RB

Producten  

RB 879

Adapter retour onmogelijk zonder contact

Voorzitter RCC 7 april 2011, Dossiernr. 2011/00172 (adapter retour)

Reclamerecht. Uiting op www.adaptercentrum.nl over "niet goed, geld terug"-garantie. Klager stelt geen contact te hebben kunnen krijgen met adverteerder om accu te retourneren. Klaagt ook over logo thuiswinkelkeurmerk op de website. Verweerder stelt aan klager te hebben laten weten dat accu geretourneerd kon worden. Nu klager deze onderhands heeft verkocht, kan verweerder niets meer voor hem doen aldus verweerder.

Voorzitter acht dat Commissie klacht zal toewijzen en baseert zich op het volgende: nu klager geen contact kon krijgen met adverteerder en dit niet door verweerder is weersproken, is niet voldaan aan eis van art. 15c lid 1 aanhef en onder b BW. Hierdoor handelt adverteerder in strijd met art. 2 NRC. Voorzitter kan niet oordelen over logo thuiswinkelkeurmerk op website nu klager hier geen bewijs van heeft overlegd en laat het derhalve buiten beschouwing. Voorzitter doet aanbeveling.

1)  De voorzitter is van oordeel dat de Commissie de klacht zal toewijzen. Hij overweegt daartoe het volgende.
2)  In de reclame-uiting staat als voorwaarde voor het terugstorten van het aankoopbedrag dat het product dient te worden retour gezonden, waarna binnen vijf dagen het aankoopbe­drag wordt teruggestort. Klager, die een niet-passende accu bij adverteerder heeft gekocht, heeft in verband hiermee diverse malen tevergeefs contact gezocht met adverteerder. Nu klager on­weersproken heeft gesteld dat hij, ondanks diverse pogingen, geen con­tact kon krijgen met adverteerder, is niet voldaan aan de eis van artikel 15c  lid 1 aanhef en onder b BW, dat adverteerder - kort gezegd - gege­vens dient te noemen die op gemakkelijke en directe wijze een snel contact en rechtstreekse en effectieve communicatie met hem moge­lijk ma­ken. Als gevolg hiervan heeft geen com­mu­nicatie kun­nen plaatsvinden tussen klager en ad­verteerder over de terugzending als bedoeld in de gewraakte uiting. Al­dus heeft adver­teer­der niet vol­daan aan een wettelijke verplichting die zich ook uitstrekt tot de reclame-uiting, en heeft adverteerder daardoor gehandeld in strijd met artikel 2 van de Ne­derlandse Recla­me Code (NRC).

Lees de gehele uitspraak hier (link en pdf)
Regeling: NRC art. 2

RB 873

Vectone tarieven misleidend

Voorzitter RCC 7 april 2011, Dossiernr. 2011/00146 (Vectone tarieven)

Reclamerecht. Smsbericht van 5 november 2010 waarin en website waarop staat dat voor 1ct/minuut naar vaste nummers in Marokka kan worden gebeld. Klager stelt dat hij op 6 november naar vast nummer in Marokko heeft gebeld, maar tarief nog niet was aangepast. Commissie leest deze klacht als dat het niet mogelijk was voor het tarief in genoemde sms naar Marokko te bellen. Nu adverteerder dit niet heeft betwist, is er volgens Commissie sprake van onjuiste informatie (art. 8.2 aanhef en onder d NRC en daarom misleidend. Voorzitter acht uitingen dus in strijd met art. 7 NRC en doet aanbeveling.

De voorzitter vat klagers bezwaar aldus op dat het, nadat adverteerder aan klager een sms bericht had gestuurd met de hierboven onder a bedoelde tekst, niet mogelijk was op voor 1 cent per minuut naar een vast nummer in Marokko te bellen.

Adverteerder heeft hetgeen klager stelt niet betwist, op grond waarvan de voorzitter van oordeel is dat adverteerder het geen hij in de advertentie stelt, niet is nagekomen.

Blijkens het voorgaande is onjuiste informatie verstrekt als bedoeld in artikel 8.2 aanhef  en onder d van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Voorts is de voorzitter van oordeel dat de gemiddelde consument hierdoor ertoe gebracht kan worden een besluit over een transactie te nemen, dat hij anders niet had genomen. Om die reden zijn beide  reclame-uitingen misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.

Lees de gehele uitspraak hier (link en pdf).
Regeling: NRC art. 7 en art. 8.2 aanhef en onder d

RB 876

Reclame met citaten uit medische tijdschrift verboden?

HvJ EU 5 mei 2011, zaak C-249/09 (Novo Nordisk AS tegen Ravimiamet) Prejudiële vragen van Tartu ringkonna kohus, Estland.

Reclamerecht. Receptplichtige geneesmiddelen voor menselijk gebruik (UR-geneesmiddelen). Richtlijn 2001/83/EG. In medisch tijdschrift opgenomen geneesmiddelenreclame die is gericht op personen die gerechtigd zijn geneesmiddelen voor te schrijven of af te leveren (beroepsbeoefenaren). Mogelijkheid om informatie op te nemen die niet voorkomt in de van overheidswege goedgekeurde samenvatting van productkenmerken (SmPC). Geldt ook voor geneesmiddelenreclame richting beroepsbeoefenaren. Regels van toepassing op citaten ontleend aan medische tijdschriften of wetenschappelijke werken.

Verboden om in geneesmiddelenreclame gericht op beroepsbeoefenaren in tegenspraak met SmPC . Wat mag wel: beweringen die de in de SmPC opgenomen inlichtingen aanvullen, op voorwaarde dat deze beweringen de informatie uit de SmPC bevestigen of preciseren in een zin die ermee verenigbaar is en zonder de aard ervan te wijzigen, mits deze beweringen niet misleidend zijn (art. 87 lid 3 Richtlijn 2001/83/EG, vgl. 84 lid 4 Gw en art. 4.3 Gedragscode Geneesmiddelenreclame), deze beweringen het rationeel voorschrijfgedrag bevorderen door het objectief voor te stellen zonder de eigenschappen ervan te overdrijven (art. 87 lid 3 Richtlijn 2001/83/EG, vgl. art. 84 lid 3 Gw en art. 4.3 Gedragscode Geneesmiddelenreclame) en mits eventuele citaten, tabellen, illustraties etc. die zijn ontleend aan medische tijdschriften of wetenschappelijke werken getrouw worden weergegeven met de juiste bronvermelding (art. 92 lid 2 en 3 Richtlijn 2001/83/EG, vgl. art. 91 lid 4 Gw, art. 5.7 Gedragscode Geneesmiddelenreclame).

13. Bij beslissing van 6 juni 2008 heeft de Ravimiamet Novo Nordisk gelast de publicatie van de reclame voor het geneesmiddel Levemir te beëindigen en in de reclame voor dit geneesmiddel geen gegevens op te nemen die niet voorkomen in de samenvatting van de kenmerken van dit geneesmiddel (hierna: „bestreden beslissing”).

35. Gelet op een en ander, dient op de eerste vraag te worden geantwoord dat artikel 87, lid 2, van richtlijn 2001/83 aldus moet worden uitgelegd dat het tevens de aan medische tijdschriften of aan wetenschappelijke werken ontleende citaten omvat die voorkomen in reclame voor een geneesmiddel die gericht is op personen die gerechtigd zijn om geneesmiddelen voor te schrijven of af te leveren. (...)

41. Wat meer in het bijzonder artikel 87, lid 2, van deze richtlijn betreft, waarvan de uitlegging door de verwijzende rechter wordt gevraagd, dient vooreerst te worden vastgesteld dat de bewoordingen ervan verbieden dat in reclame voor een geneesmiddel beweringen worden opgenomen die in strijd zijn met de samenvatting van de kenmerken van het product.

42. De aspecten van reclame voor een geneesmiddel mogen met name nooit therapeutische indicaties, farmacologische eigenschappen of andere kenmerken suggereren die in tegenspraak zouden zijn met de samenvatting van de kenmerken van het geneesmiddel dat door de bevoegde autoriteit werd goedgekeurd bij de verlening van de vergunning voor het in de handel brengen van dit geneesmiddel.

43. Opgemerkt dient echter te worden dat de wetgever van de Unie in artikel 87, lid 2, van richtlijn 2001/83 niet heeft bepaald dat alle aspecten van reclame voor een geneesmiddel identiek moeten zijn aan die welke voorkomen in de samenvatting van de kenmerken van dit geneesmiddel. Deze bepaling vereist slechts dat de betrokken aspecten in overeenstemming zijn met deze samenvatting.

44. Wanneer het, zoals in het hoofdgeding, gaat om reclame die gericht is op beroepsbeoefenaars in de gezondheidssector, moet artikel 87, lid 2, van richtlijn 2001/83 gelezen worden in samenhang met de artikelen 91 et 92 van deze richtlijn. (…)

48. In die omstandigheden mag artikel 87, lid 2, van richtlijn 2001/83 niet aldus worden uitgelegd dat het vereist dat alle beweringen die voorkomen in reclame voor een geneesmiddel die gericht is op personen die gerechtigd zijn het voor te schrijven of af te leveren moeten voorkomen in de samenvatting van de kenmerken van het product of moeten kunnen worden afgeleid uit de in deze samenvatting verstrekte gegevens. Een dergelijke uitlegging zou immers zowel artikel 91, lid 1, als artikel 92 van deze richtlijn elke betekenis ontnemen. Deze bepalingen staan toe dat in reclame die gericht is op beroepsbeoefenaars in de gezondheidssector bijkomende gegevens worden verstrekt, onder voorbehoud van de verenigbaarheid ervan met bedoelde samenvatting.

49. Ten einde, overeenkomstig punt 47 van de considerans van richtlijn 2001/83, bij te dragen tot de voorlichting van personen die gerechtigd zijn om een geneesmiddel voor te schrijven of af te leveren en rekening houdend met de wetenschappelijke kennis waarover deze in vergelijking met het publiek in het algemeen beschikken, mag reclame voor een geneesmiddel die gericht is op dergelijke personen ook gegevens bevatten die verenigbaar zijn met de samenvatting van de kenmerken van het product, die een bevestiging of precisering zijn van de gegevens die, overeenkomstig artikel 11 van de betrokken richtlijn in de betrokken samenvatting voorkomen, op voorwaarde dat deze aanvullende gegevens in overeenstemming zijn met de in de artikelen 87, lid 3, en 92, leden 2 en 3, van deze richtlijn neergelegde eisen.

50. Deze gegevens mogen, met andere woorden, enerzijds niet misleidend zijn en moeten het rationele gebruik van een geneesmiddel bevorderen door het objectief voor te stellen zonder de eigenschappen ervan te overdrijven en moeten anderzijds exact, actueel, verifieerbaar en voldoende volledig zijn om de ontvanger in staat te stellen zich een eigen oordeel over de therapeutische waarde van het geneesmiddel te vormen. Ten slotte moeten citaten, tabellen en andere illustraties die aan medische tijdschriften of aan wetenschappelijke werken zijn ontleend getrouw worden weergegeven met de juiste bronvermelding zodat de beroepsbeoefenaar erover wordt geïnformeerd en ze kan controleren.

51. Gelet op het voorgaande moet op de tweede vraag worden geantwoord dat artikel 87, lid 2, van richtlijn 2001/83 aldus moet worden uitgelegd dat het verbiedt, in reclame voor een geneesmiddel die gericht is op personen die gerechtigd zijn het voor te schrijven of af te leveren, beweringen op te nemen die in tegenspraak zijn met de samenvatting van de kenmerken van het product, maar niet vereist dat alle in reclame voor een geneesmiddel opgenomen beweringen in de samenvatting van de kenmerken van het product voorkomen of uit die samenvatting kunnen worden afgeleid. Dergelijke reclame mag beweringen bevatten die de in artikel 11 van de betrokken richtlijn bedoelde gegevens aanvullen, op voorwaarde dat deze beweringen:
– de betrokken inlichtingen bevestigen of preciseren in een zin die ermee verenigbaar is en zonder de aard ervan te wijzigen, en
– in overeenstemming zijn met de in de artikelen 87, lid 3, en 92, leden 2 en 3, van deze richtlijn neergelegde eisen.

Lees de uitspraak hier (link)

RB 867

M&M's filmactie

RCC 19 april 2011, Dossiernr. 2011/00233 (M&M's filmactie)

Reclamerecht. Actieverpakkingen van M&M's waarop staat: "gratis bioscoopkaartje bij drie zakken M&M's. Op=op. Actieperiode loopt van 1-1-2011 t/m 30-4-2011." Klager stelt dat de gratis kaartjes al halverwege de actieperiode op zijn en vindt de uiting daarom misleidend. Verweerder stelt dat M&M's in alle uitingen duidelijk heeft gemaakt dat het aantal kaartjes niet onbeperkt was, op=op. Mars had het succes van de actie lager ingeschat. Heeft nadat de kaartjes op waren, als alternatief een gratis DVD aangeboden en de actieweek verkort. De Commissie oordeelt dat de melding op=op voldoende duidelijk heeft gemaakt dat het aantal kaartjes niet onbeperkt was en acht voldoende aannemelijk dat er sprake is van redelijk aantal bioscoopkaartjes. Dat belangstelling toch groter was, doet hier niets aan af. Ook neemt de Commissie mee dat Mars een alternatief heeft geboden. Zij wijst de klacht daarom af.

Voorop gesteld wordt dat met de vermelding op=op voldoende duidelijk is gemaakt dat het aantal beschikbare vouchers voor gratis bioscoopkaartjes niet onbeperkt was. De Commissie acht voorts voldoende aannemelijk geworden dat sprake is van een redelijk aantal beschikbare vouchers. Dat de belangstelling voor de gratis bioscoopkaartjes groter was dan het aantal beschikbare vouchers leidt niet tot een ander oordeel. Daarbij neemt de Commissie in aanmerking dat Mars tussentijds nadere maatregelen heeft getroffen en een alternatief heeft aangeboden in de vorm van een gratis DVD.

Lees de gehele uitspraak hier (link en pdf).

RB 866

UK ASA Adjudications 4 mei 2011

Ook de Advertising Standards Authorization, de RCC in Groot-Britannië, heeft een bundel uitspraken gepubliceerd. Categorieën variëren van abonnementen voor mobieltjes, luchtreiniger, advocatenkantoor, panasonic winkels, baanmogelijkheden voor koeriers, vliegtuigmaatschappij, lijm voor elektronische onderdelen, tot multivitaminen bij krant.

Zie plaatje hieronder (klik voor vergroting), klik voor de directe site hier.

Telefonica O2 UK Ltd
A TV ad promoting mobile phone deals, broadcast in February 2011, at different times throughout the day, featured a faun standing beneath a tree in a fantastical, pastoral setting. He said "Welcome to O2's mind. What am I doing here? Well, they thought of me and here I am." Couples appeared in the background out of nowhere, along with the O2 Arena and some rubber ducks. The faun said "Being here I get to see everything O2 thinks about and they think a lot about you. Take Mel.” A woman...

Pressplay Ltd
A national press ad, for the Airganix air purifier, stated " ... Effective against: ALLERGENS ODOUR CIGARETTE SMOKE MOULD MILDEW ... The Natural Air 50+ unique air treatment process will effectively improve air quality by removing odours including pet and cooking odours, pollutants such as dust and cigarette smoke, and allergens including tree and flower pollen from your home, office or bedroom ...". Next to a picture of the purifier was the text "BI-POLAR IONISATION HOW DOES IT WORK?...

Winn Solicitors Ltd
A TV ad for a no-win-no-fee vehicle accident compensation service provided by Winn Solicitors Ltd. Scrolling text along the bottom of the screen repeated "100% compensation guaranteed. No excess to pay. No increase in insurance premiums".

Walter Williams (Woodseats) Ltd
A radio ad, for Panasonic Stores in Yorkshire, stated "2011 is digital switchover year in Yorkshire and, once it happens, your old analogue TV and video tuners will not work. The Panasonic Store in Sheffield and Chesterfield has access to all the data needed, to give you the best advice on the switchover and which TV to choose. And remember, at the Panasonic Store, every TV comes with a five year guarantee. The Panasonic Store ... Yorkshire's digital experts."

DrivingUK.net
An e-mail offering job opportunities for specialist couriers stated "About two months ago Steve Simmonds applied for our 7 Day Fast-start Application at just £49. (Steve was in a hurry and printed off all the details from his computer right there and then). Apparently he spent all evening practically devouring every page. And do you know what? More than that he actually went out and did something about it ... 'THANK YOU so much, after being made redundant I really didn't know what to do. I...

Aurigny Air Services Ltd
A regional press ad and an e-mail for an airline: a. The press ad showed two Christmas trees adorned with baubles and was headlined “400,000 thank yous”. Text underneath stated “Thanks to you, we carried islanders on more than 400,000 journeys this year. Over four times as many as our nearest local rival. In fact, evidence suggests our local rival’s November passengers have fallen sharply. Our commitment to the islands is deep rooted. Over the last 43 years we’ve developed a strong network...

Preisvergleich.de Gmbh
A sponsored link, for an adhesive for electronic components, stated “Cold Solder Glue -48% Cold Solder Glue on sale now: Compare all shops & save up to 48%! www.cold-solder-glue.best-price.com".

Express Newspaper
A national press promotion and TV ad for free Superdrug vitamins for readers of The Daily Express:- a.  a front-page flash, on The Daily Express, stated "FREE A-Z MULTI-VITAMINS FOR EVERY READER AT Superdrug.  CUT OUT THE VOUCHER ON PAGE 34 AND GET YOURS TODAY".  Further details inside the paper stated "HOW TO CLAIM: Cut out the voucher (above) and present it today, January 12, 2011 (only), at your nearest Superdrug store to claim a free pack of Superdrug Multivitamins + Minerals ......

RB 864

Niet alle informatie van farmabedrijven is reclame

HvJ EU 5 mei 2011, zaak C-316/09 (MSD Sharp & Dohme GmbH tegen Merckle GmbH)

Prejudiciële vragen Bundesgerichtshof, Duitsland. Reclamerecht. Uitleg begrip “(geneesmiddelen)reclame” (art. 86 Richtlijn 2001/83/EG, vgl. art. 1 lid 1 onder xx Geneesmiddelenwet, art. I Gedragscode Geneesmiddelenreclame en art. 1 onder a Code voor de Publieksreclame voor Geneesmiddelen). Uitleg verbod op publieksreclame voor receptplichtige geneesmiddelen (art. 88 lid 1 onder a Richtlijn 2001/83/EG). Actieve search vs. passief platform, ‘push’- en ‘pull’-diensten. MSD heeft op haar website haar receptplichtige geneesmiddelen Vioxx, Fosamax en Singulair voorgesteld via een niet met een wachtwoord beveiligde, en dus voor eenieder vrij toegankelijke, link waarop zowel de verpakking van het product, de therapeutische indicatie, als de bijsluiter werden weergegeven.

Het Hof: verbod op publieksreclame voor receptplichtige geneesmiddelen (art. 88 lid 1 sub a Richtlijn 2001/83/EG) omvat niet de verspreiding via een website door een farmaceutische onderneming van informatie over receptplichtige geneesmiddelen, wanneer deze uitsluitend beschikbaar is voor wie ernaar op zoek gaat en enkel een getrouwe weergave omvat van de verpakking van het geneesmiddel en een letterlijke en onverkorte weergave van de bijsluiter of van de samenvatting van de productkenmerken (SmPC). Verboden is wel via dergelijke website selectie of wijziging van informatie voor reclamedoeleinden. Het is aan de nationale rechter om aan de hand van alle relevante omstandigheden en informatie af te wegen of er sprake is van reclame.

28. Artikel 86, lid 1, van richtlijn 2001/83 definieert het begrip ‘reclame voor geneesmiddelen’ als ‘alle vormen van colportage, marktverkenning of stimulering, die bedoeld zijn ter bevordering van het voorschrijven, het afleveren, de verkoop of het verbruik van geneesmiddelen’.

29. Uit de tekst van deze bepaling, en in het bijzonder uit de woorden ‘alle vormen’, volgt duidelijk dat het door de wetgever van de Unie gehanteerde begrip reclame voor geneesmiddelen zeer ruim is. Zoals uit punt 44 van de considerans van richtlijn 2001/83 blijkt, kan dit begrip de verspreiding via het internet van informatie over geneesmiddelen omvatten (zie in die zin arrest van 2 april 2009, Damgaard, C 421/07, Jurispr. blz. I 2629, punt 28). (…)

32. De definitie van artikel 86, lid 1, van richtlijn 2001/83 sluit dus in beginsel niet uit dat publicaties of boodschappen die enkel objectieve informatie bevatten, als reclame kunnen worden beschouwd. (…) Een zuiver informatieve mededeling zonder publicitair doel valt daarentegen niet onder de bepalingen van deze richtlijn inzake reclame voor geneesmiddelen.

33. Of het verstrekken van bepaalde informatie al dan niet een reclamedoelstelling nastreeft, moet door de nationale rechter worden vastgesteld op basis van een concreet onderzoek van alle relevante omstandigheden van het betrokken geval.

34. Wat de identiteit van de verspreider van informatie over een geneesmiddel betreft, valt inderdaad niet te ontkennen dat de fabrikant van het geneesmiddel een economisch belang heeft bij de commercialisering ervan, maar toch kan uit de enkele omstandigheid dat de fabrikant deze informatie zelf heeft verstrekt, als zodanig niet de conclusie worden getrokken dat hij hiermee een reclamedoelstelling nastreefde. Een dergelijke omstandigheid kan slechts als doorslaggevende aanwijzing voor de kwalificatie van deze verstrekking als reclame dienen, indien uit de gedragingen, initiatieven en handelingen van deze fabrikant zijn voornemen blijkt om door middel van deze informatieverstrekking het voorschrijven, het afleveren, de verkoop of het verbruik van dit geneesmiddel te bevorderen (zie naar analogie arrest van 28 oktober 1992, Ter Voort, C 219/91, Jurispr. blz. I 5485, punt 26). (…)

37. Uiteraard kan niet worden uitgesloten dat een verzoek van een geïnformeerde patiënt de arts ertoe brengt een ander geneesmiddel voor te schrijven dan hetgeen hij aanvankelijk wilde voorschrijven en dat de feitelijke informatie bijgevolg, al is het maar in zeer geringe mate, aan de stijging van de verkoopcijfers bijdraagt. Een dergelijke mogelijkheid volstaat evenwel niet om tot de conclusie te komen dat het de fabrikant van het geneesmiddel erom te doen is de afzet te bevorderen.

38. Dat een patiënt vroegtijdig, dus reeds voor een medisch onderzoek, toegang heeft tot objectieve informatie uit betrouwbare bronnen kan in voorkomend geval bovendien bijdragen aan het voorschrijven van een geschikte behandeling, voor zover een meer vruchtbare dialoog tussen de arts en de geïnformeerde patiënt in de hand wordt gewerkt. (…)

40.  Wat de inhoud van de mededeling betreft, blijkt uit de verwijzingsbeslissing dat MSD op haar website haar producten voorstelde door middel van een afbeelding van de verpakking van de betrokken geneesmiddelen, een opsomming van de therapeutische indicaties en een vermelding van instructies uit de bijsluiter.

41      In dit verband moet worden opgemerkt dat artikel 61 van richtlijn 2001/83 bepaalt dat alle gegevens op de verpakking en de bijsluiter van een geneesmiddel moeten zijn voorgelegd aan en goedgekeurd door de daartoe bevoegde autoriteit bij de aanvraag om een vergunning voor het in de handel brengen. Deze informatie is dus niet enkel objectief en vormt a priori geen gevaar voor de consument, maar is ook goedgekeurd en moet overeenkomstig de artikelen 54 en 59 van deze richtlijn verplicht op de verpakking en de bijsluiter worden vermeld.

42      Bovendien mogen de buitenverpakking en de bijsluiter volgens artikel 62 van richtlijn 2001/83 geen elementen bevatten die de afzet kunnen bevorderen. (…)

45. Tot de andere omstandigheden die relevant zijn om te beoordelen of de in het hoofdgeding aan de orde zijnde mededeling als reclame dient te worden aangemerkt, behoren in casu de groep van adressaten en de technische kenmerken van het voor de informatieverstrekking gebruikte communicatiemiddel.

46. In dit verband moet worden opgemerkt dat de in het hoofdgeding aan de orde zijnde informatie volgens de aanwijzingen van de verwijzende rechter inderdaad voor eenieder beschikbaar is, aangezien MSD de toegang ertoe niet tot bepaalde groepen, zoals beroepsbeoefenaars in de gezondheidssector, heeft beperkt.

47. Deze informatie is echter enkel beschikbaar op de website van de fabrikant, volgens het systeem van de zogenaamde „pull”diensten, zodat internetgebruikers ze enkel kunnen raadplegen indien zij er actief naar op zoek gaan en iemand die geen belangstelling voor het betrokken geneesmiddel heeft niet ongewild met deze informatie te maken krijgt. Dergelijke informatieverstrekking via een passief platform is in beginsel niet hinderlijk en dringt zich niet onaangekondigd op aan een breed publiek. Daarin verschilt zij van de zogenaamde „push”diensten, waarbij de internetgebruiker met zulke inhoud te maken krijgt zonder er zelf naar te hebben gezocht, doordat op zijn scherm ongevraagd vensters verschijnen, zogenaamde „pop-ups”, waaruit blijkt dat het zeer waarschijnlijk om reclame gaat.

Het Hof (Derde kamer) verklaart voor recht: Artikel 88, lid 1, sub a, van richtlijn 2001/83/EG [geneesmiddelen voor menselijk gebruik- IEF], zoals gewijzigd bij richtlijn 2004/27/EG (…) moet aldus worden uitgelegd dat het de verspreiding via een website door een farmaceutische onderneming van informatie over receptplichtige geneesmiddelen niet verbiedt, wanneer die informatie op deze website uitsluitend beschikbaar is voor wie ernaar op zoek gaat en enkel een getrouwe weergave omvat van de verpakking van het geneesmiddel, overeenkomstig artikel 62 van richtlijn 2001/83, zoals gewijzigd bij richtlijn 2004/27, en een letterlijke en onverkorte weergave van de bijsluiter of van de samenvatting van de productkenmerken, zoals door de bevoegde autoriteiten inzake geneesmiddelen goedgekeurd. Verboden is daarentegen het via een dergelijke website verstrekken van informatie over een geneesmiddel, die door de fabrikant is geselecteerd of gewijzigd, indien dit uitsluitend door reclamedoeleinden kan worden verklaard. Het staat aan de verwijzende rechter om vast te stellen of en in hoeverre de in het hoofdgeding aan de orde zijnde activiteiten reclame vormen in de zin van richtlijn 2001/83, zoals gewijzigd bij richtlijn 2004/27.

Lees het arrest hier.

RB 862

Belplafond instellen toch niet zo Simpel!

RCC 18 april 2011, Dossiernr. 2011/00164 (Simpel belplafond)

Reclamerecht. Televisiereclame van Simpel waarin gesteld wordt dat er een belplafond kan worden ingesteld. Klager stelt dat dit onjuist is. Volgens klager kan er pas vanaf 15 euro een plafond worden ingesteld en kan het plafond overschreden omdat Simpel afhankelijk is van door derden aangeleverde informatie. Verweerder verwijst naar website waar de voorwaarden van het belplafond vermeld staan en oordeelt dat er geen sprake is van onjuiste informatie. Daar klager maar eenmalig 24 cent boven het plafond is uitgekomen, vindt verweerder het plafond naar behoren werken.

Commissie: uiting bevat onjuiste informatie (art. 8.2 aanhef NRC) nu de reclame geen melding maakt van mogelijkheid dat belplafond overschreden kan worden, wat door verweerder wordt erkend op de website. Uiting is daarmee in strijd met art. 7 NRC. Ook oordeelt de Commissie dat er sprake is van verborgen houden van essentiële informatie (art. 8.3 onder c NRC) nu niet in de uiting vermeld wordt dat het plafond pas vanaf 15 euro is in te stellen. Dit is tevens in strijd met art. 7 NRC. De Commissie beveelt aan niet meer op dergelijke wijze reclame te maken en brengt deze uitspraak onder de aandacht van breed publiek nu zij al eerder aanbevolen had niet op dergelijke wijze reclame te maken (zie Dossiernr. 2010/00043).

1.In de bestreden televisiereclame wordt de aandacht gevestigd op problemen in huis als gevolg van door kinderen gemaakte hoge kosten voor de mobiele telefoon. In dat kader wordt gewezen op de mogelijkheid om bij Simpel een belplafond in te stellen en wordt ten aanzien van een dochter gezegd: “Bepaalt u voor hoeveel ze mag bellen en sms-en”.

Aldus wordt de indruk gewekt dat ouders kunnen bepalen tot welk bedrag de telefoonrekening kan oplopen. Dat blijkt echter niet altijd het geval te zijn. Zoals immers bij verweer is meegedeeld, kan men door verschillende oorzaken boven het belplafond uitkomen, bijvoorbeeld door het met vertraging aanleveren van gegevens over het gebruik van de mobiele telefoon. Deze mogelijke overschrijding van het belplafond is volgens het verweer vermeld op www.simpel.nl, maar valt niet op te maken uit de bestreden televisiereclame. 

Gelet op het bovenstaande gaat de reclame gepaard met onjuiste informatie als bedoeld in artikel 8.2 aanhef van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Nu de uiting de gemiddelde consument er bovendien toe kan brengen een besluit over een transactie te nemen, dat hij anders niet had genomen, is de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.

 

2.Voorts heeft adverteerder niet weersproken dat het belplafond kan worden ingesteld vanaf € 15,- boven de belbundel. Volgens het verweer  staat op www.simpel.nl:
“Het minimum bedrag dat je kunt instellen is € 15,-”. Aangezien niets in de uiting op dit minimale bedrag wijst, en wat betreft kosten alleen wordt gesteld: “Bijvoorbeeld 100 belminuten voor maar € 2,50 per maand”, is er sprake van een verborgen houden van  essentiële informatie die de gemiddelde consument nodig heeft om een geïnformeerd besluit over een transactie te nemen als bedoeld in artikel 8.3 onder c NRC. Nu de uiting de gemiddelde consument er bovendien toe kan brengen een besluit over een transactie te nemen, dat hij anders niet had genomen, is de uiting ook op dit punt misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.

Lees de gehele uitspraak hier (link en pdf)
Regeling: NRC art. 7, art. 8.2 aanhef, art. 8.3 onder c

RB 861

Nuon krijgt 70.000 euro boete van OPTA i.v.m. overtreden telemarketingregels

In de periode 1 oktober 2009 t/m 11 december 2009 heeft Nuon ongevraagd telefonisch bijna 16.000 mensen benaderd die zich in het Bel-me-niet Register (BMNR) hadden geregistreerd. Deze nummers had Nuon achterhaald d.m.v. een online enquête. De OPTA is van mening dat Nuon hiermee art. 11.7 lid 9 en 10 in samenhang met lid 5 Tw heeft overtreden. De OPTA oordeelt dat er altijd een verplichting is tot raadplegen van het BMNR, zelfs als consumenten hun telefoonnummer invullen bij online enquêtes en daarmee impliciet toestemming geven tot gebruik van hun gegevens. Dit aangezien er dan nog steeds sprake is van ongevraagde communicatie.

Lees het gehele besluit van de OPTA hier (link en pdf)

RB 857

Auto milieuvriendelijk?

RCC 13 april 2011, Dossiernr. 2011/00244 (Volvo)

Reclamerecht. In een televisiereclame van een Volvo dealer wordt gezegd: "Friesland wordt steeds schoner met al die energiezuinige Volvo's." Klager stelt dat auto's op fossiele brandstoffen juist meer vervuiling toebrengen aan het milieu. Verweerder stelt dat uit officiële tests blijkt dat Volvo DRIVe minder CO² uitstoot en minder fossiele brandstof verbruikt per km dan traditionele auto's dus minder belastend is voor het milieu.

Commissie oordeelt dat uiting in strijd is met art. 3 Code voor Personenauto's (CVP), nu uiting wordt aangeprezen als milieuvriendelijk product. Zij beveelt aan niet meer op dergelijke wijze reclame te maken.

In artikel 3 van de Code voor Personenauto’s (CVP) is bepaald, dat in reclame-uitingen het gebruik van termen waarmee een auto wordt aangeprezen als een milieuvriendelijk product dient te worden vermeden. Gelet hierop acht de Commissie de mededeling in de bestreden televisiecommercial  “Friesland wordt steeds schoner met al die energiezuinige Volvo’s” in strijd met artikel 3 CVP. De klacht wordt daarom toegewezen.

Lees de gehele uitspraak hier (link en pdf)
Regeling: CVP art. 3

RB 855

Goedgekeurde GVR Slagzinnen

In de reclamepraktijk bestaat grote behoefte aan bescherming van slagzinnen tegen nabootsing. Slagzinbescherming is bij de wet niet apart geregeld. Het auteursrecht, de merkenwetten en de wet oneerlijke handelspraktijken bieden weliswaar een juridisch kader, maar bij een eventuele rechtsgang wegens inbreuk is de uitspraak nooit te voorspellen.

GVR/Slagzinnenregistratie werkt preventief tegen navolging. De gebruiker staat met een ingeschreven zin voor de rechter een stuk sterker dan een gebruiker zonder inschrijving. In praktijk blijkt de rechter belang te hechten aan de inschrijving van een slagzin in het GVR Slagzinnenregister.

Meest recente goedgekeurde slagzinnen in spoedprocedurevergaderingen

Met Verstegen chef je het zelf.

Verstegen Spices & Sauces 

The story of Amsterdam, your entry to the city.

Amsterdam Museum  

 

Meer keuze, meer voordeel, meer Marktplaats.

Marktplaats

Smithuijsen Winters & De Vries. Toonaangevend in Haarlem en Meer.

Smithuijsen Winters & De Vries Advocaten

 

Carinova. Vertrouwd dichtbij.

Carinova

Multivlaai verwent ieder moment.

Multivlaai retail

Tijdens GVR/Slagzinnenvergadering van 30 maart 2011 goedgekeurde slagzinnen:

Sociaal onderweg.    

Stichting Rataplan Fiets

 

Sterk spul hè.

Concorp Holding BV

Tijdens GVR/Slagzinnenvergadering van 26 januari 2011 goedgekeurde slagzinnen: 

Word jij de Rabobank?   

Rabobank Nederland 

 

Vakmensen in opleiding.

Leeuwenborgh Opleidingen

JOZ. Home of the clean stable.

JOZ

 

Geld wordt pas (fout) of goed door wat je er samen mee doet.

ASN Bank

 

Zie ook de website van GVR/Slagzinnenregister (link)