betreffende verbetering van “concentratie en geheugen”. In de bijsluiter, waarvan klager een kopie overlegt, wordt ook niets vermeld over “geheugen”. Zonder (dubbelblind) onderzoek acht klager elke bewering dat een middel bijdraagt aan het geheugen en de concentratie uit den boze.

Het oordeel van de Commissie:
Klager heeft gemotiveerd weersproken dat de mededeling “verbetert concentratie en geheugen” op de bestreden verpakking juist is; volgens klager is er geen onderzoek of bewijs omtrent verbetering van concentratie en geheugen, waar het betreft het product  Bacopa Arkocaps. Het had op de weg van adverteerder gelegen om de juistheid van de onderhavige claim “verbetert concentratie en geheugen” aannemelijk te maken, maar adverteerder heeft, hoewel daartoe uitdrukkelijk in de gelegenheid gesteld, niet inhoudelijk op de klacht gereageerd. Gelet op het ontbreken van een zodanige reactie, waardoor adverteerder heeft nagelaten de juistheid en eerlijkheid van de reclame tegenover de Commissie  aannemelijk te maken, gaat de Commissie ervan uit dat de uiting gepaard gaat met onjuiste informatie ten aanzien van de van het gebruik van het product te verwachten resultaten als bedoeld in artikel 8.2 aanhef en onder b van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Nu de gemiddelde consument er bovendien toe kan worden gebracht een besluit over een transactie te nemen dat hij anders niet had genomen, is de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC. De Commissie heeft kennis genomen van de mededeling van de Keuringsraad KOAG/KAG en de toelichting daarop dat de uiting, indien deze ter preventieve toetsing was voorgelegd aan de KAG, wellicht van een toelatingsnummer was voorzien, nu voor het onderhavige product gebruik wordt gemaakt van de “gezondheidsclaim” “verbetert concentratie en geheugen”. Dit maakt bovenstaand oordeel van de Commissie, dat er sprake is van misleidende en daardoor oneerlijke reclame in de zin van de NRC, echter niet anders.

De beslissing
Op grond van het voorgaande acht de Commissie de reclame-uiting in strijd met artikel 7 NRC. Zij beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.
RB 2483

Lotto-abonnee blijkt toch een voorwaarde bij winactie

Vzr. RCC 28 juli 2015, RB 2483; dossiernr. 2015/00614 2015/00614/l (Facebook uiting Lotto en Jumbo)
Voorzittersafwijzing. Kansspel. Detailhandel. De uiting: Het betreft een via facebook openbaar gemaakte uiting waarin onder “Lotto, dat is win, win!” en naast afbeeldingen waarop het Jumbo-logo staat, vermeld is: “Je kunt nu kans maken op een jaar lang gratis boodschappen!  t.w.v. € 4.500,- bij Jumbo”. Tot slot wordt gevraagd om adres en telefoonnummer in te vullen, waarbij wordt “Vul uw telefoonnummer in en ontvang eenmalig een telefonisch aanbod van De Lotto om mee te spelen”. De klacht: Klaagster verkeerde in de veronderstelling dat zij, door haar gegevens achter te laten, door de Lotto met een aanbod zou worden benaderd. Er stond niet dat zij eerst Lotto-abonnee diende te worden om kans te maken op de gratis boodschappen. Toen klaagster enige tijd later telefonisch werd benaderd, werd haar gevraagd om 6 nummers op te noemen Lotto-abonnee te worden en daardoor kans te maken op gratis boodschappen. Nu niet vermeld is dat men deel moet nemen aan De Lotto om kans te maken op gratis boodschappen, acht klaagster de uiting misleidend.

Het oordeel van de voorzitter:
In de eerste plaats overweegt de voorzitter dat in de uiting de indruk wordt gewekt dat deze zowel van De Lotto als van Jumbo afkomstig is. Niet is bestreden dat de uiting alleen van de Lotto is en dat Jumbo daarbij op geen enkele wijze betrokken is (geweest). De voorzitter acht derhalve De Lotto voor deze uiting verantwoordelijk en wijst de klacht jegens Jumbo af. Ten aanzien van de klacht overweegt de voorzitter dat uit de uiting niet blijkt dat deelname aan De Lotto voorwaarde is om kans te maken op gratis boodschappen. Door deze essentiële informatie onvermeld te laten, acht de voorzitter de uiting onvolledig en daardoor misleidend. Blijkens het voorgaande is door het te laat verstrekken van essentiële informatie de uiting onduidelijke volledige informatie als bedoeld in artikel 8.3 aanhef en onder c van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Voorts is de voorzitter van oordeel dat de gemiddelde consument hierdoor ertoe gebracht kan worden een besluit over een transactie te nemen, dat hij anders niet had genomen. Om die reden is de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.
De voorzitter is van oordeel dat De Lotto voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat passende maatregelen zijn genomen om herhaling te voorkomen en om die reden zal de voorzitter gebruik maken van zijn bevoegdheid als bedoeld in artikel 12 lid 5 van het Reglement van de Reclame Code Commissie en het College van Beroep en een aanbeveling achterwege laten.

De beslissing van de voorzitter
Op grond van het hierboven overwogene acht de voorzitter de uiting in strijd met de artikel 7 NRC.
De voorzitter wijst de klacht tegen Jumbo af.

RB 2482

Winacties op fles Jacob's Creek uitgereikt aan 'uitgesloten deelnemers'

RCC 28 juli 2015, RB 2482; dossiernr. 2015/00303 (Actie tickets Australian open en 70 tennisprijzen van HEAD)
Aanbeveling. Verpakking en etikketering. Jacob's Creek wijn. Winacties. De uiting: Het betreft reclame, aangebracht rond een fles Jacob’s Creek wijn, voor een actie waarbij als hoofdprijs “2 tickets naar de Australian Open 2015” kunnen worden gewonnen en daarnaast “70 tennisprijzen van HEAD”.  De klacht: Klaagster vraagt zich af of de actie daadwerkelijk heeft plaatsgevonden en of de prijzen zijn toegekend. Adverteerder geeft hierop geen dan wel een vaag antwoord.

Het oordeel van de Commissie:
1. De Commissie stelt voorop dat zij voldoende duidelijk acht dat klaagster bezwaar maakt tegen de “bestreden reclame-uiting”, in die zin dat klaagster in twijfel trekt of de actie daadwerkelijk heeft  plaatsgevonden en of de prijzen zijn toegekend. Er is derhalve sprake van een klacht, die door de Commissie kan worden behandeld.

2. In de onderhavige uiting is sprake van een prijsvraag, zodat de uiting valt onder de bijzondere reclamecode Prijsvragen 2012. De klacht luidt echter niet dat de uiting in strijd is met deze bijzondere reclamecode, maar klaagster betwijfelt of de actie daadwerkelijk heeft plaatsgevonden en of de prijzen zijn toegekend. Gelet hierop zal de Commissie de uiting toetsen aan de artikelen 7 en 8 NRC, meer in het bijzonder aan nummer 18 van de bij artikel 8.5 NRC behorende bijlage 1. Adverteerder is reeds bij het in behandeling nemen van de klacht op dit artikel gewezen.

3. Adverteerder heeft door het overleggen van stukken voldoende aannemelijk gemaakt dat zij in het kader van de onderhavige prijsvraag daadwerkelijk de zogenaamde “HEAD” prijzen heeft toegekend. De Commissie slaat daarbij acht op de overgelegde lijst waarop de winnaars van “HEAD” prijzen (geanonimiseerd) staan en op de overgelegde, in het Nederlands gestelde brief, inhoudende een felicitatie met “een tennisprijs van HEAD. Ten aanzien van de bewuste winnaars ziet de Commissie geen, althans onvoldoende aanleiding om in twijfel te trekken dat het om deelnemers aan de onderhavige prijsvraag gaat en dat de betreffende prijzen daadwerkelijk zijn uitgekeerd. Dat de namen van de winnaars, anders dan hun postcodes en woonplaatsen, zwart zijn gemaakt, maakt dit oordeel niet anders.

4. Met betrekking tot de brief aan -zoals in het verweer gesteld- de “winnares van de hoofdprijs, met het reisschema”, leest klaagster, ondanks de zwarte balk die over de naam van de geadresseerde is aangebracht, dat deze is gericht aan “Dear Anoek and David”. Klaagster stelt dat dit mogelijk de voornamen zijn van twee managers van adverteerder, van wie zij ook de achternamen noemt. Daarnaast acht klaagster de hier gebruikte aanhef ongebruikelijk, nu deze alleen de voornamen noemt en daardoor amicaal van aard is. Naar het oordeel van de Commissie heeft klaagster hiermee haar stelling dat de hoofdprijs is toegekend aan personen, die bij adverteerder werkzaam zijn, voldoende gemotiveerd. Het had aldus op de weg van adverteerder gelegen om hierop te reageren en meer in het bijzonder aannemelijk te maken dat de geadresseerden niet als manager of anderszins bij haar werkzaam zijn. Nu adverteerder niet op de hier bedoelde stellingen van klaagster heeft gereageerd, hoewel zij daartoe uitdrukkelijk in de gelegenheid is gesteld, neemt de Commissie aan dat adverteerder niet in staat is die stellingen te weerleggen.

5. Op grond van het voorgaande en mede in aanmerking genomen dat in de brief niet wordt gerept over de actie en een felicitatie omdat de geadresseerden de hoofdprijs hebben gewonnen ontbreekt, gaat de Commissie ervan uit dat de hoofdprijs is toegekend aan personen die als manager bij adverteerder werkzaam zijn. Deze personen waren echter op grond van artikel 2A lid 2 van de actievoorwaarden van deelname aan de prijsvraag uitgesloten. Aldus is niet komen vast te staan dat de hoofdprijs is uitgekeerd aan een niet uitgesloten deelnemer aan de prijsvraag en bestaat een situatie die gelijk is aan het niet toekennen van de hoofdprijs. In zoverre is er sprake van misleidende reclame als bedoeld in nummer 18 van de bij artikel 8.5 NRC behorende bijlage 1 en daardoor is de bestreden uiting oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC. Gelet op het bovenstaande wordt als volgt beslist.

De beslissing
De Commissie acht de reclame in strijd met artikel 7 NRC. Zij beveelt adverteerder aan om voortaan niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.

 
RB 2481

Onduidelijke informatie over verschuldigde slottermijn Ford Focus

RCC 28 juli 2015, RB 2481; dossiernr. 2015/00756 (Onduidelijk informatie over verschuldigde slottermijn bij Ford Focus EcoBoost) 
Aanbeveling.Vervoer. Misleidende advertentie in weekblad "Gezien". De uiting: Het betreft een advertentie van vier pagina’s in het weekblad “Gezien” van 28 juni 2015. In de advertentie wordt onder meer een Ford Focus 1.0 Titanium EcoBoost Wagon “inclusief advanced technology pack t.w.v. € 995,-” aangeboden. In het betreffende deel van de advertentie staat onder meer: “Nu extra voordelig 0% + Vanaf slechts € 199,- p/mnd met Ford Options”. Onder een opsomming van de uitrusting van de auto staat: “Actieprijs Rijklaar € 24.395,-”. In een blauwe balk hieronder staat, naast een afbeelding van de betreffende auto: “Aanbetaling €   6.647 Vervolgens 24 x € 199,- €   4.776,- (maandelijkse termijnen) U betaalt € 11.423,- -/- Uw inruilwaarde €   ????,-” en  “Rijklaar”. Onder de blauwe balk staat: “Na 2 jaar kunt u kiezen: inruilen, houden of teruggeven (zie pag.2)”. Hieronder volgt de tekst “Ford Options Elke 2 jaar een nieuwe Ford!” en een “Rekenvoorbeeld” voor verschillende Ford modellen. De klacht: In de advertentie wordt de betreffende Ford Focus “rijklaar” aangeboden voor de zeer lage prijs van € 11.423,-. Toen klager naar de showroom van adverteerder sub 1 ging en deze auto bestelde, bleek de auto echter niet voor de geadverteerde prijs geleverd te kunnen worden. Klager acht de uiting daarom misleidend.

Het oordeel van de Commissie:
In de bestreden uiting ligt de nadruk op de mededeling “NU extra voordelig 0% + Vanaf slechts € 199,- p/mnd met Ford Options” en de in de blauwe balk opgenomen berekening met de conclusie “U betaalt € 11.423,-, Rijklaar”. Vast is komen te staan dat genoemd bedrag slechts de daadwerkelijk te betalen prijs is in het geval de koper de auto na twee jaar teruggeeft. Indien de koper de auto na afloop van de financieringstermijn van 2 jaar houdt, dient hij een slottermijn van € 13.173 te betalen, en indien hij de auto inruilt, wordt deze slottermijn verrekend in de inruilprijs. Naar het oordeel van de Commissie dient de consument duidelijk in de uiting op deze slottermijn - een substantieel bedrag - te worden gewezen. De enkele in kleine letters onder de blauwe balk staande verwijzing naar de uitleg op een andere pagina in de advertentie door middel van de mededeling “Na 2 jaar kunt u kiezen: inruilen, houden of teruggeven (zie pag.2)”, verschaft niet de gewenste duidelijkheid.

Gelet op het voorgaande wordt in de bestreden uiting op voor de gemiddelde consument onduidelijke wijze informatie verstrekt over de prijs van de aangeprezen auto als bedoeld in de aanhef en onder d van artikel 8.2 van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Omdat de gemiddelde consument hierdoor ertoe gebracht kan worden een besluit over een transactie te nemen dat hij anders niet had genomen, acht de Commissie de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC. In de mededeling dat adverteerders de uiting in de toekomst zullen aanpassen, ziet de Commissie aanleiding de aanbeveling te doen “voor zover nodig”. Gelet op het voorgaande wordt als volgt beslist.

De beslissing:
De Commissie acht de reclame-uiting in strijd met het bepaalde in artikel 7 NRC. Zij beveelt adverteerders, voor zover nodig, aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.